Volgn. 342. Kosten van Tiet vergelijkend onder
zoek als bedoeld in art. 36 der Lager Onderwijs
wet 1920 204.07
Deze kosten vereischten op het dienstjaar 1928
eene uitgaaf van 204.07zij waren voor
„Memorie" uitgetrokken.
Volgn. 356. Jaarwedden en wedden der onder
wijzers 80.01
De uitgaven terzake hebben voor het uit
gebreid openbaar lager onderwijs bedragen
77.233.01; een bedrag van 77.153.was
uitgetrokken.
Volgn. 360. Aanschaffen en onderhouden van
schoolboeken leermiddelen en schoolbehoeften 156.67®
Bovenbedoelde uitgaven hebben voor het
openbaar uitgebreid lager onderwijs bedragen
2.756.67®, aanvulling van de beschikbaar ge
stelde som van f 2600.met 156.67® is dien
tengevolge noodig.
Volgn. 373. Jaarwedden en wedden der onder
wijzers (O. B. L. O)224.28
De uitgaven op dit volgnummer hebben be
dragen 32.037.28 en overtreffen derhalve de
uitgetrokken som van 31.813.met 224.28.
(Zie de verhooging van volgn. 80 der ont
vangsten met f 226.31).
Volgn. 378. Verlichting, verwarming en schoon
houden van het schoolgebouw (O. B. L. O) 0.64
De uitgaven bedragen 1.600.64; zij waren
geraamd op 1.600.
Volgn. 393. Aanschaffen en onderhouden van
schoolboeken, leermiddelen en schoolbehoeften 273.53®
De uitgaven ter zake bedragen voor de drie
openbare bewaarscholen tezamen f 1.573.53®.
Een bedrag van 1.300.was uitgetrokken.
Volgn. 438. Toelagen en bijdragen tot op
leiding van onderwijzers191.28
De hierbedoelde toelagen vereischten over
het jaar 1928 eene uitgaaf van 2.911.28.
Aanvulling van de beschikbaar gestelde som
van 2.720.met 191.28 is dientengevolge
noodig.
Volgn. 440. Kosten van het onderwijs aan
spraakgebrekkige kinderen64.76
De uitgaven op dit volgnummer bedragen
5.609.76; zij waren geraamd op 5.545.
Volgn. 449. Kosten der gemeente hoogere burger
scholen.
a. Jaarwedden van directeurenleeraren en
beambten1.346.13
De bezoldigingen der leeraren en leeraressen
aan de Hoogere Burgerschool met 5-jarigen
cursus en de Hoogere Burgerschool voor Meisjes
vereischten over 1928 eene uitgaaf van in totaal
162.318.13. De beschikbaar gestelde som van
160.972.dient derhalve met 1.346.13 te
worden verhoogd.
(Zie de verhooging van volgn. 104 der ont
vangsten met 1.000.
f. Administratie-, druk en advertentiekosten. 104.95®
De uitgaven, geraamd op 990.bedragen
1.094.95®.
Volgn. 457. Kosten van het Gymnasium,
a. Jaarwedden van den rector, de leeraren en
de beambten3.788.56
De uitgaven hebben bedragen 78.982.56.
de beschikbaar gestelde som van f 75.194.
dient dus met 3.788.56 te worden verhoogd.
De overschrijding is in hoofdzaak een gevolg
van de toeneming van het aantal lesuren van
verschillende leeraren door de splitsing van
meer klassen dan waarop was gerekend.
(Zie de verhooging van volgn. 109 der ont
vangsten met 1.711.70).
Volgn. 487. Kosten van ziekenverpleging van
armlastigen6.714.12®
Deze kosten hebben over 1928 bedragen
f 62.014.12®. De beschikbaar gestelde som van
55.300.dient derhalve met 6.714.12® te
worden aangevuld.
Daarentegen blijven de kosten van zieken
verpleging van minvermogenden aanzienlijk be
neden de raming. Deze kosten, waarvoor op
volgn. 253 een bedrag van 43.700.is uit
getrokken, hebben over 1928 bedragen
26.174.55, d.i. dus 17.525.45 minder.
Volgn. 488. Bijdrage aan de Vereeniging
Onderlinge Vereeniging voor Ziekenhuis-
verplegingen aan de Af deeling Ziekenhuis-
verpleging van de Coöperatie „Vooruit". ge
wijzigde omschrijving).
