MAANDAG 21 JANUARI 1929.
3
2°. Adres van K. Vonk, in zake de wijze van optreden van
den Directeur van den Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken.
Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders
om praeadvies.
3°. Geschrift van Harmsen, in zake Nederlandsche Politiek
in a nutshell, aan den Gemeenteraad ter overweging aan
geboden.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten
het geschrift ter visie te doen leggen.
De Voorzitter zegt, dat een Commissie is ingesteld tot
het oprichten van een gedenkteeken voor den overleden Prof.
Lorentz. Binnenkort hoopt spreker dienaangaande meer uit
voerige mededeelingen aan den Raad te kunnen doen. Nu is
er evenwel een kleinigheid. Men wenscht n.l. in het vroegere
woonhuis van Prof. Lorentz aan de Hooigracht, waarin thans
gevestigd is de apotheek »Hulp der menschheid" een zeer
eenvoudigen steen aan te brengen, waarop de naam Lorentz
gegrift staat. Spreker heeft op zich genomen den Gemeenteraad
voor te stellen, de kosten daarvan, die 200.niet te boven
zullen gaan, voor rekening der gemeente te nemen; te zijner
tijd zal de desbetreffende begrootingsregeling den Raad ter
vaststelling worden aangeboden. Spreker doet dus het voorstel
daartoe.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van den Voorzitter besloten.
Aan de orde is alsnu:
I. Benoeming van een Regentes van het H. G. of Arme
Wees- en Kinderhuis.
(Zie Ing. St. No. 5.)
De Voorzitter verzoekt den heeren Eikerbout, Heemskerk,
Bosman en Verweij het stembureau te vormen.
Wordt benoemd met 24stemmen MevrouwH. A. Koningvan
Wermeskerken Mevrouw G. A. J. Cortsde Heus verkreeg 1
stem, terwijl 1 biljet in blanco was.
(De heer Romijn had de vergadering inmiddels tijdelijk
verlaten).
II. Benoeming van 5 leden van de Plaatselijke School
commissie.
(Zie Ing. St. No. 1).
Worden benoemd met algemeene (26) stemmen de heer
Prof. Dr. N. J. KromMevrouw H. A. C. RademakerCoucke,
de heeren D. C. Schuit en A. L. L. Gathier\(net25stemmen
de heer Mr. H. F. A. Dondersde heer Wilmer verkreeg
1 stem.
De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor
de genomen moeite.
III. Begrooting, dienst 1929, van het Geref. Minne-of Arme
Oude Mannen- en Vrouwenhuis.
(Zie Ing. St. No. 6).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming tot
goedkeuring van deze begrooting besloten.
IV. Voorstel tot verhooging van verschillende posten der
begrooting, dienst 1928, waarvan de raming te laag is gebleken.
(Zie Ing. St. No. 21).
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt tot
vaststelling van den overgelegden begrootingsstaat, model D,
besloten.
V. Voorstel om te besluiten tot het indienen van bezwaren
tegen een 12-tal aanslagen in de Forensenbelasting in een
andere gemeente.
(Zie Ing. St. No. 7).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
VI. Verordening, houdende wijziging van de verordening
van den 25en September 1922 (Gem.-Blad No. 53) op het
gebruik van het Openbaar Slachthuis te Leiden.
(Zie Ing. St. No. 8).
Algemeene beschouwingen worden niet gehouden.
Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening wordt
zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming vastgesteld.
VII. Voorstel
a. om aan het plein aan den Ouden Rijn, door afbraak
van het voormalig Invalidenhuis verkregen, den naam
«Kaasmarkt" te geven
b. tot vaststelling van de verordening, houdende wijziging
van de verordening van 15 Mei 1922 (Gem.-Blad No. 38),
houdende aanwijzing van de dagen, uren en plaatsen voor
het houden van de verschillende markten en van
veilingen van ooit;
c. tot vaststelling van de verordening, houdende wijzi
ging van de verordening van 17 Mei 1920 (Gem.-Blad
No. 23), regelende de heffing van eene belasting onder
den naam van «Marktgeld" in de gemeente Leiden.
(Zie Ing. St. No. 9).
De conclusie sub a van het voorstel wordt zonder beraad
slaging of hoofdelijke stemming aangenomen.
b. De algemeene beschouwingen worden geopend.
De heer Heemskerk wenscht slechts een vraag te doen.
Burgemeester en Wethouders stellen voor op de Boommarkt
een bokkingmarkt in te richten. Waar zich den laatsten tijd
meermalen verzet heeft geopenbaard tegen de groentenveiling,
welke gehouden wordt, vraagt spreker zich af, of het niet
meer practisch ware geweest om die bokkingmarkt aan de
gewone vischmarkt te verbinden. Ter plaatse is ruimte genoeg,
want die vischmarkt wordt slechts door een paar vrouwen
bezocht.
Bezorgt men aan dat stadsgedeelte van de Boommarkt geen
ongerief en zou het niet practischer zijn die bokkingen onder
te brengen bij de andere scholletjes en scharretjes?
De heer Reimeringer zegt, dat op de z.g. Vischmarkt bijna
geen visch meer wordt gebracht; alleen komen daar nog maar
een paar vrouwtjes; het is toch beter de markt van al
die dingen bij elkaar te houden op de Boommarkt. Het is
veel practischer voor de menschen om de verschillende
markten op de Boommarkt te combineeren. De Commissie
van het Marktwezen had tegen dit voorstel ook geen enkel
bezwaar.
De heer Heemskerk acht deze zaak niet van overwegend
belang, maar kan zich toch niet met de woorden van den
Wethouder vereenigen. Eigenlijke standplaatsen worden op
de groentenmarkt daar niet ingenomen en wanneer men nu
toestaat om daar bokkingen te verkoopen, zal daar weer de
eigenlijke markt worden gehouden. Men zal dan krijgen een
kleine bokkingmarkt op de Boommarkt en een kleine visch
markt aan de van der Werffstraat. Waarom kunnen dieniet
gecombineerd worden? Of men zou alles moeten opheffen om
daarvoor een speciale markt te gaan inrichten.
De heer Wilbrink zou, juist omdat de zaak niet zoo
belangrijk is, willen adviseeren om de bokkingmarkt daar ter
plaatse te laten, want dikwijls worden die bokkingen gekocht
en verkocht door verschillende groentenhandelaren, die daar
tegelijk hun fruit inslaan. De importeurs van het fruit veilen
tegelijk die bokkingen. Waar het maar één soort bokking
betreft, n.l. Zuiderzeebokking, die in kistjes wordt geveild,
is het aanbevelenswaardig, dat dit bij elkaar blijft, daar het
door de omstandigheden ook bij elkaar hoort.
De heer Kooistra ziet van het woord af naar aanleiding
van hetgeen door den heer Wilbrink gezegd is.
De Voorzitter zegt, dat het College ook van het woord
afziet naar aanleiding van hetgeen de heer Wilbrink gezegd
heeft.
De algemeene beschouwingen worden gesloten.
De artikelen I en II worden achtereenvolgens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen, waarna
de geheele verordening zonder hoofdelijke stemming wordt
vastgesteld.
c. Algemeene beschouwingen worden niet gehouden.
De artikelen I tot en met V worden achtereenvolgens zonder
beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen, waarna
de geheele verordening eveneens zonder beraadslaging of
hoofdelijke stemming wordt vastgesteld.
VIII. Verordening, houdende wijziging van de verordening
van den 26en Mei 1898 (Gem. Blad No. 10) op de Markten.
(Zie Ing. St. No. 10.)
Algemeene beschouwingen worden niet gehouden.