214 MAANDAG 6 MAART 1933. Gcmeentebegrooting Algemeene Beschouwingen. (Voorzitter e.a.) De motie van den heer van Eek (No. 37), luidende: ,,De Raad spreekt de wensehelijkheid uit, dat voortaan ook in Leiden op Zondagnamiddag het houden van op tochten met muziek en banieren als regel zal worden toe gestaan.", wordt verworpen met 22 tegen 13 stemmen. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Coster, van Tol, Beekenkamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn, Manders, Donders en Bergers. Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaar—de Does, de heeren Vos, van Stralen, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller en Kooistra. De motie van den heer van Eek (No. 38), luidende: „De Raad spreekt de wensehelijkheid uit, dat voortaan ook in Leiden op den lsten Paaschdag, den lsten Pinksterdag en den lsten Kerstdag in den namiddag het geven van tooneel- uitvoeringen, bioscoopvoorstellingen en muziekuitvoeringen als regel zal worden toegestaan.", wordt aangenomen met 20 tegen 15 stemmen. Vóór stemmen: de heeren Bosman, Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaar— de Does, de heeren Coster, Vos, van Stralen, van Tol, me vrouw de Clerde Bruijn, de heeren van Eecke, Koole, Romijn, Schüller, Kooistra, Donders en Bergers. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Beeken kamp, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga en Manders. De heer Wilmer stelt voor, het voorstel-van Eek, (Nr. 39) luidende „De Raad besluit de door de ingezetenen verschuldigde meterhuren voor het gebruik van gas en electriciteit met de helft te verminderen.", in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen om praeadvies. De heer Goslinga zegt, dat het hetzelfde blijft, of men de tarieven of de meterhuren verlaagt; beide geven een gat van 93.500.—. De Voorzitter ontraadt namens het College aanneming van het voorstel-Wilmer, omdat de kosten hiervan 93.500. bedragen. De heer Wilmer zegt, dat deze zaak van alle kanten is te bezien; misschien zou het mogelijk zijn gedeeltelijk hieraan tegen oet te komen. Het voorstel van den heer Wilmer wordt aangenomen met 19 tegen 16 stemmen. Vóór stemmen: de heeren Wilmer, Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Brag gaarde Does, de heeren Coster, Vos, van Stralen, van Tol, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller, Kooistra, Manders, Donders en Bergers. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Beeken kamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga en Romijn. De motie van den heer van Eek, (Nr. 40) luidende: „De Raad spreekt de wensehelijkheid uit, dat de Leidsche Hout in eigendom worde overgedragen aan de gemeente Leiden." wordt verworpen met 21 tegen 14 stemmen. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Coster, van Tol, Beekenkamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn, Donders en Bergers. Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vos, van Stralen, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller, Kooistra en Manders. Het voorstel van den heer van Eek (Nr. 41) luidende: Gemeentebegrooting Algemeene Beschouwingen. (Voorzitter.) „Ondergeteekende stelt voor om de volgende wijzigingen te brengen in de verordening op de straatpolitie 1°. in art. 23a den tweeden regel aldus te doen luiden: „tenzij de door den optocht te volgen weg schriftelijk is goedgekeurd door den Burgemeester;" en art. 235 na „deel te nemen" te doen luiden: „tenzij de door den optocht te volgen weg schriftelijk is goedgekeurd door den Burgemeester." 2°. art. 51 te laten vervallen en in art. 52 de woorden: „onverminderd het bij de vorige artikelen bepaalde, zijn de venters verplicht," te vervangen door: „De venters van ge drukte of geschreven stukken zijn verplicht".", wordt verworpen met 22 tegen 13 stemmen. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Coster, van Tol, Beekenkamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn, Manders, Donders en Bergers. Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vos, van Stralen, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller en Kooistra. Het voorstel van mevrouw de Clerde Bruijn, (Nr. 42) luidende „Ondergeteekende stelt voor om van gemeentewege te voorzien in de bestaande behoefte aan woningen speciaal bestemd voor ouden van dagen.", wordt verworpen met 21 tegen 14 stemmen. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Coster, van Tol, Beekenkamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn, Donders en Bergers. Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaarde Does, de heeeren Vos, van Stralen, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller, Kooistra en Manders. Het voorstel van mevrouw de Clerde Bruijn, (Nr. 43) luidende: „Ondergeteekende stelt voor over te gaan tot het instellen van een Gemeentelijke Commissie voor Blindenzorg.", wordt verworpen met 22 tegen 13 stemmen. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Coster, van Tol, Beekenkamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn, Manders, Donders en Bergers, Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vos, van Stralen, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller en Kooistra. Het voorstel van den heer van Stralen, (Nr. 47) luidende: „De Raad, van oordeel, dat juist in dezen ernstigen crisis tijd het van groot belang is, de werkgelegenheid zoo sterk mogelijk te bevorderen; van meening dat gemeentelijke werken in plaats uitgesteld in zoo snel mogelijk tempo moeten worden voorbereid en uitgevoerd acht het in dit verband zeer gewenscht, dat de demping van het Levendaal, het plan tot aanleg van sport- en speel velden nabij den Leidschen Hout en het Centrale Rioleerings- plan ten spoedigste worden uitgevoerd en verzoekt B. en W. binnen zeer korten tijd een voorstel daartoe bij den Raad aanhangig te maken.", wordt verworpen met 20 tegen 15 stemmen. Tegen stemmen: de heeren Wilbrink, Bosman, Wilmer, de Reede, Huurman, Simonis, van Rosmalen, Meijnen, van Es, Coster, Beekenkamp, van Eecke, Eikerbout, van der Reijden, Tepe, Splinter, Goslinga, Romijn, Donders en Bergers. Vóór stemmen: de heeren Verweij, Groeneveld, Knuttel, van Eek, Vallentgoed, Kuipers, mevrouw Braggaarde Does, de heeren Vos, van Stralen, van Tol, mevrouw de Clerde Bruijn, de heeren Koole, Schüller, Kooistra en Manders. Het voorstel van den heer van Stralen, (Nr. 48) luidende: „De Raad, van meening dat er geen goede grond aanwezig- is om voor Leiden een slechtere steunregeling te doen gelden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1933 | | pagina 22