178
MAANDAG 30 SEPTEMBER 1929.
3°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde raadsbesluiten
a. tot verkoop van het perceel grond aan het verlengde
van de Bloemistenlaan, Sectie M. No. 4603, aan D. Haverkorn;
b. tot overname in eigendom en onderhoud bij de gemeente
van de perceelen, Sectie M, Nis. 2620 en 2953, zijnde een
gedeelte van de Leuvenstraat en de daarop betrekking hebbende
begrootingsregeling
c. tot aan- en verkoop en ruiling van grond nabij het nieuwe
Academisch Ziekenhuis aan den Rijnsburgerweg en in zake
den aanleg van een weg langs de zuidzijde van de trambaan
Leiden Wassenaar—den Haag en de daarop betrekking
hebbende begrootingsregeling.
4°. Mededeeling van den heer J. A. van der Reijden, dat
hij zijne benoeming tot lid van de Commissie voor het Open
baar Slachthuis en van die voor het onderzoek der bezwaar
schriften tegen aanslagen in het Vergunningsrecht aanneemt.
5°. Mededeeling van Prof. Dr. J. A. J. Barge en Dr. G. J.
Boekenoogen, dat zij hunne benoeming tot lid van de Com
missie voor het Stedelijk Museum »de Lakenhal" aannemen.
6°. Mededeeling van den heer J. A. Bots, dat hij zijne
benoeming tot lid van het Bestuur der Stedelijke Werk
inrichting aanneemt.
7°. Mededeeling van Mevrouw A. W. Blankenvan de Laar
en Mevrouw J. C. HerfstEigeman, dat zij hare benoeming
tot lid van het College van Vrouwen-Kraammoeders aan
nemen.
8°. Dankbetuiging van het Nationaal Lorentz Comité voor
de geschonken bijdrage in de kosten van het aanbrengen
van een borstbeeld van Prof. Lorentz in deze gemeente.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van de Centrale Esperanto Propaganda-Com-
missie, in zake de invoering van een één-jarigen Esperanto-
cursus.
De Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wethouders
voor dit verzoek in de Leeskamer ter visie te leggen.
De heer Verweij zou gaarne zien, dat Burgemeester en
Wethouders over dit verzoek praeadvies uitbrachten, omdat
hij het wenschelijk acht eens een discussie over deze aange
legenheid te houden, wat uitgesloten is, indien dit adres
zonder meer ter visie wordt gelegd.
De heer Goslinga zegt, dat Burgemeester en Wethouders
deze zaak niet van voldoende belang achtten om over dit
verzoek praeadvies uit te brengen. Indien een van de Raads
leden wellicht in de kennisneming van dit verzoekschrift aan
leiding vindt een voorstel te doen, is naar het oordeel van het
College de tijd pas aangebroken om in verband met deze
aangelegenheid praeadvies uit te brengen.
De heer Spendei. acht het met den heer Verweij wenschelijk,
dat Burgemeester en Wethouders over dit tot den Raad gericht
verzoek hun denkbeelden kenbaar maken. Volgens den heer
Goslinga willen Burgemeester en Wethouders afwachten, of
een van de Raadsleden wellicht een voorstel zal doen, maar
spreker geelt er de voorkeur aan, dat het College zijn stand
punt mededeelt, aangezien dit van invloed zal zijn op de al
of njet aanneming van een eventueel in te dienen voorstel.
Spreker wenscht het Esperanto beschouwd te zien als een
onderdeel van het onderwijs.
Spreker ondersteunt daarom met kracht het verzoek van
den heer Verwey en zou gaarne zien, dat Burgemeester en
Wethouders over deze zaak praeadvies uitbrachten.
De heer Sijtsma kan zich bij de vorige sprekers aansluiten.
