130
de plaats gesteld: „de Inspecteur van het lager onderwijs
in de inspectie Leiden".
b. te besluiten de Centrale school voor het 7e leerjaar
voortaan aan te duiden met „Centrale school voor het 7e
en 8e leerjaar".
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 204. Leiden, 22 October 1928.
Gelijk Uwe Vergadering bekend is, werd in de laatste jaren
aan werklooze hoofden van gezinnen en kostwinners, die naar
het oordeel van het Burgerlijk Armbestuur of van den Gemeen
telijken Dienst voor Sociale Zaken daarvoor in aanmerking
kwamen, gedurende het winterseizoen cokes verstrekt. Werd
aanvankelijk wekelijks H.L. geklopte cokes verstrekt, in de
winterseizoenen 1926/1927 en 1927/1928 werd dit quantum ge
durende de maanden December, Januari en Februari ver
dubbeld.
Bovendien werd in het seizoen 1927/1928 aan personen,
die op 1 Januari van het Burgerlijk Armbestuur of den
Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken overgingen naar
de werkloozenkassen en hun inkomsten dientengevolge zagen
dalen, ook gedurende den tijd, dien zij uifkeering uit hun
werkloozenkassen ontvingen, een cokesbon verstrekt.
Gedurende 22 weken, van Zaterdag 22 October 1927 tot
en met 19 Maart 1928, zijn door den Gemeentelijken Dienst
voor Sociale Zaken en het Burgerlijk Armbestuur aan be
doelde categorieën van werkloozen in totaal uitgereikt 7566
bons voor H.L. en 11832 bons voor 1/1 H.L. cokes en wel door
eerstgenoemden dienst 2878 bons voor H.L. en 3865 bons
voor 1/1 H.L. en door het Burgerlijk Armbestuur 4688 bons
voor H.L. en 7967 bons voor 1/1 H.L.
De kosten bedroegen voor den Gemeentelijken Dienst voor
Sociale Zaken 6914.45 en voor het Burgerlijk Armbestuur
11.524.55, dus in totaal 18439.
Ook thans bestaat er naar ons oordeel en dat van de
subcommissie voor de Steunverleening uit de Commissie van
Advies voor Sociale Zaken aanleiding, om in denzelfden
geest als in het vorige winterseizoen brandstoffen te doen
verstrekken. Het tijdvak, gedurende hetwelk de verstrekking
zal plaats hebben, meenen wij wederom op 22 weken te
moeten bepalen en wel aanvangende Zaterdag 27 October
1928 en eindigende Maandag 25 Maart 1929. Gedurende 13
weken daarvan, in de maanden December, Januari en Februari
zullen dan wederom bons voor 1/1 H,L. worden verstrekt,
gedurende de overige 9 weken bons voor f H.L.
Op de bons, geldig voor H.L. cokes, zal men desver-
kiezend door bijbetaling van 25 cent 1 H.L. parelcokes
kunnen bekomen, terwijl op bons, geldig voor 1 H.L.
cokes, zoo men dit wenscht, 1| H.L. parelcokes, of met
bijpassing van 50 ceut, 2 H.L. parelcokes zullen worden
verstrekt.
De kosten zullen vermoedelijk bedragen 18000.
Naar aanleiding van het bovenstaande geven wij U alsnu
in overweging te besluiten aan werklooze hoofden van ge
zinnen en kostwinners, die naar het oordeel van het Burger
lijk Armbestuur of den Gemeentelijken Dienst voor Sociale
Zaken daarvoor in aanmerking komen, van gemeentewege
cokes te verstrekken, een en ander over het tijdvak 27 October
1928 tot en met 25 Maart 1929, in den geest als in den
vorigen winter heeft plaats gehad.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 205. Leiden, 22 October 1928.
Tengevolge van het aan den heer H. J. Planjer, in Uwe
Vergadering van 27 Augustus j. 1. verleend eervol ontslag als
lid van het Burgerlijk Armbestuur, is een vacature in dat
bestuur ontstaan.
Bovendien zullen op 1 Januari a. s. twee vacatures ont
staan, tengevolge van de periodieke aftreding van Mejuf
frouw F. W. C. Biphaagen en den heer J. Karstensbeiden
zijn echter terstond herkiesbaar.
Ter voldoening aan het bepaalde bij art. 7 der verorde
ning van 26 Juli 1920, houdende Reglement voor het Bur
gerlijk Armbestuur te Leiden (Gem.-blad No. 33), laatstelijk
gewijzigd bij de verordening van 26 September 1927 (Gem.-
blad No. 13), hebben wij de eer U, na raadpleging van het
Burgerlijk Armbestuur, ter vervulling van deze vacatures,
de volgende aanbevelingen aan te bieden
Vacature H. J. Planjer.
1°. S. J. LE POOLE.
2°. Mr. H. R. GOUDSMIT.
Vacature Mej. F. W. G. Biphaagen.
1°. Mej. F. W. C. RIPHAAGEN.
2°. Mej. J. B. LOEBÈR.
Vacature J. Karstens.
1°. J. KARSTENS.
2°. W. J. LAMAN.
Wij verzoeken Uwe Vergadering alsnu tot eene benoe
ming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 206. Leiden, 24 October 1928.
Bij zijn hiernevensgaand adres verzoekt de heer Prof.
Dr. P. J. Blok hem ontslag te willen verleenen als lid van
de Commissie voor het Stedelijk Museum „de Lakenhal."
Aangezien tegen inwilliging van dat verzoek geenerlei
bezwaar bestaat, geven wij Uwe Vergadering, overeenkomstig
het advies van de Commissie voor het Museum, in over
weging aan den heer Prof. Dr. P. J. Blok, op diens verzoek,
eervol ontslag te verleenen als lid van de Commissie voor
het Stedelijk Museum „de Lakenhal", onder dankbetuiging
voor de vele en goede diensten door hem gedurende een
reeks van jaren in het belang van het museum bewezen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 12 October 1928.
De ondergeteekende, Prof. dr. P. J. Blok, verzoekt, met
het oog op zijn hoogen leeftijd en in verband met den wan
kelenden toestand van zijn gezondheid, hem ontslag te
willen verleenen als Lid van de Commissie voor het Stedelijk
Museum „de Lakenhal".
P. J. Blok.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
N°. 207. Leiden, 24 October 1928.
Tegen inwilling van nevensgaand verzoek van den heer
Prof. Dr. P. J. Blok, om ontslag als Commissaris van de
Gemeentelijke Bank van Leening, bestaan noch bij Com
missarissen van die instelling, noch bij ons College be
denkingen.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging aan
den heer Prof. Dr. P. J. Blok, op diens verzoek, eervol
ontslag te verleenen als Commissaris van de Gemeentelijke
Bank van Leening, onder dankbetuiging voor de vele en
goede diensten gedurende vele jaren als lid en Voorzitter
aan die instelling bewezen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 12 October 1928.
De ondergeteekende, Prof. dr. P. J. Blok, verzoekt, met
het oog op zijn hoogen leeftijd en in verband met den
wankelenden toestand van zijn gezondheid, hem ontslag te
willen verleenen als Commissaris van de Gemeentelijke Bank
van Leening.
P. J. Blok.
Aan den Raad der gemeente Leiden.