In de raadsvergadering van 30 Juli 1928
(Ingek. Stukken Ho. 144) werd besloten ook
over het jaar 1928 eene bijdrage aan boven
genoemde vereenigingen toe te kennen.
In verband hiermede moet aan de Onderlinge
Vereeniging voor Ziekenhuisverpleging over
het tijdperk van 1 Januariultimo September
1928 een bedrag van 8.276.worden uit
gekeerd.
De declaratie van bovengenoemde ver
eeniging over het 4e kwartaal 1928, groot
3.000.en die van de Coöperatie „Vooruit"
over het geheele jaar 1928, groot 4.026.zijn
eerst onlangs in ons bezit gekomen, zoodat het
onderzoek naar de financiëele omstandigheden
van de daarop voorkomende personen nog niet
is afgeloopen en de uit te keeren bedragen nog
niet bekend zijn.
In afwachting van de te nemen beslissing in
zake de uit te keeren bedragen wordt voorgesteld
de volle sommen op de begrooting uit te trekken.
Aangezien de post voor „Memorie" was
uitgetrokken, moet derhalve een bedrag van
8.276.— -f f 3.000.— 4.026.—
15.302.op de begrooting worden ge
bracht.
Volgn. 489. Kosten van overbrenging, plaat
sing en verpleging van arme krankzinnigen
De kosten van krankzinnigenverpleging
hebben over 1928 248.942.14 bedragen; zij
waren geraamd op 243.000.
In verband met deze hoogere uitgaaf zal de
van de Provincie te ontvangen subsidie, welke
voor 1928 was geraamd op 81.000.82.980.71
d. i. 1.980.71 meer bedragen.
Voorts overtreffen de van particulieren ont
vangen bijdragen in bovenbedoelde kosten de
geraamde som van 20.000.met 7.301.28.
Zie de verhooging van de volgnrs. 119 en 120
der ontvangsten met respectievelijk f 1.980.71 en
7.301.28.
Volgn. 490. Aandeel van de Provincie in de
bijdragen van particulieren in de verplegings-
kosten van arme krankzinnigen
Bovenbedoeld aandeel bedraagt over 1928
9100.43 (1/g van 27.301.28); geraamd was
6.667.—.
Volgn. 493. Subsidie aan het Burgerlijk Arm
bestuur
De aan het Burgerlijk Armbestuur over 1928
uitgekeerde subsidie bedraagt 209.969.88. De
post, aanvankelijk uitgetrokken op 190.000.
werd bij Raadsbesluit van 19 November 1928
verhoogd met 15.000.en dus gebracht op
205.000.Aanvulling van dit bedrag met
4.969.88 is dus alsnog noodig. De oorzaak van
de overschrijding is dat het jaar 1928 53 be-
talingsweken had.
Volgn. 495. Kosten van de kraamverzorging van
armlastige ingezetenen
De kosten ter zake bedragen over 1928
ƒ3.740.50; aanvulling van de beschikbaar ge
stelde som van 2.625.met 1.115.50 is der
halve noodig.
Volgn. 496. Maatschappelijke hulp bij ziekte
Bovenbedoelde hulp vereischte over 1928 eene
uitgaaf van 2.249.43. De post was geraamd
op 1.000.
Volgn. 500. Subsidie ten behoeve van de Stede
lijke Werkinrichting
Van de op de begrooting als subsidie voor de
Stedelijke Werkinrichting uitgetrokken som van
11.113.is een bedrag van 11.100.uit
gekeerd.
Aangezien de door het bestuur ingediende
rekening over 1928 sluit met een nadeelig slot
van 2.280.12, is, ten einde bij onveranderde
vaststelling van deze rekening, de vereischte
gelden voor uitkeering van dit nadeelig saldo
beschikbaar te hebben, aanvulling van den post
met 2.280.12 13.— 2.267.12 noodig.
Evenals vorige jaren is ook nu weder de over
schrijding een gevolg van het ruime gebruik, dat
gedurende het jaar 1928 is gemaakt van de be
voegdheid tot uitkeering van het geheele loon
aan de verzorgden. Yoor 1929 is dan ook een
subsidie van 13.113.uitgetrokken.