234 M AANDAG 4 AUGUSTUS 1930. maar spreker gelooft, dat men van dezen weg geen pleizier zal hebben, aangezien het water in de holten zal blijven staan en mede door het verkeer zijn oplossende werking zal uitoefenen, ook al is het wegdek waterdicht. De gemeente zal daardoor zeer spoedig tot herstel moeten overgaan. Voor de ƒ3000.meer zou spreker liever een klinker bestrating aanraden. De heer Groeneveld zegt, dat Leiden het twijfelachtige genoegen heeft eigenaresse te zijn van een openbaren weg in Oegstgeest, welken weg zij dus ook moet onderhouden; maar spreker heeft in de stukken niet gelezen, dat aan Oegstgeest een bijdrage in de kosten is gevraagd, hoewel Oegstgeest meer belang heeft bij verbetering van dezen weg dan Leiden. Spreker maakt zich geen illusies, dat Oegstgeest daarop inge gaan zou zijn, maar het zou toch wel goed geweest zijn, indien de onwil van Oegstgeest officieel zou zijn vastgelegdwellicht zou men dat te zijner tijd wel kunnen gebruiken. Nu is het wel waar, dat een teersteenslagweg ƒ3000.— goedkooper is dan een klinkerbestrating, maar ot dit in de toekomst ook goedkooper zal zijn, staat zeker nog wel te bezien. Het is niet alleen de vraag, wat het nu kost, maar ook wat het in de toekomst zal kosten en hoe lang het zal duren. Men heeft voldoende ervaring om te weten, dat klinker wegen goed zijn, maar men weet nog niet, of die nieuwe soort wegen goed zal zijn; daaromtrent is nog geen ervaring. Geeft de firma, die dien weg aanlegt, ook garantie? In de stukken heelt spreker daarvan niets gelezen. Men zal ook wel moeilijkheden krijgen, doordat naast dien weg komt een grind-voetpad. Klinkerbestrating is niet waterdicht, deze weg- bedekking wel; dus alles, wat daarvan afloopt, komt op het voetpad en dit zal bij regenachtig weer dus steeds een modder poel zijn. Een ander bezwaar van spreker is, dat die weg aan het eene einde 6 meter breed wordt en aan het andere slechts 4 M., omdat aan het eene einde een rij boomen staat en aan het andere niet. Nu is toch een rijweg van 4 M. voor dubbel verkeer onvoldoende. Waarom is niet voorgesteld die eene rij boomen ook nog te rooien en den geheelen weg 6 meter breed te maken? De heer Zitman heeft dezelfde bezwaren als de heer Groene veld. Er zijn acht dwarsprofielen aangegeven: 4 met een breedte van 6 meter, 2 met een breedte van 5 meter, 2 met een breedte van 4 meter. Bovendien is op twee dwarspro fielen een sloot geprojecteerd, die niet bestaat. Spreker acht het gewenscht den weg een gemiddelde breedte van 5 meter te geven. Men zou dit kunnen doen öf door de boomen op te offeren, of door het wegvak tusschen de boomen zoo breed mogelijk te maken. De heer Huurman zegt, dat de verharding van dezen weg een onderwerp van langdurige bespreking in de Commissie van de gestichten heeft uitgemaakt. Overeenkomstig de ver ordening heeft de Commissie het advies van Gemeentewerken gevraagd en daarbij verzocht een plan voor de bestrating van de Endegeesterlaan op te maken. Zij heelt echter niet gevraagd een plan te maken voor een ander wegdek. De Commissie is op de volgende gronden tot haar besluit gekomen. Op de eerste plaats zal een straatweg beter aan sluiten bij den Endegeesterstraatweg en den Rijnsburger weg, en in de tweede plaats heeft de gemeente Leiden nog geen voldoende ervaring opgedaan met andere wegbedekkingen. Wat ten aanzien van de asphalteering, verharding en ver betering van grindwegen in Leiden is geschied heeft in het algemeen teleurstelling gewekt. De Commissie heeft het daarom niet gewenscht geacht in dit geval een wegdek te maken, waarvan men van te voren niet weet, of het werke lijk voldoen zal. Burgemeester en Wethouders waren aanvankelijk ook voor den aanleg van een straatweg, want het voorstel is door Burgemeester en Wethouders overgenomen, zooals het door de Commissie is ingediend. De Commissie heeft ten slotte het voorstel van Gemeente werken ontvangen en naar aanleiding daarvan geantwoord: »indien wij de zekerheid hebben, dat deze weg even goed zal voldoen als een straatweg, is het onnoodig voor den laatsten 3000.meer uit te geven. Aangezien er echter nog nergens in Leiden zulk een weg is gemaakt, koestert zij de vrees, dat een wegdek, zooals Gemeentewerken thans voorstelt, niet zal voldoen. Indien echter het College van Burgemeester en Wet houders de verantwoordelijkheid op zich wil nemen, wenscht de Commissie zich niet langer te verzetten." Wanneer de weg later niet voldoet, treft de Commissie geen verwijt, maar kan zij naar Burgemeester en Wethouders ver wijzen. De Commissie meent, dat het beter is een bestrating te maken, die proefondervindelijk geschikt is gebleken. Het doet spreker genoegen, dat de Commissie niet alleen staat, maar dat verschillende leden meer sympathiseeren met het oorspronkelijke voorstel