GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 19 ISOEKOKEN STEKKEN. N°. 49. Leiden, 11 Maart 1930. Aan den Eaad der gemeente Leiden. Het Bestuur der Yereeniging „de Ambachtsschool" te Leiden heeft de eer U mede te deelen, dat in de 1.1. gehouden Algemeene Ledenvergadering, ter voorziening in de vacature van het Bestuur door het periodiek aftreden van den heer Ir. J. M. Rademaker, die niet herkiesbaar was, de volgende voordracht is opgemaakt: N°. 1. Ir. J. J. G. VAN HOEK, Jan van Goyenkade 5. N°. 2. J. HERINGA, Witte Singel 34. Volgens Art. 5 der Statuten geschiedt de benoeming door den Gemeenteraad. Het Bestuur verzoekt 13 daarom beleefd uit bovenstaande voordracht een kenze te willen doen. Namens het Bestuur voornoemd A. M. Touw, Voorzitter. W. de Clercq, Secretaris. N°. 50. Leiden, 12 Maart 1930. Het Bestuur van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis heeft de eer Uwen Raad onderstaande voordracht aan te bieden ter voorziening in de vacature van Regent dier instelling, ontstaan door het aan prof. dr. L. Knappert verleend eervol ontslag. 1. mr. P. A. VAN TOORENBURG, 2. mr. P. J. IDENBURG. Uit naam van het Bestuur voornoemd, A. Beets, Voorzitter. N. J. Kbom, Secretaris. Aan den Raad der Gemeente Leiden. N°. 51. Leiden, 28 Maart 1930. Tengevolge van de ontslagname van den heer Ph. Rank Azn als lid van de Commissie tot wering van schoolverzuim is er in die Commissie een vacature ontstaan. Ter vervulling van deze vacature bieden wij Uwe Ver gadering hierbij aan eene aanbeveling van twee benoembaren opgemaakt in overeenstemming met het gevoelen van voor noemde Commissie: 1°. de heer W. E. WOLVERS, Kastanjekade 3, alhier; 2 de heer H. VAN WOUDENBERG, Haarlemmerweg 50, alhier. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 52. Leiden, l April 1930. Aangezien tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Mejuffrouw E. J. van Griethuijsen bij ons College geen bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering in overweging haar, met ingang van een nader door ons College te bepalen datum, eervol ontslag te verleenen uit hare betrekking van onderwijzeres aan de opleidingsschool voor U. L. O. aan den Maresingel B alhier. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden. 28 Maart 1930. Aan den Raad der Gemeente Leiden. De ondergeteekende, Mej. E. J. van Griethuijsen, onder wijzeres aan de O. L. School Maresingel B. heeft de eer Uw College hierbij beleefd te verzoeken haar met ingang van 1 Juni 1930 eervol ontslag te verleenen uit hare voren genoemde betrekking. 't welk doende enz, E. J. van Griethuijsen. N°. 53. Leiden, 3 April 1930. Op 1 Mei a. s. eindigt de pacht van den Burcht en de Graanbeurs en van het voormalig „Notarishuis". De ver huring van de beide eerste gebouwen geschiedde aan den heer A. Backer ingevolge raadsbesluit van 29 September 1924 (Ingek. Stukken No. 261) voor de som van 3200. terwijl de verpachting van het Notarishuis plaats had bij raadsbesluit van 21 Februari 1927 (Ingek. Stukken No. 33) tegen een prijs van 1200.welk bedrag in den vorm van een vergoeding wegens door de gemeente in het pand aan gebrachte veranderingen later werd verhoogd met 63,70. De pacht van het voormalig Notarishuis werd, zooals U bekend zal zijn, aan den heer Backer opgedragen, omo.m. ook de hotelgelegenheid te dezer stede uit te breiden, in verband waarmede hem de verplichting werd opgelegd ten minste 5 vertrekken tot hotelkamers in te richten. De be doelde veranderingen hielden hiermede verband. Bij ons College is intusschen reeds geruimen tijd de vraag in overweging, of het met het oog op de behoefte aan hotelgelegenheid niet gewenscht is te achten, om van het Notarishuis met Graanbeurs een volledig hotel-café-restau- rant te maken, daar uiteraard bij de tegenwoordige wijze van inrichting, zoowel wat betreft het aantal beschikbare, bruikbare kamers als de outillage daarvan, slechts in be perkte mate in die behoefte wordt voorzien. In overeenstemming met de Commissie van Fabricage hebben wij daarom den Directeur van Gemeentewerken opgedragen een gedetailleerd plan met kosten-raming te maken van alle voorzieningen, die noodig zouden zijn om het gebouwen-complex volledig geschikt te doen maken voor een exploitatie als hotel-café-restaurant in modernen zin, doch met inachtneming van de historische traditie's van den Burcht. In afwachting van de verdere behandeling van deze aan gelegenheid, zouden wij de pacht op den tegenwoordigen voet voorloopig voor één jaar willen verlengen, waartoe de pachter bereid is. Wij geven Uwe Vergadering daarom in overweging de exploitatie van den Burcht en de Graanbeurs, alsmede het voormalige z. g. „Notarishuis" wederom aan den heer A. Backer alhier te verpachten voor den tijd van één jaar, ingaande 1 Mei 1930, tegen een gezamenlijken pachtprijs van 4463,70 en verder onder de bestaande, m. m. gewijzigde voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 54. Leiden, 3 April 1930. In verhand met ver- en bebouwing ter plaatse, moeten de hieronder sub a, b, c en d genoemde strookjes grond aan de gemeente worden overgedragen. Voorts hebben met het oog op het aanbrengen van een lantaarn in de Hendrikstraat de eigenaren van de hierna sub e en genoemde gedeelten openbaron grond zich bereid verklaard deze kosteloos aan de gemeente af te staan. Wij stellen U daarom voor te besluiten kosteloos in eigendom en onderhoud bij de gemeente over te nemen: a. van T. Bakker, weduwe van D. Nederlof, te Leiden, het strookje grond, ter grootte van 0.7 M2, deel uitma kende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie H, No. 545, op de overgelegde situatieteekening I in roode kleur aangeduid, gelegen aan den Ouden Rijn, hoek Kuipersteeg; b. van O. V. R. Spatkowa, te 's-Gravenhage, het strookje grond, ter grootte van 23 M2, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie M, No. 2181, op de overgelegde situatieteekening II in groene kleur aangeduid, gelegen aan den Zoeterwoudschen Singel; c. van C. de Munnik en J. F. Hamann, beiden te Leiden, de strook grond, ter grootte van 258 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekènd gemeente Leiden, sectie O, No. 1286. op de overgelegde situatieteekening III in roode kleur aangeduid, gelegen nabij den Haagweg; d. van N. A. van Zijp, te Leiden, het strookje grond, ter grootte van 2 M.2, deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, sectie A. No. 1123, op de overgelegde situatieteekening IV in roode kleur aangeduid, gelegen aan den Stationsweg; e. van L. Zwart, te Leiden, de strookjes grond, ter ge zamenlijke grootte van 98 M2., deel uitmakende van de perceelen, kadastraal bekend gemeente Leiden sectie B, Nis 2605, 2606, 2607, 2608, 2609, 2610 en 2611, op de over gelegde situatieteekening V in roode kleur aangeduid, gelegen aan de Hendrikstraat; van E. J. Wurzer, te Leiden, het strookje grond, ter

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1930 | | pagina 1