124 N°. 192. Leiden, 26 Augustus 1932. Bij raadsbesluit van 25 Januari 1932 (Ingek. Stukken No. 21) werd aan de Vereeniging tot Bestrijding der Tuber culose een renteloos kasvoorschot van ten hoogste 9.500. verstrekt, teneinde te voorkomen dat zij in financiëele moei lijkheden zou geraken; aan de uitzending van patiënten naar sanatoria was n.l. in den loop van 1931 een zoo groote uitbreiding gegeven blijkbaar als gevolg van de instelling van een districts-consultatie-bureau met daaraan verbonden specialist dat het jaar 1931 met een aanzienlijk tekort zou sluiten, waarin niet door hoogere subsidie van Rijk of Provincie kon worden voorzien. Bij het afsluiten van de rekening 1931 bleek het nadeelig kassaldo nader 5.149.83^ te bedragen, zoodat het kasvoorschot kon worden beperkt tot 5.000.welk bedrag de vereeniging in jaarlijksche termijnen van 1.000.ten laste van de exploitatierekening moet aflossen. In ons desbetreffend voorstel wezen wij er voorts op, dat de vraag, of onder de veranderde omstandigheden, ook wat den omvang van de uitzending van patiënten betreft, de bestaande subsidie van 6.000.per jaar (raadsbesluit van 14 April 1930, Ingek. Stukken No. 64), voldoende zou zijn, afzonderlijk onder oogen diende te worden gezien. Inmiddels heeft het bestuur der vereeniging onder over legging van de begrooting voor 1932, een verzoek ingediend tot verhooging van de jaarlijksche subsidie tot 14.000. op die begrooting wordt wegens verpleging in sanatoria 17.000.geraamd, tegenover een uitgaaf te dier zake van 10.567.08 over 1930 en van 19.262.53 over 1931. Verder is voor 1932 als eerste termijn van aflossing op het ont vangen kasvoorschot een bedrag van/L000.uitgetrokken. Aangezien overigens de verschillen tusschen de begrooting 1932 en de rekening 1930 elkander ongeveer opheffen, worden de meerdere lasten derhalve begroot op 8.000.over eenkomende met de gevraagde subsidie-verhooging. Tot ons leedwezen kunnen wij geen vrijheid vinden, tot een verhooging van de subsidie met meer dan 130 te adviseeren. Onder de huidige omstandigheden moet, zooals wij reeds meermalen onder de aandacht van Uwe Vergadering brachten, eer naar inkrimping dan naar vermeerdering van uitgaven worden gestreefd, zoodat alleen in geval van dringende noodzakelijkheid de gemeente hoogere lasten op zich mag nemen. Ook de verschillende instellingen, die van de gemeente financiëelen steun ontvangen, zullen daarom op beperking harer uitgaven bedacht moeten wezen. Nu achten wij in casu nog wel een verhooging van subsidie gerechtvaardigd, doch ook naar het oordeel van de meerder heid van de Commissie voor den Geneeskundigen Dienst kan en moet deze beperkt blijven tot ƒ2.000.Hierbij is dan rekening gehouden met de hiervoren genoemde jaar lijksche aflossing van ƒ1.000.en met een meerdere uit zending van patiënten als gevolg van de instelling van het districts-consultatiebureau; het gaat o. i. te ver en het is niet in overeenstemming met de noodzakelijkheid van zoo groot mogelijke beperking der uitgaven, om aan te nemen, dat door het functionneeren van dit consultatiebureau de subsidie meer dan verdubbeld zou moeten worden. De bestaande subsidie-voorwaarden kunnen ook voor de verhoogde subsidie gelden; het bestuur heeft maatregelen genomen, die waarborgen, dat de financiëele toestand der vereeniging van maand tot maand nauwgezet wordt na gegaan, zoodat verrassingen, als verleden jaar voorkwamen, thans vrijwel uitgesloten mogen worden geacht. Onder verwijzing naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken geven wij Uwe Vergadering alsnu in overweging: a. de bij raadsbesluit van 14 April 1930 aan de vereeniging tot Bestrijding van de Tuberculose alhier tot wederopzeggens toegekende subsidie, te verhoogen tot ten hoogste ƒ8.000. per jaar, ingaande 1 Januari 1932; b. vast te stellen den hierbij overgelegden begrootingsstaat, model E, dienst 1932, groot ƒ2.000.Op den post voor onvoorziene uitgaven, waarvan het bedrag van 2 000.— moet worden afgeschreven, is nog ƒ34.253.92 beschikbaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1932 | | pagina 4