Wilhelminabrug met ingang van 1 Januari 1930 onder de bestaande voorwaarden te verlengen tot en met 31 Decem ber 1931. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 197. Leiden, 18 November 1929. In verband met de verbouwing van het hieronder aan geduide perceel, gelegen aan den Haarlemmerweg, moet ter plaatse een strookje grond aan de gemeente worden over gedragen. Wij stellen U mitsdien voor te besluiten, van J. Plu, alhier, kosteloos in eigendom en onderhoud bij de gemeente over te nemen het strookje grond, ter grootte van 30 M2., deel uitmakende van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leiden, Sectie K. No. 78, op de overgelegde situatieteekenmg in roode kleur aangeduid, gelegen aan den Haarlemmerweg. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 198. Leiden, 18 November 1929. Wij hebben de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat het bestuur van de Leidsche Pluimvee- vereeniging het voor nemen heeft ook weder in de maand Februari 1930 een Nationale Pluimvee-tentoonstelling te houden en daartoe de beschikking wenscht te hebben over de verschillende locali- teitenvande Stads-Gehoorzaal, hetzij kosteloos, hetzij tegen betaling van een verminderd tarief. Voor eene kostelooze besch kbaarstelling van de verlangde lokalen kunnen wij ook nu geen aanleiding vinden, wel. echter voor de berekening van een verminderd tarief; de motieven daarvoor mogen wij als voldoende bekend achtens Wij geven Uwe Vergadering derhalve in overweging on College te machtigen de verschillende localiteiten van de Stads-Gehoorzaal; gedurende een 6-tal dagen van de maand Februari 1930, ter beschikking te stellen van de Leidsche Pluimvee-Vereeniging, ten behoeve v>n het houden van hare 16e Nationale Pluimvee tentoonstelling, zulks tegen betaling van een som van 125. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 199. Leiden. 18 November 1929. Ons vereenigde met het hierachter afgedrukte voorstel van Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit in zake het aangaan van een overeenkomst met de gemeente Zevenhuizen tot wijziging van de met die gemeente gesloten stroomleveringsovereenkomst, geven wij Uwe Vergadering onder verwijzing naar de missive van Commissarissen in overweging te besluiten een overeenkomst tot wijziging van de stroomleveringsovereenkomst met de gemeente Zevenhuizen aan te gaan volgens het ter visie liggend ontwerp. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 13 November 1929. Burgemeester en Wethouders van Zevenhuizen, daartoe door den Baad dier gemeente gemachtigd, zegden bij hun hiernevens in afschrift (het origineel ging door den brand van het Baadhuis verloren) teruggaand schrijven dd. 9 November 1928 de stroomleveringsovereenkomst tusschen Leiden en Zevenhuizen (eveneens bijgevoegd) tegen 31 De cember 1931 tijdig op. Hierop zijn onderhandelingen met het gemeentebestuur van Zevenhuizen geopend, welke tusschen den Baad van Zevenhuizen eenerzijds en de Directie der Lichtfabrieken en onze Commissie anderzijds tot overeenstemming hebben ge leid betreffende een wijziging van de loopende overeenkomst. Indien de Baad van Leiden aan deze wijzigingsovereenkomst zijn goedkeuring hecht, kan het besluit van den Baad van Zevenhuizen als een intrekking van de bovenvermelde op zegging van de loopende stroomleveringsovereenkomst wor den beschouwd. Het ontwerp der wijzigingsovereenkomst, waaromtrent overeenstemming werd bereikt, voegen wij hierbij. Zij voorziet in de beschikbaarstelling van een grooter maximaal-vermogen, in verband waarmee de bestaande bepalingen betreffende de door Zevenhuizen aan zijne inge zetenen te berekenen tarieven vervangen zijn door voor schriften o. m. betreffende het berekenen van dubbeltarief, den duur van den spertijd en den minimum prijs, welke gedurende dien tijd gelden zal. De wijzigingsovereenkomst voorziet voorts in de ver vanging van den tegenwoordigen prijs, door