19
„de Leidsche Buitenschool", in antwoord op het door haar
ingediend adres mede te deelen, dat de gemeente bereid is
daarvoor in aanmerking komende Leidsche kleuters in haar
Internaat te Katwijk aan Zee te doen opnemen tegen beta
ling van 1.56 per verpleegdag, doch dat de beslissing
omtrent de opname in ieder geval op zichzelf bij Burgemeester
en Wethouders zal berusten, terwijl ook de vaststelling van
het bedrag der bijdragen van ouders of verzorgers en eveneens
de invordering daarvan, door hen zal plaats hebben.
Het is ons voornemen die bijdragen te regelen overeen
komstig het Tarief van bijdragen wegens ziekenhuis-ver
pleging van wege de gemeente.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen het bestuur
derVereeniging Herstellingsoord: „de Leidsche Buitenschool";
dat dank zij een groote gift weldra op het terrein van de
Buitenschool te Katwijk a/Zee een internaat voor kleuters
zal worden geopend;
dat dit internaat zal dienen voor opname van door tuber
culose bedreigde kleuters;
dat subsidies van Rijk en Provincie alreeds zijn aangevraagd
dat het Uw College verzoekt een regeling te willen treffen
waardoor Leidsche kleuters in het internaat kunnen worden
opgenomen en verpleegd op gelijke wijze als dit voor zieken-
inrichtingen geschiedt.
De verpleegprijs wordt 16000.365 X 20 rond 2.20.
Hiervan zal naar verwachting 20 door de Provincie worden
betaald 44 ets. en 20 ets. door het Rijk, te samen 64 ets.,
blijft over 1.56. Voor armlastigen zal de Gemeente dus
1.56 per kind moeten betalen; voor minvermogenden dat
bedrag verminderd met hetgeen de ouders zelf opbrengen.
Hetwelk doende enz.
Namens het bestuur vnd.
B. Goeter, Voorzitter.
Dr. M. D. Horst, Secretaris.
N°. 32. Leiden, 28 Januari 1931.
Onder mededeeling, dat ons College zich met het hieronder
afgedrukte voorstel van Commissarissen der Stedelijke Fabrie
ken van Gas en Electriciteit kan vereenigen, geven wij Uwe
Vergadering in overweging:
a. aan de N.V. tot Keuring van Electrotechnische Mate
rialen te Arnhem in de kosten van oprichting en exploitatie
van een kortsluithuis en hoogspanningslaboratorium met
bijkomende werken uit de reserves van de Lichtfabrieken
een bijdrage a fonds perdu te verleenen van 32.000.
berekend naar een maximale belasting der Electriciteits-
fabriek van 16.000 k.W. in 1931;
b. aan de sub a genoemde vennootschap voor het daar
genoemde doel ten laste van de Electriciteitsfabriek gedu
rende de jaren 1932 tot en met 1940 een jaarlijksche bijdrage
toe te kennen van 0.10 voor elke k.W., waarmede de
maximale belasting der fabriek in elk dier jaren de 16.000
k.W. te boven gaat;
een en ander onder voorwaarde, dat door deelneming van
de overige aandeelhouders van de N.V. de stichting van
de sub a genoemde laboratoria verzekerd is.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 30 December 1930.
De snelle ontwikkeling van de electriciteitsvoorziening
hier te lande heeft er toe geleid, dat aan hare bedrijfszekerheid
steeds hoogere eischen worden gesteld, zoodat met die ont
wikkeling een stijgende behoefte aan keuring en onderzoek
van electro-technische materialen en toestellen gepaard is
gegaan. Terwijl nu voor het onderzoek van vele materialen
met betrekkelijk eenvoudige en weinig kostbare laboratoria
kan worden volstaan, eischt de keuring en beproeving van
andere, met name die voor den bouw en de inrichting van
groote centrale's, schakelhuizen, transformatorstations enz.,
in het algemeen dus die materialen en toestellen, welke
in geval van storing aan groote kortsluitbelastingen zijn
blootgesteld, de aanwezigheid van zeer uitgebreide laboratoria
met een veel duurdere outillage. Het onderzoek nu van de
eerstgenoemde materialen ten behoeve van de electriciteits-
bedrijven geschiedt door de te Arnhem gevestigde N. V. tot
Keuring van Electrotechnische Materialen (K.E.M.A.), welker
aandeelhouders voor verreweg het grootste gedeelte bestaan
uit de provincies en gemeenten ook Leiden is aandeel
houder welke electriciteitsbedrijven exploiteeren. Daaren
tegen kan het onderzoek van de laatstgenoemde materialen
en toestellen niet door deze vennootschap verricht worden,
omdat hare laboratoria daarvoor niet zijn ingericht, terwijl
de binnenlandsche industrie evenmin over zoodanige be
proevingsinrichtingen beschikt. Het gevolg van een en ander
is, dat juist de grootste en belangrijkste opdrachten niet
aan de Nederlandsche industrie kunnen worden gegund,
doch bij de groote buitenlandsche fabrieken moeten worden
geplaatst, die wèl over dergelijke laboratoria de beschikking
hebben. Deze toestand is dus allerminst bevredigend, mede
omdat de bereidwilligheid van de buitenlandsche fabrikanten,
om hun laboratoria voor eigen onderzoek door de electriciteits
bedrijven ter beschikking dier bedrijven te stellen, niet bijster
groot is, zoodat de bedrijven in vele gevallen alleen zijn
aangewezen op de eenzijdige inlichtingen van de fabrikanten
omtrent de kortsluitzekerheid van hunne producten.
