GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 17 IKG£KOKEN STUKKEN. N°, 24. Leiden, 21 Januari 1901. Bij haar ln de Leeskamer ter inzage liggend schrijven verzoekt de Commissie van Uitvoering van het XVIIIe Internationale Oriëntalisten Congres haar wel het kosteloos gebruik toe te staan van de localiteiten der Stads-Gehoor- zaai, gedurende het tijdvak van 7 tot en met 12 September a.s., zulks ten behoeve van het alsdan te houden Congres en de daaraan verbonden Sectievergaderingen, alsmede het inrichten van het Congresbureau. Aangezien de Stads-Gehoorzaal als regel voor het houden van dergelijke groote congressen kosteloos ter beschikking wordt gesteld en de zaal bovendien in de eerste helft van September nog bijna niet pleegt verhuurd te worden, be staan bij ons College tegen inwilliging van het verzoek geen bedenkingen. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging de verschillende localiteiten van de Stads-Gehoorzaal, gedu rende het tijdvak van 7 tot en met 12 September a.s., kos teloos ter beschikking te stellen van de Commissie van Uitvoering van het XVIIIe Internationale Oriëntalisten Congres, zulks ten behoeve van het gedurende dat tijdvak te houden Congres. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 25. Leiden, 23 Januari 1931. Bij raadsbesluit van 14 April 1930 (Ingek. Stukken No. 69) werd de huur van het winkelhuis aan den Nieuwen Rijn No. 22, ingaande 1 Meid. a. v., verhoogd van 1.050.— per jaar tot f 1.200.— per jaar, op welk laatste bedrag de huurwaarde door deskundigen was getaxeerd. De huurder, de heer P. J. H. van der Pluijm, heeft het voornemen te kennen gegeven de huur van het perceel tegen 1 Mei a.s. te beëindigen, tenzij de jaarlijksche huurprijs weder wordt teruggebracht tot het oorspronkelijke bedrag van 1.050. Voor verdere bijzonderheden verwijzende naar de in de Leeskamer ter visie liggende stukken, deelen wij Uwe Ver gadering mede, dat ons College, evenals de Commissie van Fabricage, in dit geval wel termen tot een tijdelijke ver mindering van den huurprijs, voorloopig voor den tijd van een jaar, aanwezig acht. Adressant gaat met deze regeling accoord. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging het raadsbesluit van 14 April 1930 in zake de verhuring van het winkelhuis aan den Nieuwen Rijn No. 22 aan P. J. H. van der Pluijm aldus te wijzigen, dat de jaarlijksche huur prijs, te rekenen met ingang van 1 Mei 1931, voor den tijd van één jaar, wordt verlaagd van 1.200.tot 1.050. zulks met handhaving van de thans geldende verhurings- voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. 26. Leiden, 23 Januari 1931. Bij raadsbesluit van 1 December 1924 (Ingek. Stukken No. 308) werd aan J. C. Spaargaren, te Oegstgeest, voor den tijd van 10 jaren, ingaande 1 Januari 1925, het op de bijgevoegde kaart met roode omlijning aangegeven gedeelte grond en water, groot 1150 M2, verhuurd tegen den prijs van ƒ90.per jaar, met het recht van den huurder om op dien grond een huisje te hebben of te bouwen. De heer Spaargaren is in Januari 1930 overleden, waarna de heer J. Tegelaar, te Lisse, als erfgenaam huurder van den grond c. a. is geworden. Deze heeft het op den ver huurden grond staande huisje verkocht aan den heer G. Willems, te Leiden. In verband hiermede verzoekt de heer Tegelaar van de huur te worden ontslagen en vraagt de heer Willems om de huur te mogen overnemen. Aangezien hiertegen noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons College bezwaar bestaat, geven wij Uwe Ver gadering in overweging te besluiten: a. medewerking te verleenen aan de tusschentijdsche be ëindiging, gerekend te zijn ingegaan op 1 Januari 1931, van de krachtens raadsbesluit van 1 December 1924 gesloten overeenkomst