MAANDAG 7 NOVEMBER 1932.
403
Verzekering werkloozc arbeiders ingevolge de ziektewet;
(van Stralen e.a.) e.a.
over de vakorganisatie te laten loopen, heelt afgewezen. Het
is toch nergens verboden, dat iemand, die steun noodig heeft,
zich via een of andere corporatie tot Maatschappelijk Hulp
betoon wendt. Het is zeker niet voorgeschreven, dat iemand
persoonlijk die aanvrage moet indienen. In den tijd, dat er
nog geen crisisregeling bestond en alle werklooze arbeiders
zich tot Maatschappelijk Hulpbetoon moesten wenden, zijn
de aanvragen om steun en de uitkeeringen via de organisaties
gegaan. Spreker ziet niet in, waarom het in dit geval niet
mogelijk zou zijn. Spreker heeft alleen betoogd, dat de ge
organiseerde arbeiders, die uitkeering uit de kas of het
steunfonds krijgen, geheel buiten het contact met en de be
moeienis van Maatschappelijk Hulpbetoon blijven en het niet
noodzakelijk is, dat zij bij ziekte met Maatschappelijk Hulp
betoon in contact komen. Er is dus alles voor te zeggen, dat
het contact met Maatschappelijk Hulpbetoon, waarmede de
georganiseerde arbeiders liever heelemaal niet persoonlijk te
maken hebben, via de organisatie wordt verkregen.
Wanneer de Wethouder zegt, dat dit niet mogelijk is, be-
teekent het voor spreker, dat de Wethouder het ongewenscht
acht, maar niet kan volhouden, dat het onmogelijk is, gezien
het feit, dat vroeger in Leiden een dergelijke methode werd
gevolgd.
De heer Romijn zegt, dat aan zijn woorden door den heer
van Stralen een verkeerde beteekenis wordt gehecht. De heer
van Stralen meent n.l., dat alleen dan het recht op uitkeering
van den dienst voor sociale zaken vervalt, wanneer de arbeider
in het ziekenhuis is opgenomen. Spreker heeft echter gezegd,
dat het practisch daarop neerkomt.
Het is voor dezen dienst buitengewoon moeilijk te contro
leeren, of iemand ziek is. Alleen in het geval, dat hij aan
zijn bed gebonden is, blijkt dat hij inderdaad ziek is. Voor
dit echter het geval is bij werklooze arbeiders, zijn zij zoover
heen, of lijden zij aan een zoodanige ziekte, dat opneming
in het ziekenhuis practisch het gevolg er van is.
Juist het feit, dat vroeger de aanvragen bij Maatschappelijk
Hulpbetoon via de organisaties konden binnenkomen en tegen
woordig niet meer, is voldoende bewijs, dat het niet kan
plaats vinden. Herhaaldelijk heeft men besloten, dat het con
tact met Maatschappelijk Hulpbetoon door den aanvrager
zelf moet gezocht worden en niet via de organisatie moet
plaats vinden. Er bestaat geen enkele reden om verschil in
deze te maken tusschen een gezonden en een zieken arbeider.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten.
XXVIII. Praeadvies op het voorstel-Kuipers, in zake de
loonen van losse arbeiders in dienst der gemeente.
(Zie Ing. St. No. 212.)
De heer Kuipers trekt zijn voorstel in, aangezien waar
schijnlijk op dit vergevorderd uur er heel weinig aandacht
aan geschonken zal worden. Hij behoudt zich het recht voor,
op deze zaak bij de behandeling van de begrooting terug te
komen.
Aangezien het voorstel van den heer Kuipers is ingetrokken,
wordt punt 28 der agenda als afgedaan beschouwd.
Op voorstel van den Voorzitter wordt in verband met het
vergevorderd uur zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
besloten, thans eerst te beslissen over de wijze van behandeling
van het verzoek van den Leidschen Bestuurders Bond in
zake de verstrekking van een brandstoffenbijslag van 1.
per week aan ondersteunde werkloozen.
De heer Romijn zegt, dat het verzoek van den Leidschen
Bestuurdersbond strekt om de tegenwoordige cokesver
strekking te vervangen door een brandstoffenbijslag van 1.
per week. Het raadsbesluit tot, verstrekking van cokes vanaf
15 October tot 15 April is niet goedgekeurd voorzoover begin-
en eind-datum betreft; de Minister heeft bepaald, dat de
verstrekking alleen kon plaats hebben vanaf 1 November
tot 1 April; voorts staat in die beschikking vermeld, dat de
gemeenten mogen overgaan tot het geven van een brand-
stoffentoeslag van ten hoogste 1.per week. De Leidsche
Bestuurdersbond verzoekt nu terug te komen op het Raads
besluit tot verstrekking van 1 mud parelcokes per week en
daarvoor in de plaats een bijslag van 1.per week te
geven, waardoor de werkloozen vrij zullen zijn om zelf in
de behoefte aan brandstof te voorzien.
