WOENSDAG 21 JANUARI 1931. 71 is van de Woningstichting zelf uitgegaan, omdat zij geeri tijd had voor het toezicht op de onderhoudswerken. Burgemeester en Wethouders hebben dat verzoek toege juicht, omdat op deze manier voor niet te veel geld de zaak in goede banen wordt geleid. Men heeft gezegd, dat een niet-gepensionneer de deze be trekking eigenlijk moest waarnemen. Een volledige dagtaak geeft de betrekking echter niet; bij de vaststelling van het salaris moest daarmede rekening worden gehouden. In de Memorie van Antwoord hebben Burgemeester en Wethouders reeds medegedeeld, dat het absoluut onjuist is, dat de heer Verhoog twee timmerlieden en een metselaar heeft doen ontslaan. De heer Schüller heeft gezegd, dat er eigenlijk niets aan stadsverbetering gedaan wordt. De heer Schüller merkte daarbij ook op, dat hij het bedrag van ƒ2.000.000.dat in de Memorie van Antwoord werd genoemd als de kosten van werken, waarvoor credieten waren toegestaan, niet in de arbeidsloonen heeft kunnen terugvinden. Het is vanzelf sprekend, dat als voor ruim ƒ2.000.000.werk wordt aan besteed, niet dit geheele bedrag aan arbeidsloon wordt uit gegeven, maar een groot gedeelte ook voor den aankoop vari materialen enz. wordt gebruikt. De heer Schüller merkt op, dat het bedrag van ƒ2.000.000. dus eigenlijk niets zegt. De heer Splinter meent, dat het wel iets zegt, omdat uit de grootte van het voor de uitvoering van werken beschik baar gestelde credtet valt af te leiden, dat veel werk is uit gevoerd en derhalve aan veel arbeiders werkgelegenheid is gegeven. Spreker wil even de cijfers noemen; men zegt altijd: er wordt met cijfers geschetterd, maar wat waar is mag toch wel gezegd worden. Sedert het tegenwoordige College in September 1927 zijn werkzaamheden aanving, zijn door den Raad toegestaan dat valt dus niet te logenstraffen voor aanleg en verbetering van straten en wenen f 1.032.087. voor bruggen en water werken ƒ525 600.voor plantsoenen en speeltuinen 20.770. voor de centrale rioleering 453.000.voor gebouwen ƒ197.362 .In totaal is voor deze werken toegestaan ƒ2.228.819. Op 15 Januari waren nog in uitvoering werken tot een bedrag van ƒ863.252.—. Dan zijn er nog plannen die binnenkort aan de orde komen. De heer Groeneveld vraagt nu, hoe lang dat «binnenkort" zal duren. Men moet niet vergeten, dat over belangrijke plannen als b.v. de veemarkt zeer vele commissies hun licht moeten laten schijnen; de behandeling door die verschillende instanties duurt lang; maar men kan toch niet zeggen, dat er mee getraineerd wordt. Met de veemarkt weten de heeren hoe het staat: het overleg met verschillende instan ties is nog niet beëindigd. Het plan voor asfalteering Breestraat zal spoedig worden ingediend; de plannen voor den biuw van 56 woningen aan de Os- en Paardenlaan waren reeds in het voorjaar klaar, maar zijn bij de Woningstichting zoek geraakt; verder noemt spreker de demping van het Levendaal het plan daarvoor is nagenoeg gereed. Al zou men bij Gemeente werken meer personeel plaatsen, dit zou op het oogenblik absoluut geen bespoediging van de indiening van plannen ten gevolge kunnen hebben. De'plannen, die thans in overweging zijn, zullen in totaal kosten, spreker durft het, om den Wet houder van Financiën niet te laten schrikken, haast niet te zeggen, ƒ3.840 500. Spreker is het met den heer van Stralen eens, dat de vast stelling van het uitbreidingsplan zeer lang op zich laat wachten. Maar de heeren weten toch precies hoe de zaak staat; het is hier in behandeling geweest. Spreker denkt ook wel, dat het nog een heelen tijd zal duren, voordat het ter definitieve vaststelling aangeboden zal kunnen worden. Thans wordt eerst een nieuwe teekening gemaakt, waarbij rekening wordt gehouden met de in den Raad gehouden be sprekingen, betreffende verschillende onderdeelen, terwijl tevens de detailleering van het plan binnen de daarvoor aangegeven be grenzingen nader moet worden bezien. Voor het maken van deze teekening zullen nog ongeveer 3 maanden noodigzijn. Wanneer deze teekening door Burgemeester en Wethouders is goed gekeurd, wordt zij toegezonden aan de provinciale Commissie voor de uitbreidingsplannen, die haar inzichten er over zal mededeelen; dit is noodigom later geen principieele wijzigingen meer in het plan te behoeven aan te brengen. Daarna kan het plan in gereedheid worden gebracht voor openbare behandeling in den Raad. Hoeveel tijd daarmede gemoeid zal zijn, hangt o. a. af van den spoed, waarmede het plan bij de verschillende instantieso. a. Gezondheidscommissie, Provinciale Commissie wordt behandeld. Wanneer bij de volgende begrooting dezelfde vraag wordt ge steld, zal hoogstwaarschijnlijk hetzelfde antwoord moeten worden gegeven. De demping van de Langegracht kan eerst na de vast stelling van het uitbreidingsplan onder oogen worden gezien. De heer van Rosmalen vroeg verbetering van de Middelste- gracht; na langdurige onderhandelingen, waarna spreker dacht dat de zaak