238 MAANDAG 20 APRIL 1931. De heer Parmentier herinnert den Raad er aan, dat de Wethouder bij de behandeling van het voorstel tot invoering van de gemeentelijke radiodistributie, in antwoord op een opmerking van spreker, heeft gezegd, dat de kosten van de aansluiting ƒ10.of »iets" meer zouden bedragen, ƒ17,50 is echter 75 meer dan 10.en dat is toch wel wat veel voor »iets". Hoe is men tot het bedrag van ƒ17,50 gekomen? Spreker vermoedt niet, dat de Wethouder, zooals de heer Kooistra heeft gezegd, woekerwinst wil maken, maar heeft den indruk, dat de gemeentelijke exploitatie duurder is dan de particuliere exploitatie. De heer Kooistra merkt op, dat hij niet heeft beweerd, dat de Wethouder woekerwinst wil maken. Hij sprak alleen van woeker in verband met de verhooging van de aansluitings- kosten bij termijnbetaling. De heer Parmentier meent, dat de heer Kooistra het woord woekerwinst reeds van te voren had gebruikt. De Voorzitter zegt, dat de heer Kooistra daarvan alleen heeft gesproken in verband met de bedragen van ƒ17 50 en ƒ20. De heer Goslinga zegt te erkennen, dat hij het vorige jaar heeft medegedeeld, dat de aansluitingskosten 10.— of iets meer zouden bedragen. De directie van de Lichtfabrieken en spreker alsmede allen, die met deze zaak te maken hebben, wisten toen echter niet zooveel van de radiodistributie als nu. Na kennisneming van verschillende systemen is spreker met de commissie voor de lichtfabrieken tot de conclusie gekomen, dat het het beste was een zes-aderigen ondergrondschen kabel te gebruiken. Toen spreker het vorige jaar 10.of iets meer als de aansluitingskosten noemde, dacht men aan het gebruik van een vier-aderigen kabel. De vroegere aansluiting zal een vergelijking met de aan sluiting, zooals ze door de gemeente wordt tot stand gebracht, niet kunnen doorstaan. De aansluiting, welke de heer ter Meer tot stand bracht, was met ƒ10.ruim betaald, terwijl de gemeente bijna geen winst maakt, wanneer zij voor haar aansluiting ƒ17.50 berekent. Een belangrijke bepaling van het artikel is, dat bij ver huizing, mits niet binnen zes maanden, de abonné's geen nieuwe aansluitingskosten hebben te betalen. Ter Meer vroeg in die gevallen ƒ5.en aangezien onder de abonné's van een radiodistributiebedrijf veel verhuizingen plaats vinden, betaalde men gemiddeld meer dan ƒ10.voor de aansluiting. De termijn van 6 maanden is genomen om althans eenige rem te hebben; sommige menschen verhuizen iedere maand. Spreker is het er volkomen mee eens, dat het bedrijf, wil het slagen, een massabedrijf moet worden. In Dordrecht, waai de gemeentelijke radio-distributie 1 October j.l. in werking is getreden is, naar Wethouder Sanders spreker medegedeeld heeft, de toeloop zoo groot, bij 17.50 aansluitingskosten, dat men het eenvoudig niet kan bijbeenen. Is Dordrecht nu in sociale standing zooveel minder dan Leiden? Beide steden kunnen over het algemeen wel met elkaar vergeleken worden. Ook is bezwaar gemaakt tegen de verhooging der kosten bij termijnbetaling. Het College houdt niet zooveel van het afbetalingssysteem en door een flinke reductie bij directe be taling heeft het getracht, zooveel mogelijk van afbetaling te doen afzien. Nu daai tegen echter uit den Raad verschillende bezwaren zijn gerezen er is zelfs gesproken van woeker; dat is toch wel een beetje grof, want men heeft toch een jaar lang het risico en 12x de inningskosten en men derft rente zijn Burgemeester en Wethouders, om alle bezwaren af te snijden, bereid het amendement-Zitman over te nemen. De heer Parmentier zeide, wel te weten, dat gemeentelijke radio-distributie duurder was dan de particuliere; maar de gemeente kan niet een distributienet maken zooals door dezen particulier gemaakt is; dat zou tot zeer groote ontevredenheid bij de aangeslotenen aanleiding geven. Dit is zeer nauwkeurig opgenomen; spreker wil er in het openbaar niet te veel van zeggen, maar zooals dat net is aangelegd zou de gemeente het nooit kunnen en mogen doen; die moet beter voor den dag komen en zal er niet zooveel aan verdienen als een particulier, omdat de aanleg beter en solieder is. Het amendement-Koole moet spreker afwijzen; dat geeft te weinig; dan zou op iedere aansluiting direct verspeeld worden dat kan niet; vooral bij een bedrijf, dat pas begint. Alleen het aansluitkastje voor 5 progamma's, dat direct wordt verschaft, kost 7.50 a 10.bij ter Meer, geschiedde dat zeer primitief, met een paar stopcontacten. De ervaring in andere gemeenten leert, dat men voor een goede aansluiting niet tegen een rijksdaalder kosten opziet. Natuurlijk kan deze radio-distributie