Met de oprichting van een zgn. kortsluithuis hier te lande
is dus in de eerste plaats een gewichtig nationaal belang
gemoeid, in zooverre als het bestaan daarvan er toe kan
leiden, dat belangrijke opdrachten, welke, zooals gezegd, tot
dusver in het buitenland moesten worden geplaatst, in de
toekomst ook aan de binnenlandsche industrie kunnen ten deel
vallen. Uit een oogpunt van werkverruiming verdient de
oprichting van een kortsluithuis derhalve alle aanbeveling,
hetgeen nog hiermede kan worden geïllustreerd, dat bijv.
van het Leidsche electriciteitsbedrijf alle generatoren (elec-
trisch deel van de turbines), alle groote transformatoren en
al het schakelmateriaal van het 10.000 Volt- en het 3.000
Volt-schakelhuis van de centrale, alsmede van het 10.000/3.000
Volt-scbakelhuis aan de Cobetstraat door buitenlandsche
fabrieken zijn geleverd.
Doch ook de belangen van de electriciteitsbedrijven zelve
zullen door de oprichting van een kortsluithuis in hooge
mate worden gediend, in zooverre als zij veel meer betrouw
bare gegevens omtrent de kortsluitzekerheid van hunne
materialen en toestellen zullen kunnen vei krijgen. Ook het
gewicht van dit belang onderschatte men niet. Met het
grooter worden van het vermogen van de centrale toch
neemt de behoefte aan absoluut betrouwbaar materiaal toe,
omdat één zwak element in het geheel noodlottige gevolgen
kan hebben, niet alleen voor het bedrijf zelf, doch ook en
vooral voor de stroomafnemers. Het moet dus practisch
uitgesloten zijn, dat groote verwoestingen, vooral in de
schakelhuizen, kunnen optreden, als gevolg waarvan de
stroomlevering aan fabrieken, buitengemeenten, de trams,
om van andere verbruikers nog niet te spreken, dagen lang
onderbroken zou moeten worden. Mocht te eeniger tijd de
directe koppeling van de schakelhuizen der centrales van
Rotterdam, 's-Gravenhage en Leiden tot stand komen, dan
zullen aan de Leidsche centrale weder hoogere eischen worden
gesteld, met het oog waarop het noodzakelijk is op de
hoogte te blijven van alles wat de veiligheid en deugdelijkheid
van de installatie kan vergrooten.
Op grond van een en ander verdient dan ook naar onze
meening het plan van de N.V. K. E. M, A. om te komen
eerst tot de oprichting te Arnhem van een kortsluithuis en
daarna tot die van een hoogspanningslaboratorium voor het
doen van onderzoekingen omtrent de beveiliging van de.
netten tegen overspanningen, niet alleen den moreel en, maar
ook den financiëelen steun van de aandeelhouders. Zonder
dien financiëelen steun toch is de oprichting niet mogelijk.
Met den bouw immers van het kortsluithuis, het hoogspan
ningslaboratorium en van magazijnen en werkplaatsen, als
mede voor den aankoop te Arnhem van den benoodigden
grond, is, naar de vennootschap heeft berekend, een kapitaal
noodig van ƒ1.250.000.
De jaarlijksche exploitatie-rekening alleen van het kortsluit
huis met bijbehoorende magazijnen en werkplaatsen wijst een
totaal bedrag aan uitgaven aan van 224.500.Na aftrek van
een toegezegde extra-bijdrage, van de inkomsten uit werkzaam
heden voor derden en van de opbrengst wegens het gebruik van
het kortsluithuis door de industrie, blijft een jaarlijksch tekort
aan inkomsten van 150.000.over, hetwelk dan gedurende
10 jaren de aflossing van het op te nemen kapitaal heeft
ook in 10 jaren plaats door de bedrijven zou moeten
worden bijeengebracht. Eenerzijds nu dit bedrag, anderzijds
de totale maximale belasting van de bedrijven der aandeel
houders ad 600.000 k.W. over 1931 tot grondslag nemende,
heeft de vennootschap aan de bedrijven verzocht haar ge
durende 10 jaren een jaarlijksche bijdrage te verleenen van
0.25 per k.W. van de maximale belasting in 1931, waar
door dus de exploitatie van het kortsluithuis mogelijk wordt
gemaakt. Bovendien heeft zij, uit overweging, dat het belang,
hetwelk de bedrijven bij het kortsluithuis hebben, in het alge
meen gesproken met de toeneming van hunne belastingen