3 zijne betrekking in de foren saaigemeente, op den staat ver meld, aanwezig is geweest. In verband met het vorenstaande en onder verwijzing naar de bovenbedoelde stukken, stellen wij Uwe Vergade ring alsnu voor te besluiten, tot het indienen van bezwaar bij Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland tegen de aan slagen, als werkforens opgelegd aan de op de staten A en B bedoelde personen ten behoeve van de gemeenten en over de belastingjaren, achter hunne namen vermeld. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 8. Leiden, 14 Januari 1929. Ingevolge het bepaalde bij artikel 47, 5de lid, van de Verordening op het gebruik van het Openbaar Slachthuis duurt het koeltijdperk 8x/2 maand, waarbij onder koeltijd- perk wordt verstaan de tijd, gedurende welken het koelhuis en het voorkoelhuis door kunstmatige koude worden afge koeld en als opslagplaats voor vleesch gebezigd kunnen worden. De aanvang van het koeltijdperk wordt ieder jaar door Burgemeester en Wethouders bepaald. Gewoonlijk zijn dientengevolge de koelruimten van ongeveer 1 Januari tot half April, dus gedurende 3x/2 maand gesloten. Van deze vrij langdurige sluiting wordt door de slagers, vooral bij vochtig weer, nog al bezwaar ondervonden, zoodat door de beide slagerspatroonsvereenigingen alhier reeds meer malen op verlenging van het koeltijdperk is aangedrongen. Tegen eenige verlenging bestaat geen bezwaar, mits een tijdperk van sluiting van 2 maanden overblijft, om jaarlijks de machines met bijbehoorende toestellen en inrichtingen uit elkaar te nemen, schoon te maken en eventueel te her stellen, en de koelruimten schoon te maken en zoo noodig te witten en te verven. Het koeltijdperk kan derhalve ver lengd worden tot 10 maanden, van welke gelegenheid voorts gebruik ware te maken, de bepaling van den aanvang van het koeltijdperk in het vervolg over te laten aan den Directeur van het Slachthuis. De tijd van sluiting zal alsdan zooveel mogelijk aldus bepaald worden, dat hij samenvalt met vriezend weer, als wanneer aan het gebruik der koelruimten uiteraard de minste behoefte bestaat. Onder vermelding dat de Gezondheidscommissie zich be reids met het voorstel heeft vereenigd, geven wij Uwe Ver gadering in overweging, vast te stellen de volgende ver ordening VER01U) ES I N G, houdende wijziging van de verordening van den 25en September 1922 (Gem.-blad No. 53) op het ge bruik van het Openbaar Slachthuis te Leiden. Eenig Artikel. Het vijfde lid van artikel 47 van bovengenoemde veror dening wordt gelezen als volgt „Het koeltijdperk vangt aan op den door den Directeur te bepalen tijd, en duurt 10 maanden". De Commissie voor de Strafverordeningen, Voorzitter. van Deventer, Secretaris. Aan den Gemeenteraad. N°. 9. Leiden, 15 Januari 1929. Hu het terrein aan den Ouden Rijn, ter plaatse van het afgebroken voormalig Invalidenhuis, sinds eenigen tijd als kaasmarkt in gebruik is, achten wij het gewenscht, dat dit nieuwe plein van een naam wordt voorzien, als hoedanig de naam „Kaasmarkt" ons het meest geëigend voorkomt, terwijl voorts de verordening, houdende aanwijzing van de dagen, uren en plaatsen voor het houden van de verschillende markten, in overeenstemming moet worden gebracht met den gewijzigden toestand. Van deze gelegenheid ware gebruik te maken, om in art. 1 sub 3° van dezelfde verordening een afzonderlijke vischmarkt in te stellen voor bokking, waaraan in de praktijk behoefte is ontstaan. In de veror dening, regelende de heffing van marktgeld behoort alsdan voor deze markt een tarief te worden opgenomen; eenige andere voorgestelde wijzigingen in laatstgenoemde verorde ning beoogen uitsluitend, haar, voor wat de aanduiding betreft van hetgeen, waarmee de grond wordt ingenomen, in overeenstemming te brengen met de praktijk. Onder verwijzing naar het advies van de Commissie voor den Markt- en Havendienst en van de Commissie van Financiën geven wij Uwe Vergadering alsnu in overweging: a. aan het nieuwe plein aan den Ouden Eijn, door afbraak van het voormalig Invalidenhuis verkregen, den naam „Kaasmarkt" te geven b. vast te stellen de volgende verordening VERORDENING, houdende wijziging van de Verordening van 15 Mei 1922 (Gem. Blad No. 38), houdende aanwijzing van de dagen, uren en plaatsen voor het houden van de verschillende markten en van veilingen van ooft, laatstelijk gewij zigd bij Verordening van 27 Juni 1927 (Gem. Blad No. 7.) Artikel I. De punt achter artikel 1 sub 3° b van bovengenoemde verordening wordt veranderd in een punt-komma, terwijl aan dit nummer de volgende nieuwe alinea toegevoegd wordt „e. bokking, op de Boommarkt." Artikel II. Artikel 1 sub 4° wordt gelezen als volgt: „een kaasmarkt, des Vrijdags van 1 April tot 1 November van des voormiddags 8 tot 11 uur, en van 1 November tot 1 April van des voormiddags 8| tot 11 uur, op de Kaasmarkt; in de week vóór Paschen wordt deze markt des Woens dags gehouden;" c. vast te stellen de volgende verordening V E R O R 1) E N I N G, houdende wijziging van de V erordening van 17 Mei 1920 (Gem.Blad No. 23), regelende de heffing van eene belasting onder den naam van Marktgeld" in de gemeente Leiden, laatstelijk qewijziqd bij Verordeninq van 27 Juni 1927 (Gem.Blad No. 8). Artikel I. Achter de woorden: „c. voor een partij aal 0.10" in artikel 2 sub II van bovengenoemde verordening wordt de volgende nieuwe alinea ingevoegd: „3. Op de Boommarkt: voor een kistje of mandje bokking0.01 met een minimum van. 0.10" Artikel II. Artikel 2 sub III wordt gelezen als volgt: „Op de markt voor gevogelte, honden en poelierswaren: a. voor hazen, konijnen, ander wild of pluimgedierte, katten, katers dood of levend, en dierenvellen, per stuk 0.01 met een minimum van 0.10 b. voor een bond, bok of geit0.10 c. voor een tweewieligen hondenwagen (niet aan gespannen) 0.15 d. voor een tweewieligen hondenwagen (aange spannen) 0.20 e voor een twee- of vierwieligen paardenwagen (niet aangespannen)0.20 voor een twee- of vierwieligen paardenwagen (aangespannen) of voor een automobiel. 0.30" Artikel III. Artikel 2, sub IY5 wordt gelezen als volgt: „voor kraampjes, stallen of voertuigen per vier kanten meter of gedeelte daarvan0.20" Artikel IV. Artikel 2 sub V wordt gelezen als volgt: „Op de Kaasmarkt: a. voor een tweewieligen wagen (niet aangespannen) 0.15 b. voor een tweewieligen wagen (aangespannen) 0.20 c. voor een vierwieligen wagen (niet aangespannen) 0.20 d. voor een vierwieligen wagen (aangespannen) of voor een automobiel0.30" A. VAN DE SANDE BAKHüTZEN,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1928 | | pagina 3