Zevenhuizen aan Leiden te betalen, welke zich zoowel naar het maximaal- vermogen als naar de verbruikte K.W.U. richt, door een prijs, welke zich alleen richt naar de verbruikte K.W.U., waarbij intusschen onderscheid wordt gemaakt naar mate deze al dan niet in den spertijd verbruikt worden. Ten slotte wordt de duur der overeenkomst van 31 Decem ber 1931 verlengd tot 31 December 1956, derhalve met 25 jaren, terwijl de gegarandeerde minimum-afname per jaar van 30.000 K.W.U.op welke hoeveelheid de garantie bij de wijzigingsovereenkomst van 22 September 1926 was gesteld, op 50 000 K.W.U. wordt gebracht. De overige wijzigingen behoeven, naar wij meenen, geen nadere toelichting. De wijzigingsovereenkomst zal geacht worden in werking te zijn getreden op 1 Januari 1929, zulks op verzoek van Zevenhuizen, waartegen geen bezwaar bestaat. In dit ver band teekenen wij aan, dat uit de stroomlevering aan Zevenhuizen onder de gewijzigde overeenkomst een gelijke inkomst als onder de loopende overeenkomst wordt verwacht. Wij geven U alsnu in overweging, den Baad voor te stellen de bijgevoegde wijzigingsovereenkomst goed te keuren. Commissarissen der Stedelijke Fabrieken, van Gas en Electriciteil T. S. Goslinga, Voorzitter. van Deventer, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. N°. 200. Leiden, 18 November 1929. Bij raadsbesluiten van 1 October 1928 (Ingek. Stukken Nis 183 en 184) stelde Uwe Vergadering de noodige gelden beschikbaar voor de aansluiting op de centrale rioleering van een derde en een vierde wijk, op de overgelegde teeke- ningen en het blijkens Ingekomen Stukken No. 183 aan U overgelegde werkprogramma ter zake resp. als de wijken III en IV aangeduid. Het leggen van de noodige stamriolen voor de aansluiting van deze wijken is thans in uitvoering. Teneinde de werkzaamheden geregelden voortgang te doen hebben, is het gewenscht, alsnu de noodige maatregelen te nemen tot aansluiting van een vijfde en een zesde wijk, waartoe thans aan de beurt zouden zijn de wijken V en VI, in het programma alszoodanig vermeld en nader omschreven. In de plaats van laatstgenoemde wijk geven wij er echter in verband met de overige in uitvoering zijnde of voorge nomen werken met betrekking tot den Stationsweg de voor keur aan, eerst een gedeelte van wijk VIII aan te sluiten, waartoe een stamriool in den Stationsweg moet worden gelesd. Wijk V ligt oostelijk van wijk III en omvat het stads gedeelte, begrensd door Heerensingel, Medusastraat, Kooilaan, Bingkade, Zijl en Lagen Bijndijk. In deze wijk zal 525 M. stamriool worden gelegd in de straten, welke op de over gelegde teekeniug daartoe zijn aangegeven, terwijl voorts twee nooduitlaten moeten worden gemaakt. Wijk VIII ligt westelijk van wijk IV en omvat het gebied van den Stationsweg en den Bijnsburgerweg. Aangesloten wordt thans het eerstgenoemde gedeelte, waartoe 273 M. stamriool zal worden gelegd in den Stationsweg, gelijk op de overgelegde teekening is aangegeven. De kosten van deze beide aansluitingen worden resp. ge raamd op ƒ36.000.en ƒ37.500.welke bedragen overeen komstig het systeem in Uwe vorige besluiten in zake de aansluiting van wijken op de centrale rioleering aangenomen, uit leening kunnen worden gevonden. Voor wat de kosten wegens het verleggen van leidingen der Lichtfabrieken betreft, welke kosten door die fa brieken gedragen moeten worden en niet onder vorenge noemde bedragen begrepen zijn, deelen wij U ter aanvulling van hetgeen in het overgelegde advies van de Commissie van Fabricage dienaangaande is vermeld, mede, dat alleen het loggen van een stamriool in wijk V nog kosten voor de Lichtfabrieken zal meebrengen en wel naar raming een bedrag van ƒ790,hetwelk uit de aanwezige middelen van de fabrieken kan worden bestreden. Onder opmerking, dat met de uitvoering van de werk zaamheden zal worden aangevangen, zoodra de aansluiting

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1929 | | pagina 3