der Commissie dan met het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Aan een eventueel amen dement in dien geest zal spreker gaarne zijn stem geven. De heer Splinter zegt, dat, als de Directeur van Gemeente werken aan zijn rapport toevoegt, dat een even sterk wegdek kan worden verkregen door het gebruik van teersteenslag, men hem toch niet kwalijk kan nemen, dat hij daaraan de voorkeur geelt, waar de kosten bovendien 3000.minder bedragen. Volgens den heer Huurman is op dit gebied in Leiden nog weinig ervaring verkregen. Dat doet aan de zaak echter niets af; er mag hier nog niet veel geasphalteerd zijn, dit procédé is echter IJ jaar geleden al toegepast op den Witten Singel; daar staan ook boomen, maar spreker heeft nooit gehoord, dat het wegdek van het afdruipend water ge leden heeft. Verder is in het Julianapark te Oegstgeest dat procédé ook toegepast; een geheel nieuwe constructie is het dus niet. De Directeur is hiermede gekomen, omdat hij zelf overtuigd is, dat het een sterke, stroeve en niet kostbare con structie is, die speciaal voor den onderhavigen weg doelmatig is en zeker niet minder doelmatig is te achten dan de 50 duurdere klinkerbestrating. Wanneer de Directeur dus voor stelt op deze zaak nog terug te komen, kan spreker niet anders dan dat prijzen. Spreker geeft toe, dat straatwegen goed zijn, maar waarom zou men het niet eens met dit procédé probeeren, dat ook goed is? In Noordwijkerhout b.v. zijn de wegen van hetzelfde wegdek voorzien; men kan dus niet zeggen, dat deze weg als proefkonijn dienst zal doen. Het wegdek wordt 7 cM. dik en tonrond gelegd. Asphaltwegen zijn tegenwoordig een eisch van den tijd; men ziet die overal en nu men er ook hier mede wil beginnen, wordt er gezegd: laten wij ons liever houden aan het zekere dan aan datgene, waaromtrent wij nog niet veel ervaring hebben opgedaan. Spreker wil gaarne laten nagaan, of het mogelijk is den weg een gemiddelde breedte van 5 M. te geven; tusschen de boomen is nog eenige ruimte over. Het regenwater stroomt aan den eenen kant in de sloot en aan den anderen kant naar het voetpad, dat wel zoo goed gedraineerd is, dat er geen plassen op zullen ontstaan. Aan de gemeente Oegstgeest is niet gevraagd een bijdrage in de kosten te verstrekken, omdat men vermoedde, dat dit door de gemeente Oegstgeest wel zou worden geweigerd. De heer Manders zou er niet aan denken zelf een voorstel te doen, indien waar was, wat de Wethouder zeide, n.l. dat een teersteenslagweg even goed voldoet als een klinker-straat weg. Spreker twijfelt er sterk aan, of dit wel waar is. Een deklaag van 7 cM. is volgens spreker vrij dun. De heer Splinter zegt, dat de deklaag op den Witten Singel slechts 3 cM. dik is, terwijl ook daar een druk verkeer plaats heeft. De heer Manders vermoedt, dat de gemeente nog wel eens berouw zal krijgen van haar besluit, om de laag zoo dun te maken, aangezien die laag het verkeer niet kan dragen. De onderhavige weg is juist niet geschikt voor een ver harding met teersteenslag, omdat hij onder een dichte boomenrij ligt. Een klinkerweg is spoedig weer droog en kan daarom het allerbest hier worden aangelegd; de klinkers nemen het drupwater van de boomen op. De Wethouder zegt nu, dat een teersteenslagweg een eisch van den tijd is, maar in Engeland bestaat het streven het aantal asphaltwegen niet uit te breiden, zulks met het oog op het groote aantal ongelukken, dat daarop plaats vindt. Onder de boomen is een teersteenslagweg voortdurend nat, zoodat op dit stuk het slipgevaar bijzonder groot is. Op dezen weg komen twee wegen uit, zoodat er vier opdraaien zijn en het dus ook daarom het beste is een klinkerbestrating te maken. De heer Groeneveld zegt, dat het hem spijt, dat aan de gemeente Oegstgeest geen bijdrage is gevraagd, al was het alleen maar om bij weigering officieel den onwil van die ge meente te kunnen vaststellen. De Wethouder heeft wel gezegd, dat de aanlegkosten 3000.— verschillen, maar hij heeft geen enkele garantie gegeven, dat de aanleg van een teersteenslagweg op den duur economischer zal zijn. Dit laatste staat voor spreker nog niet vast. Spreker is er geen tegenstander van om op een anderen weg dit pro cédé te probeeren, maar deze weg is daarvoor geheel ongeschikt, aangezien hier een zwaar autoverkeer is. Voor spreker staat vast, dat bij vochtig weer deze teersteen slagweg in een minimum van tijd totaal stukgereden zal zijn. Er zijn nog andere gevaren, gladheid van den weg b.v., die spreker er niet toe kunnen brengen om dit op dezen weg te probeerenmen moet althans op dezen weg de oude, beproefde methode volgen en een klinkerbestrating aanleggen, waarvan men in elk geval bij ervaring weet, dat zij goed is, al is zij niet volmaakt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1930 | | pagina 18