MAANDAG 17 MAART 1930.
129
Zitting van Maandag 17 Maart 193©.
Geopend, des namiddags te twee uur.
Voorzitter:
de heer Burgemeester Mr. A. VAN DE SANDE BAKHÜYZEN.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van een lid der Commissie voor het Onderwijs.
2° Praeadvies op het verzoek van L. Schilder, om eervol
ontslag als onderwijzer aan de school Schuttersveld A. (41)
3° Voorstel in zake de overname in eigendom bij de ge
meente van de particuliere gedeelten van de voortuinen,
behoorend bij eenige aan den Zijlsingel gelegen perceelen.
(45)
4° Voorstel tot verkoop van een perceel bouwterrein op het
Raamland, gelegen aan de Fruinstraat, kad. bekend
Sectie M No. 4208 ged. (46)
5° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve
van het maken van een reclamefilmpje van Leiden. (47)
6° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor het aan
brengen van een nieuwe bestrating in de Pelikaanstraat.
(43)
7° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve
van het afwenden van brandgevaar en het beteugelen
van brand in het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (42)
8° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve
van de aansluiting van een gedeelte van wijk VI en van
een gedeelte van wijk VII op de centrale rioleering. (44)
9# Praeadvies op het verzoek van het bestuur van de Ver-
eeniging tot stichting en in standhouding van scholen
met den bijbel te Oegstgeest, om medewerking te ver-
leenen tot stichting van een school voor gewoon lager
onderwijs. (48)
Tegenwoordig zijn 31 leden, n.l. de heeren: van Eek, Coster,
Verw°eij, Kooistra, Meijnen, van Es, Schüller, van Tol, de Meij,
Koole, Romijn, Zitman, Eikerbout, van Stralen, Kuivenhoven,
mevrouw Braggaarde Does, de heeren Donders, Wilmer,
van der Reijden, van Rosmalen, Goslinga, Splinter, Reimeringer,
de Reede, Bosman, Bergers, Groeneveld, Manders, Wilbrink,
Tepe en Huurman.
Afwezig: de heer Parmentier wegens verhindering en de
heer Vallentgoed wegens ongesteldheid.
De notulen van het verhandelde in de vergadering van
24 Februari 1930 worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
1*. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde raadsbesluiten
a. tot aankoop van het winkelhuis c.a. aan de Lammer
markt 21/23; ij.
b. tot aankoop van verschillende perceelen grond en water
aan de Os- en Paardenlaan en de Lusthoflaan.
2°. Mededeeling van den Voorzitter van Gedep. Staten,
dat machtiging wordt verleend om tot op de helft der aan
gevraagde sommen uitgaven te doen uit die posten der be
grooting voor 1930, waartegen bij Gedep. Staten geen be
denking bestaat, en tot net ontvangen van zoodanige inkomsten,
waartegen zij geen bedenking hebben.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1». Adres van het Hoofdbestuur van den Nederlandschen
Roomsch-Katholieken Politiebond »St. Michaël" en van den
Bond van Christelijke Politie-ambtenaren in Nederland, in
zake de salarisregeling van de hoofdagenten en agenten van
politie.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten
het adres te behandelen tegelijk met het rapport der Com
missie ad hoc in zake de salarisherziening.
2°. Schrijven van het Bestuur der vereeniging de «Ambachts
school", in zake uitbreiding van het schoolgebouw.
3». Verzoek van het Bestuur der Roomsch-Katholieke
Parochiale longensscholen onder Koomsch-Katholiek Parochiaal
Kerkbestuur, om medewerking te verleenen voor de ver
andering van inrichting van de bijzondere lagere school
Pelikaanstraat 2U.
4°. Verzoek van Dr. D. A. H. van Eek, om eervol ontslag
als leeraar-conrector aan het Gymnasium.
5°. Adres van de Commissie voor het Zwemonderwijs van
den Nederlandschen Zwembond, in zake het openen van de
gelegenheid tot het ontvangen van zwemonderricht door
schoolklassen.
Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wet
houders om praeadvies.
6°. Verslag van Curatoren van het Gymnasium omtrent den
toestand van die inrichting over het jaar 1929.
Zal worden opgenomen in het Gemeenteverslag.
7#. Voordracht van het Bestuur van het Heilige Geest- of
Arme Wees- en Kinderhuis, ter benoeming van een lid van
dat bestuur.
8°. Voordracht van het Bestuur der Vereeniging «de
Ambachtsschool", ter benoeming van een lid van dat bestuur.
Zullen worden opgenomen onder de Ingekomen Stukken.
9°. Verzoek van J. A. G. James, ter bekoming van con
cessie voor de oprichting van een centrale voor radio
distributie.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders
om praeadvies.
Aan de orde is alsnu:
I. Benoeming van een lid der Commissie voor het Onderwijs.
De Voorzitter verzoekt den heeren van Tol, van Es, Romijn
en de Meij het stembureau te vormen.
De heer Bosman beveelt voor deze benoeming den heer
Romijn aan.
Wordt benoemd de heer Mr. A. J. Romijn met29stemmen;
de heer Bosman verkreeg 1 stem.
De heer Romijn verklaart de benoeming aan te nemen.
De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor
de genomen moeite.
II. Praeadvies op het verzoek van L. Schilder, om eervol
ontslag als onderwijzer aan de school Schuttersveld A.
(Zie Ing. St. No. 41.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders
besloten.
III. Voorstel in zake de overname in eigendom bij de
gemeente van de particuliere gedeelten van de voortuinen,
behoorende bij eenige aan den Zijlsingel gelegen perceelen.
(Zie lng. St. No. 45.)
De heer Zitman vraagt, of het voor het verkeer niet beter
is dien dooden hoek in den singel hiervoor te gebruiken en
om de menschen die voortuintjes te laten houdendoor dien
dooden hoek te gebruiken krijgt men een breeden verkeers
weg; anders wordt die weg veel slechter.
De heer Splinter betwijfelt, of dat gedeelte van den singel
wel gedempt kan worden; daartegenover bevindt zich de
werf van de Koninklijke Grofsmederij, die de huidige breedte
van het water zeer noodig heeft voor het te water laten van
schepen. Overigens moet mettertijd de Schrijversbrug ver
breed en vernieuwd worden, waarmede een verbreeding van
den Zijlsingel tot 11 M. gepaard zal gaan; daarom is spreker
zeer gekant tegen het voorstel van den heer Zitman.
De heer Manders zegt zich wel eenigszins in den gedachten-
gang van den heer Zitman te kunnen indenken. Het verdient
aanbeveling de bochten in de singels zooveel mogelijk at te
snijden, al zal het natuurlijk niet mogelijk zijn geheel rechte
singels te krijgen.
Waar volgens den Wethouder later de Schrijversbrug zal
moeten worden verlegd, ware het wellicht wenschelijk ge
weest, dat de Raadsleden in de gelegenheid waren gesteld de
plannen in grooter verband te bekijken. De heer Zitman heeft
die gelegenheid niet gehad en spreker onderstelt, dat diens
vraag daar het gevolg van is. Spreker geeft intusschen den
Wethouder toe, dat het moeilijk is dit gedeelte van den
singel te dempen.