104
meenteninstellingen of bijzondere personen ver
strekt
Zie de toelichting bij volgn. 228 der uitgaven.
Volgn. 25. Overige inkomsten ter zake van de
openbare veiligheid
Zie de toelichting bij volgn. 184 der uitgaven.
Volgn. 27. Bijdragen van particulieren in de
kosten van verpleging en behandeling van min
vermogenden
Zie de toelichting bij de volgnrs 252 en 255
der uitgaven.
Volgn. 29. Ontvangsten uit de exploitatie van
gemeentelijke zweminrichtingen
Zie de toelichting bij volgn. 266 der uitgaven.
Volgn. 31. 'Overige inkomsten ter zake van de
volksgezondheid
Zie de toelichting bij volgn. 184 der uitgaven.
Volgn. 52. Overige inkomsten ter zake van open
bare. werken
Op dit volgnummer kan eene hoogere ont
vangst worden verwacht van ten minste
f 20.000.waarin zijn begrepen de bedragen
van 848.53, 12.008.05 en 1.916.33, welke in
de toelichting bij de volgnrs 288, 294 en 2965
worden vermeld en een bedrag ad 356.665
wegens terugontvangen telefoonkosten.
Zie de toelichting bij volgn. 184 der uit
gaven.
Volgn. 63. Overige inkomsten ter zake van eigen
dommen niet voor den openbaren dienst bestemd
Zie de toelichting bij volgn. 184 der uitgaven.
Volgn. 65. Vergoeding van het Rijk:
a. krachtens art. 56 der Lager onderwijswet 1920.
Zie de toelichting bij volgn. 333 der uitgaven.
Volgn. 78. Vergoeding van het Rijk ingevolge
art. 71 der Lager onderwijswet 1920
Zie de toelichting bij volgn. 378 der uitgaven.
Volgn. 98a. Restitutie in de gemeentekas van
te veel ontvangen subsidie door bijzondere bewaar
scholen nieuw volgnummer)
Zie de toelichting bij volgn. 436 der uitgaven.
Volgn. 103. Schoolgelden
De opbrengst van het schoolgeld bedroeg voor
de beide Hoogere Burgerscholen in totaal
29.585.50; geraamd was 23.720.
Volgn. 105. Bijdragen van andere gemeenten
in de kosten der van rijkswege gesubsidieerde ge
meente hoogere burgerscholen als bedoeld in art. 36
quater sub. 1 der Wet op het middelbaar onder
wijs
De ontvangst, geraamd op 16.700.be
draagt 19.392.72.
Volgn. 108. Schoolgelden
De schoolgelden voor het Gymnasium brachten
op 23.121.71; geraamd was 22.630.
Volgn. 110. Bijdragen van andere gemeenten
in de kosten der van rijkswege gesubsidieerde
gymnasia als bedoeld in art. 8 quater sub. 1 der
wet op het hooger onderwijs
De ontvangst, geraamd op 9.200.be
draagt 13.698.92.
Volgn. 113. Bijdragen van gemeenten in de
kosten van scholen voor het nijverheidsonderwijs
Eene hoogere ontvangst van ten minste
9.000.kan op dit volgnummer worden ver
wacht
Volgn. 114. Overige inkomsten ter zake van het
nijverheidsonderwijs
Aan restitutie van te veel gen'otèn subsidie
door Nijverheidsscholen werd ontvangen
4.055.28; geraamd was 1.950.
Volgn. 118. Overige inkomsten ter zake van
onderwijskunsten en wetenschappen
Zie de toelichting bij volgn. 474 der uitgaven
Volgn. 125. Overige inkomsten ter zake van de
ondersteuning aan behoeftigen
Zie de toelichting bij volgn. 184 der uitgaven
Volgn. 135. Overige inkomsten ter zake van
handel en nijverheid
Zie de toelichting bij volgn. 184 der uitgaven
Volgn. 138. 100 Opcenten op de hoofdsom der
personeele belasting
De opbrengst, geraamd op 228.700.be
draagt 240.172.02.
Volgn. 142. Restitutie in verband mei de eind
afrekening van de kwade posten der door het Rijk
geinde gemeentelijke inkomstenbelasting
Ter zake werd ontvangen 21.757.61; de post
was voor „memorie" geraamd.
