244 MAANDAG 18 MEI 1931. c. tot wijziging van het Raadsbesluit van 2 September j.l., in zake den verkoop van een gedeelte grond aan de Marnix- straat, aan de R. K. Coöperatie «Eendracht"; d. tot aankoop, respect, overname van verschillende aan den Morschweg gelegen voortuinen, gedeelten openbaren weg en afgesloten stoepen. 5°. Missive van Gedep. Staten ten geleide van de vast gestelde rekening, dienst 1929, van den Keuringsdienst van Waren in het district Leiden en van de goedgekeurde be grooting van dien dienst voor het jaar 1931. 6°. Missive van Gedep. Staten ten geleide van de goed gekeurde gemeentebegrooting, dienst 1931. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verslag van de Plaatselijke Schoolcommissie omtrent den toestand van het Lager Onderwijs over 1930. Zal worden opgenomen in het Gemeenteverslag. 2°. Verzoek van A. Kist, om ontslag als Stadsgeneesheer. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 3°. Verzoek van het Bestuur van den Bond van Mobilisatie invaliden, om adhaesie te betuigen aan een adres van den Raad van Smallingerla'nd aan den Voorzitter van den Minister raad en de leden van de Tweade Kamer, inzake schadeloos stelling aan Mobilisatie-slachtoffers. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten het verzoek voor kennisgeving aan te nemen. 4°. Verzoek van M. Silvester, om te worden aangesteld als straatmaker of brugwachter. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt be- besloten het verzoek te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening, teneinde adressant nogmaals te verwijzen naar de Arbeidsbeurs. 5°. Verzoek van het Bestuur der R. K. Jongensscholen, om beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van het aan brengen van veranderingen in het schoolgebouw aan de Pelikaanstraat No. 2. Wordt gesteld in handen van Burgemeester effWethouders om praeadvies. 6°. Amendementen van den heer Romijn op art. 7 van de verordening op de heffing van een belasting op tooneelver- tooningen en andere vermakelijkheden. Zullen worden behandeld bij punt 16. 7°. Schrijven van J. v. d Linden Jr. en G. Silvester, houdende bezwaar tegen de betaling van een bedrag van ƒ2.50, inzake aansluiting aan het Radio-Distributie-net. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten het schrijven in handen van Burgemeester en Wethouders ter afdoening te stellen. Aan de orde is alsnu: I. Benoeming van een lid van de Plaatselijke School commissie. (Zie Ing. St. No. 107.) De Voorzitter verzoekt mevrouw Braggaarde Does, den heeren Parmentier, Manders en de Reede het stembureau te vormen. Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen de heer C. Willemse. II. Benoeming van een Secretaris van de Oommissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs. (Zie Ing. St. No. 106.) Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen de heer Mr. J. A. van der Stok. Ha. Benoeming van een onderwijzer(es) aan de Meisjesschool voor U. L. O. (Zie Ing. St. No. 121.) Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen mejuffrouw Dra. J. M. Bruggeman. De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. III. Praeadvies op het verzoek van Jhr. A. J. B. Six, om ontslag als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand, uitsluitend belast met het voltrekken van huwelijken. (Zie Ing. St. No. 110.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. IV. Rekening, dienst 1930, van de Plaatselijke School commissie. (Zie Ing. St. No. 111.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming tot goedkeuring van deze rekening besloten. V. Voorstel tot verhuring van het voorgebouw van het perceel Vischmarkt No. 19, aan Mej. W. G. Dijkzeul. (Zie Ing. St. No. 112.) Mevrouw Braggaarde Does heeft geen bezwaar tegen dit voorstel zelf, maar wel tegen de wijze van behandeling; dit perceel is n.l. inmiddels al bewoond. In de stukken, die in de Leeskamer ter inzage gelegen hebben, stond dat eenige veranderingen moesten plaats hebben op kosten van mej. Dijkzeul. Wanneer nu de Raad dit voorstel verwierp, wat zou er dan moeten gebeuren? Spreekster acht een andere wijze van behandeling van dergelijke voorstellen gewenscht. Uit de stukken blijkt, dat met het oog op het seizoen met deze zaak spoed gewenscht was, maar had het niet op den weg van het College gelegen daarop eenige toelichting te geven? Spreekster verzoekt in het vervolg met deze opmerking rekening te houden en aan dergelijke zaken geen uitvoering te geven alvorens de Raad toestemming heeft verleend. De Voorzitter zegt, dat volgens het voorstel de huur pas met ingang van 16 Mei ingaat. Mevrouw Braggaarde Does zegt, dat het huis inmiddels verhuurd en bewoond is. De Voorzitter zegt, dat het niet verhuurd kan zijn zonder goedkeuring van den Raad. Omtrent de daar verrichte werkzaamheden wil de heer Splinter misschien inlichtingen geven. De heer Splinter zegt, dat het hier een spoedgeval betreft. Spreker is het met mevrouw Braggaarde Does eens, dat het geen gewoonte mag worden. Het betreft hier echter een uitzonderingsgeval; de Raad heeft altijd zijn sanctie aan verhuringen gegeven vóórdat de huur doorging. De zaak is in de Commissie besproken en deze kon er zich mede ver eenigen, dat het perceel werd verhuurd. De huurster oefent een seizoenbedrijf in het perceel uit en zij stond er op, dat de huur op 15 Mei zou ingaananders moest zij van de huurovereenkomst afzien. Waar er geen andere gegadigden waren, werd het wenschelijk geacht de zaak te laten doorgaan. Spreker wijst er uitdrukkelijk op, dat het hier een uit zondering geldt; mevrouw Braggaar kan dan ook geen andere gevallen aanwijzen, waarin verhuringen hebben plaatsgehad, zonder dat de Raad er te voren in was gekend. Mevrouw Braggaarde Does geeft toe, dat het met het oog op den gestelden termijn noodzakelijk was tot de ver huring over te gaan, maar zij blijft er bij, dat in destukken eenige toelichting gegeven had moeten zijn. Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VI. Voorstel tot verkoop van een gedeelte grond aan de Driftstraat, Sectie N, No. 787 ged., aan de Vereeniging Wijk VIII der Ned. Herv. Gemeente van Leiden. (Zie Ing. St. No. 113.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VII. Voorstel: a. tot verkoop aan J. W. Reyneveld q.q. van een gedeelte grond aan de- Cobetstraat, hoek verlengde Kernstraat, Sectie M No. 4534 ged.; b. tot verkoop aan de N. V. Bouw- en Exploitatie Maat schappij «Ons Eigendom", van een terrein aan de Cobet straat, Sectie M No. 4534 ged. (Zie Ing. St. No. 114.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 2