Het doet hem eenigszins onaangenaam aan, dat Burgemeester
en Wethouders met betrekking tot het Esperanto, dat wel
iets nieuws is, doch als belangrijk beschouwd kan worden,
weer zeggen: het is de moeite niet waard om ons daar druk
over te maken. In den regel komen Raadsleden er niet licht
toe uit zichzelf voorstellen te doen, maar een praeadvies kan
voor hen daartoe een aanknoopingspunt zijn om hun meening
over een bepaalde zaak te zeggen. Bovendien kunnen Burge
meester en Wethouders dergelijke zaken veel beter behandelen,
daar zij verschillende oriderwijsautoriteiten kunnen raadplegen
en andere personen, tot wie de Raadsleden geen toegang
hebben. Daarom is het beter, dat de Raadsleden eerst het
oordeel van Burgemeester en Wethouders vernemen; strookt
dit met het oordeel van de meerderheid van den Raad, dan
zal het aanvaard worden; is dit niet het geval, dan zal het
bestreden worden en zoo komt men tot het beoogde doel.
Spreker koestert de vrees, dat Burgemeester en Wethouders
gedacht hebbenweer wat nieuws, wij hebben de Neder-
landsche taal en dat is al mooi genoeg en het is vooral deze
houding, die hem noopt tegen de houding van Burgemeester
en Wethoudeis op te komen.
Hij hoopt tenslotte, dat Burgemeester en Wethouders deze
zaak niet zullen veronachtzamen en praeadvies zullen uit
brengen.
De heer Goslinga zegt, dat Burgemeester en Wethouders
deze zaak niet van genoegzaam belang achtten om eigener
beweging praeadvies toe te zeggen. Wanneer echter door
den Raad het verzoek gedaan wordt, dat Burgemeester en
Wethouders omtrent deze zaak praeadvies zullen uitbrengen,
dan zullen zij dit gaarne doen, hoewel zij ook een eigen
meening mogen hebben en zich niet behoeven te conformeeren
aan de meening van den Raad.
De heer Sijtsma stelt voor deze zaak in handen te stellen
van Burgemeester en Wethouders om praeadvies.
De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethouders het
voorstel van den heer Sijtsma overnemen.
Wordt alsnu zonder hoofdelijke stemming besloten het ver
zoek in handen van Burgemeester en Wethouders om
praeadvies te stellen.
2°. Verzoek van de Vereeniging tot oprichting en instand
houding van scholen voor L. en M. U. L. onderwijs op
Gereformeerden grondslag, om beschikbaarstelling van gelden
voor de uitbreiding van het schoolgebouw aan de Hoogland-
sche Kerkgracht No. 20a, met 2 lokalen en het benoodigde
meubilair en leer- en hulpmiddelen.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders
om praeadvies.
3°. Verzoek van de afdeeling Leiden van den Algemeenen
Bond van Overheidspersoneel in Nederland, om bij de a.s. be
grooting rekening te houden met haar adres van 14 Juni
1929, in zake herziening van de loonregeling van het plantsoen
en rioolreinigingspersoneel en van de straatmakers.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten
het verzoek te stellen in handen van de Commissie ad hoe
voor de salarisherziening.
4°. Verzoek van de Leidsche Koetsiersvereeniging Verbetering
zij ons Streven", in zake verbreeding van het gedeelte Morsch-
singel gelegen tusschen den Morschweg en de Gevangen-
huislaan.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders
om praeadvies.
De Voorzitter deelt alsnog mede:
dat in de Commissie, bedoeld in artikel 22 van het Regle
ment voor de werklieden in dienst der gemeente Leiden, zijn
benoemd
door den Gemeenteraad:
tot lid: de heer P. Heemskerk;
tot plaatsvervangend lid: de heer F. Eikerbout.
door Burgemeester en Wethouders:
tot leden: de heeren A. M. Touw en J. A. Bots;
tot plaatsvervangende leden: de heeren J. P. Creyghton en
J. Zitman.
bij de verkiezing op 18 September j.l.:
tot leden: de heeren J. van der Hoeven en M. H.Noteboom;
tot plaatsvervangende leden: de heeren J. C. WTagemansen
H. Heidema.
Aan de orde is thans:
II. Benoeming van een lid der Commissie, bedoeld in art. 2,
le lid, sub 3° der verordening, houdende Reglement voor de
Commissiën van Advies betreffende de arbeids- en dienst-
voorwaarden van het personeel in dienst van de gemeente
Leiden (vacature: H. J. Baart).
De Voorzitter verzoekt den heeren Meijnen, Spendei,
Eikerbout en Vallentgoed het stembureau te vormen.
De heer van Eck vestigt voor de vervulling van deze vacature
de aandacht op zijn partijgenoot Verweij.