47.60
183.52
1.074.276
145.77
100.76
20.000.—
87.50
14.443.80
1.644.12
519.19
5.865.50
2.692.72
491.71
4.498.92
9.000.—
2.105.08
177.525
60.72
270.16
11.472.02
21.757.61
15.90
86.23
596.39
Volgn. 142a. Oewetensgelden nieuw volg
nummer) 1.089.08
Ter zake werd over 1930 ontvangen
ƒ1.089.08.
Volgn. 146. Opbrengst van vervolgingskosten 1.258.53
Op dit volgnummer werd ontvangen 1.258.53
de post was voor „memorie" geraamd.
Hoofdstuk XIII 1. Gasfabriek.
Volgn. 150. Uitkeering van het bedrijf wegens:
a. rente 3.548.54
Ontvangen werd 79.548.54; geraamd was
76.000.—.
Volgn. 150g. andere grondslagen19.92
Zie de toelichting bij volgn. 553 der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 2. Electriciteitsfabriek.
Volgn. 151. TJitkeering van het bedrijf wegens:
g. andere grondslagen43.52
Zie de toelichting bij de volgnrs 560 en 561
der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 3. Gestichten „Endegeest",
Voorgeesten „Rhijngeest"
Volgn. 152. Uitkeering van het bedrijf wegens:
b. aflossing1.000.
Zie de toelichting bij volgn. 575 der uitgaven.
f. andere grondslagen1.518.23
Zie de toelichting bij de volgnrs 569 en 570
der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 4. Openbaar Slachthuis.
Volgn. 153. Uitkeering van het bedrijf wegens:
d. restitutie van kosten voortvloeiende uit de
overeenkomst van borgstelling voor de reken-
plichtige ambtenaren
andere grondslagen
Zie de toelichting bij de volgnrs 577 en 580 der
uitgaven.
Hoofdstuk XIII 5. Grondbedrijf.
Volgn. 154. Uitkeering van het bedrijf wegens:
d. andere grondslagen
Zie de toelichting bij de volgnrs 586, 587 en
587a der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 6. Reinigings- en Ontsmet-
tingsdienst.
Volgn. 155. Uitkeering van het bedrijf wegens:
f. andere grondslagen 16.78
Zie de toelichting bij volgn. 595 der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 7. Keuringsdienstvan
waren.
Volgn. 156. Uitkeering van het bedrijf wegens:
f. Andere grondslagen28.80
Zie de toelichting bij volgn. 602 der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 8. Gemeentelijke Bank van
Leening.
Volgn. 157. Uitkeering van het bedrijf wegens:
d. restitutie van kosten voortvloeiende uit de
overeenkomst van borgstelling voor de rekenplichtige
ambtenaren2.65
Zie de toelichting bij volgn. 608 der uitgaven.
Hoofdstuk XIII 9. Gemeentelijk Wasch-
bureau.
Volgn. 158. Uitkeering van het bedrijf wegens:
c. restitutie van kosten voortvloeiende uit de
overeenkomst van borgstelling van de rekenplichtige
ambtenaren3.97
Zie de toelichting bij volgn. 613a der uitgaven.
Volgn. 161. Terugboeking van de op de ver
schillende uitgaafposten geboekte bedragen ter zake
van door den dienst van gemeentewerken verwerkte
materialen en goederen116.879.37
Zooals hierboven reeds werd medegedeeld (zie
de toelichting bij volgn. 620 der uitgaven) werd
in 1930 een bedrag van 170.927.47 uitgegeven
voor de aanschaffing van materialen, waarvan
de verdeeling over de verschillende uitgaafposten
bij de aanschaffing niet kon worden aangegeven.
Bovendien bedroeg de waarde van de op 1 Ja
nuari 1930 aanwezige materialen 38.872.
vormende in totaal een bedrag van 209.799.47.
Hiervan is in 1930 verwerkt of verbruikt
en dus op verschillende uitgaafposten van
den dienst 1930 overgeboekt een bedrag van
166.879.37, zoodat op den dienst 1931
als eindvoorraad moet worden overgeboekt
ƒ209.799.47 ƒ166.879.37 ƒ42.920.10.
In verband hiermede moet volgn. 161 der
ontvangsten, dat op 50.000.was uitgetrokken
met ƒ116.879.37 worden verhoogd; terwijl als
nieuw volgnummer (volgn. 1615) aan de ont
vangsten moet worden toegevoegd.
Volgn. 161b. Overboeking op volgnummer 663