MAANDAG 16 DECEMBER 1929.
261
Zitting Tan Maandag 16 December 1929.
Geopend des namiddags te twee uur.
Voorzitter:
de heer Burgemeester Mr. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN.
Te behandelen onderwerpen:
1° Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw benoemd
raadslid, den heer J. Zitman.
2° Voortzetting van de behandeling van het voorstel in zake
het verleenen van opdracht tot het ontwerpen van plannen
voor den bouw van een nieuw Raadhuis aan den heer
W. M. Dudok, gemeente-architect te Hilversum. (205)
Tegenwoordig zijn 31 leden, namelijk de heeren: van Eek,
Parmentier, Wilbrink, Donders, Meijnen, Schüller, Kooistra,
Koole, Manders, de Meij, van der Reijden, van Tol, mevrouw
Braggaarde Does, de heeren van Stralen, Spendel, Romijn,
Kuivenhoven, van Es, Reimeringer, Splinter, Goslinga, Tepe,
Huurman, Wilmer, Bergers, Bosman, Zitman, van Rosmalen,
de Reede, Groeneveld en Verweij.
Afwezig: de heer Vallentgoed wegens ongesteldheid en de
heer Eikerbout wegens uitstedigheid.
De notulen van het verhandelde in de vergadering van
9 December 1929 worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een mede-
deeling van den Voorzitter van het Centraal Stembureau
voor de verkiezing van de leden van den Gemeenteraad, dat
de heer J. Zitman zijn benoeming tot lid van den Raad
heeft aangenomen.
Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter stelt thans allereerst aan de orde:
I. Onderzoek van den geloofsbrief van het nieuw benoemd
Raadslid, den heer J. Zitman.
De Voorzitter benoemt tot leden van de Commissie van
onderzoek van dezen geloofsbrief de heeren Wilbrink, Bergers
en Romijn en schorst vervolgens de vergadering.
Na hervatting van de vergadering deelt de heer Wilbrink
mede, dat de Commissie den geloofsbrief in orde heeft be
vonden en dat zij mitsdien tot toelating van den heer
J. Zitman als lid van den Raad adviseert.
Daartoe wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
besloten.
Aangezien de heer Zitman in het gebouw aanwezig is, stelt
de Voorzitter voor, onmiddellijk tot diens beëediging en in
stallatie over te gaan.
Daartoe wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming
besloten.
De heer Zitman, door den Secretaris binnengeleid, legt in
handen van den Voorzitter de bij de wet voorgeschreven
eeden af.
De Voorzitter wenscht den heer Zitman geluk met zijn
benoeming en hoopt, dat hij zijn functie met nauwgezetheid
zal waarnemen en verzoekt hem den voor hem bestemden
zetel in te nemen.
De heer Zitman dankt den Voorzitter voor zijn goede
woorden en zal zooveel mogelijk trachten zijn functie met ijver
te vervullen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van de afdeeling Leiden van den Algemeenen
Nederlandschen Bond van Handels- en Kantoorbedienden e.a.,
om wijziging van de verordening op de Winkelsluiting.
De Voorzitter stelt voor dit verzoek in handen van Burge
meester en Wethouders om praeadvies te stellen.
De heer van Stralen zegt, dat dit verzoek in verband
staat met de invoering van het Werktijdenbesluit voor winkels
op 1 Januari 1930. Is het nu niet mogelijk, dat Burgemeester
en Wethouders in de eerstvolgende vergadering hieromtrent
praeadvies uitbrengen, om zoo mogelijk dit tegelijk in werking
te doen gaan
De Voorzitter zegt, dat het College daarvoor zijn best
zal doen, maar hierover moeten verschillende lichamen ge
hoord worden, die niet voorbijgegaan mogen worden.
De heer Wilmer zegt, dat het Werktijdenbesluit alleen in
het belang van de werknemers is vastgesteld. Bij de vraag,
of in verband met het Werktijdenbesluit een gemeentelijke
verordening moet worden vastgesteld, is niet alleen het belang
van de werknemers, maar ook dat van de werkgevers be
trokken. Daarom is het noodig, dat Burgemeester en Wet
houders, alvorens het praeadvies uit te brengen, zich terdege
op de hoogte stellen van de belangen van het bedrijf, die
zij niet alleen hebben te leeren kennen uit de adressen van
de werknemers, maar ook uit de adressen van de werkgevers.
Spreker heeft er geen bezwaar tegen, als de beslissing
wordt genomen na 1 Januari a. s., en ziet niet in, waarom
juist op denzelfden dag van de inwerkingtreding van het
Werktijdenbesluit een gemeentelijke verordening in werking
zou moeten treden. Ten aanzien van verschillende punten kan
men afwachten, welke wenschen in de practijk blijken te
bestaan en waarvoor een gemeentelijke verordening noodig
zal zijn.
De Voorzitter veronderstelt, dat de Raad het met hem
eens zal zijn, wanneer hij zegt, dat vóór 1 Januari a. s. geen
praeadvies meer kan worden uitgebracht. Burgemeester en
Wethouders zullen echter hun best doen om deze zaak na
1 Januari zoo spoedig mogelijk aan de orde te stellen. Aan
Burgemeester en Wethouders kan worden overgelaten de ver
schillende instanties te hooren, die gehoord wenschen te
worden.
De heer van Stralen meent uit de opmerking van den
heer Wilmer, dat men eerst de practijk kan afwachten, te
moeten opmaken, dat de heer Wilmer het niet gewenscht
acht deze zaak zoo spoedig mogelijk te behandelen. Spreker
wenscht zich daartegen bij voorbaat te verzetten.
Aangezien de Voorzitter heeft toegezegd, dat Burgemeester
en Wethouders zoo spoedig mogelijk praeadvies zullen uit
brengen, kan spreker zich met de voorgestelde wijze van
afdoening vereenigen.
Wordt zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het
voorstel van den Voorzitter besloten.
2°. Verzoek van de Leidsche Kappersclub »Hulp en Vriend
schap", om wettelijke bepalingen in het leven te roepen ten
opzichte van de uren van opening en sluiting van kappers
salons.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wet
houders om praeadvies.
3°. Aanbeveling van de Plaatselijke Schoolcommissie ter
benoeming van een lid dier Commissie.
Zal worden opgenomen onder de Ingekomen Stukken.
4°. Adres van de Vereeniging »Opbouw" te Rotterdam en
de Vereeniging Architectenkern »de 8" te Amsterdam, in
zake de plaatsaanwijzing voor den bouw van het nieuwe
Raadhuis.
Zal worden behandeld bij punt 2.
5°. Verzoek van de N.V. Bloembollenkweekerij en handel,
v.h. Firma J. de Groot en Zoon, om verbetering te brengen
in den toestand van den weg langs de Haarlemmertrekvaart
tusschen de Noord wijk er hoek en den watermolen.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders
om praeadvies.
6°. Verzoek van de afdeeling Leiden van den Algemeenen
Bond van Politiepersoneel in Nederland, om afschaffing van
het verhaal van pensioenpremie op de loonen van het politie
personeel, subsidiair terugbrenging van die premie tot 3V2
voor hen, die na 1 Juni 1924 in gemeentedienst zijn gekomen.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten
het verzoek te stellen in handen van de Commissie ad hoe
in zake de salarisherziening.
7°. Adhaesiebetuiging van de afdeeling Leiden van den
Nederlandschen Roomsch-Katholieken Volksbond aan het