niet aangeschaft worden door de allerarmsten; mon veronderstelt altijd een zekere welvaart. De heer Groeneveld bestrijdt dit. Zelfs in de armste buurten van Leiden, waar de Wethouder zeker nooit komt, hebben de bewoners radio. De heer Goslinga zegt, dat niet altijd in de armste buurten de inwoners met het laagste inkomen wonen. In de gezinnen, die zich het genot van radio veroorloven, moet een zekere welvaart heerschen, althans dient men bij de vaststelling van de verordening van die veronderstelling uit te gaan. Indien men ook zonder het bestaan van die welvaart zich de aan schaffing van een radiotoestel of de aansluiting aan het distributienet veroorlooft, behoeft dit voor de gemeente geen aanleiding te zijn de prijzen lager dan den kostprijs te stellen. De bepaling, dat men bij verhuizing de aansluitingskosten niet opnieuw behoeft te betalen, zal een groote attractie worden. Burgemeester en Wethouders nemen het amendement- Zitman over, maar zijn niet bereid verder te gaan. Aangezien het amendement van den heer Zitman door Burgemeester en Wethouders is overgenomen, maakt het geen onderwerp van beraadslaging meer uit. De heer Groeneveld ziet niet in, dat het een belangrijk voordeel zal zijn, dat men bij verhuizing de aansluitingskosten niet opnieuw behoeft te betalen. Meestal zullen de abonné's verhuizen naar woningen, waarin zich reeds een aansluiting bevindt, indien n.l. dit bedrijf een massa-bedrijf wordt, hetgeen voor een behoorlijk rendement noodzakelijk is. Spreker zou alsnog een antwoord willen ontvangen op zijn vraag omtrent de aansluiting van buitenlandsche stations. De heer Goslinga zegt, dat de bepaling omtrent de buiten landsche stations op voorschrift van den Minister van Water staat in de verordening is opgenomen. Het is een voorwaarde voor de verleening van de machtiging. De heer Kooistra zegt, dat indien men zich beroept op het groote aantal aanvragen, dat bij het radiodistributiebedrijf in Dordrecht binnenkomt, het niet billijk en eerlijk is, in de ver onderstelling, dat het bedrijf jaarlijks ƒ10.000.— winst zal op leveren, den prijs van 17.50 voor de aansluiting te handhaven, ten einde de winst in de gemeentekas te doen vloeien. De heer Goslinga zegt, dat de gelden in de kas van het gemeentelijk radiodistributiebedrijf worden gestort ter dekking van de kosten, welke met den aanleg van het net gepaard gaan. Spreker hoopt, dat de heer Kooistra nog eens den tijd zal beleven, dat het bedrijf ƒ10.000.winst per jaar maakt. Daarvan is echter voorloopig geen sprake. De kosten van de aansluiting bedragen in Dordrecht ook 17.50 en daar is de aansluiting niet zoo mooi als in Leiden. Met bossen draden wordt de stad ontsierd, zooals vroeger bij de telefoon. De aanleg hier zal buitengewoon goed en tech nisch volmaakt zijn en is gebaseerd op de nieuwste vindingen der wetenschap; daarvoor moet iets betaald worden; de heer Kooistra moet niet denken, dat de gemeente er iets aan verdient. De heer Manders zegt, dat alle vorige besluiten inzake deze radio-distributie genomen zijn onder de toezegging van den Wethouder, dat de vergoeding voor de aanlegkosten 10. zou bedragen; dat maakt nu toch wel een heel groot verschil. De Wethouder wijt dit hieraan, dat, in plaats van 4-aderige, 6-aderige kabels gelegd worden, maar daardoor worden de kosten niet zooveel hooger; bovendien krijgen de abonné's er niets meer of minder door. Spreker zou het veel billijker vinden, de aanlegkosten te verlagen, maar bij verhuizing een zeker bedrag te heffen. De heer Koole weet zeker, dat op het oogenblik 300 men schen, die bij ter Meer ingeschreven waren, op aansluiting van de gemeente wachten; het gemiddeld inkomen van die menschen is 28.—. Die hadden de verwachting gekoesterd, dat de aanlegkosten bij de gemeente, evenals bij ter Meer, ƒ10.zouden bedragen; spreker acht het dus niet billijk hoogere aanlegkosten te berekenen. Die menschen kunnen geen ƒ42.50 ineens uitgeven, voor een luidspreker, die tenmtnste 25.kost plus aanlegkosten. Spreker weet zeker, dat ver schillende menschen, die gaarne wilden aansluiten, daarvan afgeschrikt zijn en niet in staat zijn daartoe over te gaan, waardoor zij gedupeerd zijn. Spreker hoopt, dat de Raad dit zal inzien en sprekers voorstel zal steunen. De Voorzitter deelt mede, dat de heer Koole zijn amende ment heeft gewijzigd, zoodat het thans luidt: »Ondergeteekende stelt voor, art. 13, tweede lid, sub a en b van de verordening betreffende de aansluiting van particu lieren aan het gemeentelijk radio-distributie-net te lezen als volgt:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 16