MAANDAG G MAAET 1933. 195 Gemcentebegrooting Algemeene Beschouwingen. (Voorzitter e a.) De Voorzitter zegt, dat de heer Kuipers daarop wel ant woord gehad heeft. De heer Kuipers houdt staande van niet. De Voorzitter zegt, dat de heer Kuipers daardoor een vlotte behandeling der begrooting niet zeer bevordert. Waarom heeft hij dit niet in eersten termijn ter sprake gebracht? De heer Kuipers zegt, dat vooral in de Haarlemmerstraat en op het Noordeinde ongelukken gebeurd zijn; de voet gangers zijn dus de dupe van het niet handhaven der veror dening. Van de middenstandsorganisaties verwacht spreker in dezen geen heil; juist de middenstanders plaatsen urenlang hun wagens, auto's en rijwielen met groote manden op de trottoirs; spreker hoopt, dat de Voorzitter als Hoofd der politie deze urgente zaak zal overwegen en met den Commissaris van Politie bespreken. Als slot wil spreker wijzen op hetgeen de Nieuwe Leidsche Courant schreef op 18 Juni 1932, in haar raadsoverzicht, naar aanleiding van een hengeldemonstratie van de werkloozen: „Na het kinderachtig optreden van de roode raadsfractie in de laatste raadszitting bij de kwestie mevrouw Braggaar de Does mag ons dit eigenlijk niet meer verwonderen. Hier komen nu die rooie taaie rakkers, die mannen van de daad, aan] den Burgemeester vragen of die stoute politie wel zoo hard op had mogen treden tegen die zoete werkloozen, zóó hard wel, dat er een man van benauwdheid in het water moest springen." Dit walglijk geschrijf is zoo benepen en onwaarachtig, dat die z.g. hartige woorden en dat geschrijf spreker en de zijnen niet deren. Het zijn de slechtste vruchten niet, waaraan de wespen knagen! In de Nieuwe Leidsche Courant van 18 Februari 1933 was genoemde fantast in het Baadsoverzicht aldus bezig: „Weten zij dit is de S.D.A.P. dat vele honderden burgers van onze stad het oog hebben geslagen op de stads- regeering en haar beleid met spanning gadeslaan, omdat zij weten, dat ook daarvan voor een groot gedeelte hun wel en wee afhangt?" (De derde kruiser misschien?) En dan volgt er in den staart zit het venijn „Laat de honden maar blaffen, de.karavaan gaat haar gang."' Trots dergelijk fanatiek gebroddel van dezen scribent, gaat de beweging van de S.D.A.P. verder, met onwankelbare trouw, met volkomen overgave, met van-zelf-sprekende be reidheid voor haar heilige zaak en partij en voor de belangen van de arbeidersklasse in haar geheel. De heer Wilmer heeft bij de replieken ten opzichte van de vaste aanstelling van het tijdelijk gemeente-personeel gezegd, dat sprekers voorstel niet gelukkig is geredigeerd, omdat het slechts een viertal straatmakers betreft, en hij wees op de reorganisatie van den bestratingsdienst. Dit is weer het bekende systeem van den heer Wilmer, het systeem van den kapstok. Menschen, die 9 en 10 jaar op een vaste aanstelling wachten, moeten maar weer wachtenEnfin, het zijn ook maar straatma kers en zij behooren tot het lager gemeentepersoneeldie kunnen wel wachten tot Sint JuttemisHet is spreker bekend hij heeft de aanstellingen aan den heer Wilmer ter bestudeering ge geven dat deze menschen in 1923 en 1924 zijn aangesteld. De strijd der sociaal-democraten gaat tegen dergelijke misstanden. Zij zullen dien strijd niet opgeven, voordat een einde is gekomen aan die wanverhoudingen, wat liefst zoo spoedig mogelijk moet gebeuren. Een verklaring van Wet houder Tepe heeft geen waarde, want speciaal recht voor deze menschen komt er niet. Met een praatje van dien Wet houder neemt spreker geen genoegen; onze fractie zal niet rusten, voordat aan dit tijdelijk personeel recht is gedaan, wat meermalen is beloofd. Niet alleen bij de moderne arbeiders, maar ook bij de Eoomsch-Katholieke en de christelijke, is groote onrust en verontwaardiging gekomen over de houding- van Burgemeester en Wethouders. De heer Beekenkamp heeft het doen voorkomen als zou spreker geen kleur hebben bekend en zijn signalement zou luiden: geen S.D.A.P.