224 MAANDAG 20 APRIL 1931. zal dienen. Spreker stelt dus voor dit adres te stellen in handen van het georganiseerd overleg om advies; daarna moeten dan Burgemeester en Wethouders met een praead vies komen. De Voorzitter heeft bezwaar tegen het voorstel van den heer Schüller. Dit is een zaak van Burgemeester en Wet houders; het College stelt voor dit in zijn handen te stel len om praeadvies en dan zal het daarmede handelen naar omstandigheden. De heer Schüller heeft natuurlijk net recht zijn voorstel te doen, maar spreker kan den Raad niet aan bevelen het aan te nemen. De heer Schüller zegt, dat, wanneer de Raad meent der gelijke zaken buiten het georganiseerd overleg te moeten houden, hij daardoor het door hem zelf ingestelde georgani seerd overleg kapot maakt. De Raad heeft vroeger verschillende adressen moeten behandelen, omdat er geen georganiseerd overleg was; nu is er een en dergelijke zaken dienen dus in eerste instantie in het georganiseerd overleg om advies te komen. De groote fout van deze organisatie is, dat zij dit in den Raad heeft gebracht; voor die fout wenscht spreker te wakenmen moet het georganiseerd overleg niet voorbij loopen; de zaken, die daar thuis hooren, moeten er ook behandeld worden. De Voorzitter zegt, dat, indien de zaak in het georganiseerd overleg thuishoort, Burgemeester en Wethouders haar daar ook zullen brengen, maar die quaestie moeten Burgemeester en Wethouders toch onderzoeken. Ieder heeft toch het recht adressen aan den Raad te zenden De heer Schüller zegt, dat uit de mededeelingen van den Voorzitter toch blijkt, dat Burgemeester en Wethouders dit niet zullen doen. De Voorzitter ontkent dit. Burgemeester en Wethouders stellen juist voor het in hun handen te stellen om praeadvies, omdat, wanneer zij meenen, dat het bij het georganiseerd overleg thuishoort, zij niet zullen aarzelen het in handen daarvan te geven. De heer Goslinga zegt zich met den materieelen inhoud van het gesprokene door den heer Schüller wel te kunnen vereenigen, aangezien dit volkomen juist is. Burgemeester en Wethouders hebben echter nog geen ge legenheid gehad het adres te bestudeeren. Wellicht stellen zij ten slotte voor, het voor kennisgeving aan te nemen. Misschien besluiten zij, het naar de commissie voor het ge organiseerd overleg te zenden. Burgemeester en Wethouders nemen op het oogenblik de meest neutrale houding aan, wanneer zij den Raad voorstellen het adres in hun handen te stellen om praeadvies. De Raad zelf kan geen stukken stellen 'Lin handen van de commissie voor het georganiseerd overleg om praeadvies. Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. 3°. Amendementen van den heer van Eek, op de ontwerp verordening, regelende de heffing van eene belasting op tooneelvertooningen en andere vermakelijkheden. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten de amendementen te behandelen bij punt 12. 4°. Verzoek van den heer Eikei bout, om aan Burgemeester en Wethouders eenige vragen te mogen stellen in verband met de voortdurende fluctuatie bij het Politiecorps. De Voorzitter wenscht, alvorens een voorstel van orde te doen, den heer Eikerbout eenige opheldering te vragen. De heer Eikerbout spreekt n.l. van de beoogde herziening van de salarissen" en van »de minder goede rechtspositie van de ambtenaren". Bedoelt hij met de rechtspositie de salaris regeling? De heer Elkerbout zegt, dat het zijn bedoeling is in het bijzonder over de salarissen te spreken. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten den heer Eiker bout in de gelegenheid te stellen zijn vragen te doen na afloop van de gedrukte agenda. Aan de orde is alsnu: I. sub a. Verordening, houdende wijziging van de verordening van 14 April 1904 (Gem.blad No. 11), regelende de benoeming en den werkkring van de Commissie voor het Stedelijk Museum »de Lakenhal"; (Zie Ing. St. No. 90.) Algemeene beschouwingen worden niet gehouden. Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming vastgesteld. De Voorzitter stelt daarna achtereenvolgens aan de orde: Ia. Praeadvies op het verzoek van A. M. Blok, om eervol ontslag als buitengewoon geneesheer aan de gestichten »Ende- geest", »Voorgeest" en j>Rhijngeest". (Zie Ing. St. No. 97.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. I. sub b. Benoeming van een lid der Commissie voor het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (Zie Ing. St. No. 90). De Voorzitter verzoekt den heeren Verweij, Donders, van Es en de Reede het stembureau te vormen. Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen de heer Mr. J. Slagter. II. Benoeming van een onderwijzer aan de school Vrouwen kerksteeg A. (Zie Ing. St. No. 94.) Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen de heer J. Wolfslag. 11a. Benoeming van een buitengewoon geneesheer aan de gestichten »Endegeest", »Voorgeest" en Rhijngeest", voor- loopig voor den tijd van één jaar. (Zie Ing. St. No. 98.) Wordt benoemd met 26 stemmen de heer A. M. van Stipriaan Luïscius; 1 stem was in blanco. 116. Benoeming van een 2en geneesheer aan de gestichten Endegeest", »Voorgeest" en »Rhijngeest", voorloopig voor den tijd van één jaar. (Zie Ing. St. No. 99). Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen de heer N. Verweij. IIc. Benoeming van een Ingenieur Ie klasse der Gemeente werken. (Zie Ing. St. No. 100.) Wordt benoemd met algemeene (27) stemmen de heer D. Y. Lem. lid. Benoeming van een lid der Plaatselijke Schoolcommissie. (Zie Ing. St. No. 96.) Wordt benoemd met 26 stemmen de heer Dr. C. de Jong; de heer B. F. Krantz verkreeg 1 stem. IIe. Benoeming van vier leden der Schattingscommissie, be doeld in art. 57 der Wet op de Inkomstenbelasting 1914. (Zie Ing. St. No. 101.) Worden benoemd, ieder met algemeene (27) stemmen, de heeren: R. Ensingh, J. P. Creyghton, J. A, Verhoog en D. van Lith. De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. III. Praeadvies op het verzoek van P. van der Hoeven, om ontslag als onderwijzer aan de school voor Buitengewoon lager onderwijs. (Zie Ing. St. No. 95.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. IV. Voorstel tot aanvaarding van de vergunningen tot het leggen en exploiteeren van een hoogspanningskabel van de Postbrug te Sassenheim tot de kanaalbrug te Oegstgeest en

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 2