Spreker acht het niet verstandig, op dit verzoek van den
L. B. B. in te gaan, niet op financieele gronden; die hebben
Cokesverstrekking
(Romijn e.a.)
hier eigenlijk weinig te beteekenen; wat nu gegeven wordt,
is 0.75 per week waard, terwijl de Minister hier de gelegen
heid openlaat om tot 1.te gaanhet voornaamste is
evenwel, dat Leiden door zijn gasfabriek in staat is parel
cokes te produceeren in een hoeveelheid, die voldoende kan
worden geacht en in een qualiteit, die uitstekend kan worden
geacht; daardoor is het College hier in de gelukkige om
standigheid, dat het de merischen kan helpen aan een brandstof,
die goed en deugdelijk is en ook voldoende mag worden geacht
in normale omstandigheden. Ten bewijze, dat de financieele
zijde bijna geen rol speelt, deelt spreker mede, dat het College
besloten heeft om, zoodra ernstige koude of vorst intreedt,
dan van de door den Minister geboden gelegenheid gebruik
te maken en de hoeveelheid brandstof van 1 mud eenigszins
te verhoogen. Het College heeft bij zijn oorspronkelijk voor
stel den Raad al in overweging gegeven om eenigszins vrij
heid van handelen aan het College te geven, zoodat het bij
wat dragelijk weer met verstrekking van minder cokes zou
kunnen volstaan dan bij ernstige koude. De Raad heett dat
niet gewild, maar het vastgesteld op 1 mud per week, het
aan de menschen zelf overlatende om te zorgen, dat zij in
staat waren, zoowel in de minder als in de zeer koude dagen
voldoende in de behoefte aan verwarming te voorzien.
Burgemeester en Wethouders hebben dit eigenlijk met een
angstig oog gezien, omdat in de practijk is gebleken, dat men
met het eene mud brandstof in de week niet zoo spaarzaam
omgaat of kan omgaan, dat men een voorraad vormt voor
de tijden, waarin extra verwarming noodig is. Deze regeling
biedt de gelegenheid aan Burgemeester en Wethouders om
in de zeer koude perioden iets meer dan een mud per week
te geven.
Burgemeester en Wethouders meenen, dat de uitlegging
van de circulaire van den Minister in dezen zin het meest
in overeenstemming is te achten met de situatie te dezer
stede en ook met den geest van de beschikking van den
Minister, die niet heeft willen zeggen: geef aan alle werk
loozen een gulden per week voor eigen brandstofvoorziening,
doch die ook de soepelheid heeft willen betrachten en de
gemeentebesturen in de gelegenheid heeft willen stellen elk
voor zich den maatregel toe te passen op de wijze, die zich
aansluit bij de situatie ter plaatse. In sommige gemeenten
zal men 1.per week uitkeeren, in andere gemeenten zal
men volstaan met een lager bedrag en in weer andere ge
meenten zal men de uitkeering doen plaats hebben in natura,
n.l. in die gemeenten, waar men zoo'n grooten voorraad brand
stof heeft, dat men daardoor aan de behoeften kan tegemoet
komen.
Spreker geeft namens Burgemeester en Wethouders den
Raad in overweging het adres van den Leidschen Bestuur
dersbond voor kennisgeving aan te nemen en niet de richting
uit te gaan, die daarin is voorgesteld.
De heer van Stralen kan zich met de denkbeelden van Bur
gemeester en Wethouders over deze zaak niet vereenigen.
Hoe staat het met het besluit, dat de Raad in de vorige
vergadering heeft genomen? Moet het nu op grond van de
nieuwe bepaling van den Minister worden ingetrokken?
Spreker is in het algemeen voorstander van een bijslag
voor brandstoffen, zooals die nu door de Regeering mogelijk
is gemaakt en reeds een aantal jaren in verschillende plaatsen
in de grootere bijna zonder uitzondering bestaat. Het
geven van een kolenbijslag heeft het voordeel, dat de werk
loozen zelf de brandstoffen kunnen koopen, die voor hen het
meest geschikt zijn. Er zijn b.v, personen, die, hoewel zij op
de qualiteit van de parelcokes niets hebben aan te merken,
ze voor hun kachel ongeschikt achten. Vooral voor de kachels
met steenen pot schijnt het stoken van parelcokes schadelijk
te zijn. Zij zouden nu wel de geschikte brandstof kunnen
koopen. Nu heeft Leiden zich inderdaad ingesteld op een
brandstoffen verstrek king in natura; daarvoor zullen de licht
fabrieken des zomers ongetwijfeld voorraad maken; het zou
natuurlijk niet in het belang van die fabrieken, waarschijnlijk
dus ook niet in dat van de gemeente, zijn om de parelcokes
nu maar te laten voor wat ze zijn en onmiddellijk een bijslag
in geld te geven. Spreker zou er dus mee accoord kunnen
gaan om dezen winter, nu de gasfabriek daarop eenmaal heeft
gerekend, nog door te gaan met de verstrekking van die
cokes, en om dan te probeeren, het volgend jaar een
kolenbijslag in geld te geven; daarover behoeft nu nog niet
beslist te worden; spreker zal nu geen beslissing uitlokken.
De Regeering veroorlooft te gaan tot ten hoogste ƒ1.
per week; de waarde van de thans verstrekte parelcokes is
echter beduidend minder, n.l. 0.65. Nu heeft men zich in
het algemeen zoo gemakkelijk en spoedig bij de rijksregeling
aangesloten, dat spreker toch mag veronderstellen, dat waar
de Minister de mogelijkheid openlaat om aan werkloozen een