in orde was, bleek dit nog niet het geval de gemeente is nog steeds in onderhandeling met de firma Tieleman en Dros, die nog enkele bezwaren heeft; spieker hoopt echter.dat deze zaak binnen niet al te langen tijd den Raad zal bereiken. Spreker is meermalen bij die firma ge weest om die zaak te bespreken; spreker kan zich evenwel begrijpen, dat zij de zaak goed wil bekijken, alvorens een beslissing te nemen, want het is voor haar fabriek natuurlijk een levensbelang; spreker daartegenover houdt het gemeente belang daarbij in het oog; daarvoor zit hij hier trouwens. De heer Scnüller heelt ook nog voorgesteld alle bestratings- werken in eigen beheer te doen uitvoeren, omdat hij het eigen-beheer-systeem beter vindt dan aanbesteding. De heer Zitman heeft er reeds een en ander over gezegd en spreker kan dus kort zijn. De heer Schüller zegt nu: de heer Zitman is een aannemer. Spreker is dat ook; op dat punt zitten zij dus op één stoel. Dit neemt evenwel niet weg, dat spreker er zijn meening over hebben mag en dat hij er anders over denkt dan de heer Schüller. De heer Schüller heelt betoogd, dat de aannemers geen behoorlijk werk afleveren en als de oorzaak daarvan aange wezen het ontbreken van een collectief contract in het straat- makersbedrijf. De straatmakers in het particuliere bedrijf zouden nu zeer hard moeten werken om een voldoend loon te kunnen verdienen en daardoor komt de degelijkheid van het werk in het gedrang. Indien de gemeente blijft doorgaan met het aanbesteden van straatwerk, verlangt de heer Schüller, dat wordt voorgeschreven, dat de straatmakers dezelfde beloo ning moeten ontvangen als de straatmakers der gemeente. De heer Zitman heeft vanmiddag terecht opgemeikt: dat een voordeel van het bestratingswerk door middel van aan- steding is, dat indien het werk niet goed gedaan is, de aan nemer daarvoor aansprakelijk is. Deze moet het werk over maken, zonder dat het de gemeente iets kost. Inderdaad is op het Rapenburg en de Heerengracht slecht straatwerk geleverd. De aannemers hebben echter het werk moeten vernieuwen. Dezelfde aannemers hebben evenwel op den Hoogevoort- schen weg bij Endegeest uitstekend werk geleverd, zooals aan spreker van alle kanten is medegedeeld. Spreker wijst er den heer Schüller op. dat in geen enkele gemeente ten aanzien van door particulieren uit te voeren straatwerken speciale voorschriften worden gegeven met be trekkit g tot de loonen der straatmakers en herinnert er aan, dat de gemeente-straatmakers de hoogste loongroep der werk lieden vormen en de heer Schüller zich er altijd aan geërgerd heeft, dat de gemeentelijke straatmakers veel te veel verdie nen. De heer Parmentier, die lid van de commissie is, zou dit wellicht kunnen beamen. De heer Schüller zegt altijd zij mogen niet meer verdienen dan het loon, dat hun toekomt en geen overuren maken. Dat het tariefloon te hoog is, blijkt hieruit, dat de straatmakers, zoo daaraan geen paal en perk werd gesteld, met een loon van 60.a 70.per week naar huis zouden gaan, indien zij in tarief werken. Zij zouden dan echter zoo hard werken, dat slecht werk wordt afgeleverd, hetwelk overgemaakt moet worden. Daarvan zijn zij evenwel niet gediend. Het hoogste loon, dat een straatmaker hier verdienen kan, is gesteld op 50.per week. In de Memorie van Antwoord zijn reeds de bezwaren aan gegeven, welke er bestaan tegen het uitvoeren van straat- makerswerk in eigen beheer. De proef, die nu genomen is, is zeer goed geslaagd. Spreker zou dan ook niet gaarne willen, dat het voorstel van den heer Schüller werd aangenomen. In antwoord op de opmerking van den heer Zitman inzake den Zijlsingel deelt spreker mede, dat het de bedoeling is dit jaar daar het stamriool te leggen; daarvóór kan men dus geen groote kosten voor wegvei betering maken. Spreker zal evenwel gaarne het verzoek van den heer Zitman overbrengen aan den Directeur der Gemeentewerken. Wat betreft de volkshuisvesting, de heer Kooistra heeft gezegd, dat na 1922, toen een aantal woningen zijn afgekeurd, men eigenlijk niets meer van de Gezondheidscommissie heeft gehoord, totdat bij de begrooting voor 1929 een nieuw onder zoek is toegezegd; dien langen termijn had de gemeente noodig om de vroeger afgekeurde woningen leeg te krijgen. Dit toegezegde onderzoek heelt een aanvang genomen, maar de heer Kooistra moet niet denken, dat dit zoo eenvoudig is; het is een omvangrijk werk. Met de Gezondheidscommissie was overeengekomen, dat zij en het Bouw- en Woningtoe zicht ieder afzonderlijk een lijst zouden opmaken van wonin gen, die voor onbewoonbaarverklaring in aanmerking kwamen. Doordat de Gezondheidscommissie echter met weik over laden is, is de zaak van dien kant eenigszins vertraagd. Verleden jaar is nog een conferentie gehouden met de Gezond heidscommissie, waarin tevens verschillende saneeringsplannen naar voren gebracht zijn; die Commissie zal nu eerstdaags,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1931 | | pagina 19