in zake de verhuring van het sub bedoelde gedeelte grond en water; b. het op de overgelegde kaart met roode omlijning aan geduide gedeelte grond en water langs den Haarlemmer- trekvaartweg en het Poelmeer, onder de gemeente Oegstgeest, groot 1150 M.2, te verhuren aan G. Willems, te Leiden, voor den tijd van 10 jaren, gerekend te zijn ingegaan op 1 Januari 1931, tegen een huurprijs van 90.per jaar, met het recht van den huurder om op dien grond een huisje te hebben, en verder onder de overgelegde voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 27. Leiden, 23 Januari 1931. Blijkens de ter visie liggende stukken heeft de heer W. C. van Oosterom, te Leiderdorp, een aanvraag ingediend om het perceel bouwterrein aan de Oostzijde van de Bloem- straat, groot 200 M2., op de bijgevoegde kaart met roode kleur en zwarte arceering aangegeven, te mogen koopen. Adressant gaat accoord met den gevraagden prijs van 7.per M2., alsmede met de hierna omschreven, aan den verkoop te verbinden voorwaarden. In overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage, geven wij Uwe Vergadering derhalve in overweging te besluiten, aan den heer W. C. van Oosterom, te Leiderdorp, tegen den prijs van ƒ7.per M2. te ver- koopen het perceel bouwterrein aan de Oostzijde van de Bloemstraat, op de overgelegde kaart met roode kleur en zwarte arceering aangegeven, groot 200 M2., deel uit makende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie K, No. 3930, zulks onder de volgende voorwaarden: le. de verkoop van den grond geschiedt ten behoeve van den bouw van een garage met bovenwoning of enkel van woningen, met den bouw waarvan niet mag worden aan gevangen voordat, behalve de vergunning ingevolge de bouw verordening, op de plannen en de plaatsing van die ge bouwen de goedkeuring van Burgemeester en Wethouders is verkregen; gelijke goedkeuring is noodig bij herbouw of geheele of gedeeltelijke vernieuwing; 2e. de nakoming van de onder le. genoemde voorwaarde moet worden verzekerd door het vestigen van een servituut; 3e. de kooper is verplicht met de bebouwing van den te verkoopen grond aan te vangen uiterlijk drie maanden na de overdracht van den grond en deze bebouwing te vol tooien uiterlijk 15 maanden na die overdracht; indien de kooper in gebreke blijft aan een en ander te voldoen, ver valt hij in een boete aan de gemeente Leiden van 100. voor elke maand, dat hij te dien aanzien in gebreke mocht blijven, welke boete verschuldigd en invorderbaar zal zijn door de enkele nalatigheid, zonder dat eenige ingebreke stelling noodig zal zijn; 4e. de kosten van opmeting en alle verdere kosten op de overdracht vallende, komen ten laste van den kooper; 5e. de akte zal worden gepasseerd door een door Burge meester en Wethouders aan te wijzen notaris. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 28. Leiden, 23 Januari 1931. De heer H. P. Jansen heeft verzocht het op de overge legde kaait met roode kleur aangegeven strookje grond nabij het huis „Zuiderzicht", groot 12 M2, te mogen koopen, zulks met het oog oo de voorgeoom -n bebouwing van het aangrenzend terrein aan den Lammensehansweg Aangezien adressant met den gevraagden prijs ad ƒ12, per M2 accoord gaat en ook overigens tegen den verkoop geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in over eenstemming met het ad vies van de Commissie van Fabricage in overweging te besluiten aan H. P. Jansen, te Leiden, tegen den prijs van 12.per M2 te verkoop m de strook grond aan den Lammensehansweg, op de o vergelegde kaart in roode kleur aangegeven, groot 12 M2, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie M, No. 4605, zulks onder de volgende voorwaarden

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 24