-er. De heer Beekenkamp kan gerust zijn, want spreker is sinds 1917 lid van de partij, maar hij en de zijnen zullen een tactiek volgen naar hun goeddunken, niet zooals de anti-revolutionnaire partij dat gaarne zou zien. Voorheen heeft spreker weinig kunnen doen in het openbaar, omdat hij ambtenaar was, maar op organisatorisch terrein, al was dit niet zoo bekend, heeft hij meermalen met succes kunnen werken. De voorstelling van den heer Beekenkamp noemt spreker daarom ten eenenmale onjuist en onwaarachtig. De heer Beekenkamp heeft het ook gehad over het kiezers bedrog van de S.D.A.P., maar waarin dat bedrog bestond heeft hij niet aangetoond. Het is een hol woord, waaraan Gemeentebegrooting Algemeene Beschouwingen. (Kuipers e.a.) men niets heeft, of was het misschien een verkiezingsrelletje? Spreker heeft geantwoord, dat de heer Beekenkamp aller minst het recht heeft om over kiezersbedrog te spreken, en hij houdt dat vol. De brochures, daarop betrekking hebbend, zal hij niet voorlezen, want die zullen in de christelijke or ganisaties ook wel bewaard worden. Het program der anti-revolutionnairen kan spreker niet onderschrijven. Wat de heer Colijn kort geleden in de Gehoor zaal heeft gezegd, was speciaal bestemd voor die arbeiders, die niet weten, dat de heer Colijn daarmede zijn petroleum- bronnen in Indië veilig stelde. Den sterken man, die te Leiden aan het woord was, zou men ook Mussolini II kunnen noemen en het hunkeren naar Ministerszetels wordt al mode in de anti-revolutionnaire partij. De heer Wilbrink sprak ook van steun aan de Lands- regeering in verband met de gemeentepolitiek. Dat moet de heer Wilbrink eens in arbeiderskringen trachten duidelijk te maken. Het Eijk is thans zoover gegaan met kortingen op de salarissen van zijn dienaren, dat deze fantasiebedragen worden genoemd. De regeering heeft deze verlagingen door gedreven, öf tegen het Georganiseerd Overleg in, of konkelende met bereidwillige centrales, buiten dat overleg om; dat is een waarheid als een koe. De regeering gaf zelf het voorbeeld door naast loonsverlaging ook nog honderden ambtenaren en werklieden te ontslaan, waardoor natuurlijk het leger der werkloozen vergroot werd. De maatregelen van de regeering, die de heer Wilbrink steunt, zijn zoo reactionnair, dat onder de arbeiders en vooral ook onder de ambtenaren het aller ergste wordt gevreesd. De moderne arbeidersbeweging maakt zich op dien strijd te voeren met alle kracht en overtuiging en geestdrift, tot heil van de arbeidersbeweging en van het socialisme; de levensbelangen der arbeiders zijn er mee gemoeid, doch wel bewust strijden de sociaal-democraten voort in het groote leger der ontrechten; hun taak ook hier in den Eaad zal zijn de reactionnaire politiek met alle kracht te bestrijden. Spreker weet wel, allen, van Minister tot arbeider toe, strijden tegen ons, doch onversaagd gaan wij verder; aan ons de zegepraal. Blijkens het jaarverslag van 1932, zie congresverslag, zijn wij nog steeds aan de winnende hand. De afdeelingen zijn gestegen van 711 tot 738. De aantallen leden van de S.D.A.P. bedroegen: 31 December 1931.78920 31 Maart 193277855 (verlies aan O.S.P.) 30 Juni 193281621 30 September 193280973 31 December 193281914 De winst was dus 2994 leden. En nu de nood der ondernemers in ons land, waarover de heer Bosman sprak. Spreker noemt nog enkele dividenden over 1929 en 1930, waaruit blijkt, dat verschillende onder nemingen toch nog wel een winstje gemaakt hebben; deze cijfers heeft spreker ontleend aan het Centraal Bureau voor de Statistiek, dus niet door een politieke organisatie samen gesteld 1930 1929 Ned. Aannemmgsmaatschappij25 18 Huizen Expl. Mij. „Neerlands Onroerend Bezit"7 6 N.V. Levensverzekering Mij. „De Maas", Maastricht71 7 De VOorzittcr hoopt, dat de heer Kuipers toch niet de ver slagen van alle naamlooze vennootschappen in Nederland zal voorlezen. Spreker begrijpt het verband hiervan met de begrooting niet. De heer Kuipers noemt deze ondernemingen in verband met hetgeen de heer Bosman zeide. De heer Goslinga vraagt spreker nu eens een paar Leidsche maatschappijen te noemen: 1930 1929 N.Y. Leidsche Broodfabriek 8 7 N.Y. „Yesta" Mij. v. Lev.-verz21 20 N.Y. Levensverz. Mij. „Utrecht" (ook in Leiden vertegenwoordigd)13.25 13.20 Mijnbouw Mij. „Bedjang Lebong"6 nihil Mijnbouw Mij. „Simau" 70 66| N.V. Gemeenschappelijk Eigendom16 16 Eerste Nederlandsche Scheepsverband Mij45 45 N.V. Alg. Hypotheekbank23 23 Alg. Hypotheekbank v. Nederland en N.V. Alg. Waarborg Mij. te Amsterdam 30 30 N.V. Westlandsche Hypotheekbank 40 40 N.V. Eotterdamsche Scheepshypotheek- bank25 25

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1933 | | pagina 3