GEMEENTERAAD VAN LEDEN.
ingekomen stijk k b:\.
109
N°. 167. Leiden, 24 Juli 1928.
Naar aanleiding van Art. 5 van het reglement van beheer,
hebben Bestuurderen van de Stedelijke Werkinrichting de
eer, het volgende dubbeltal voor te dragen, voor een lid
van het Bestuur buiten den Gemeenteraad, dat jaarlijks
op den eersten Dinsdag der maand September aftreedt,
ditmaal zijnde de Heer J. Heringa, die opnieuw benoem
baar is; n.m.
1°. J. HERINGA;
2°. A. DE KOSTER.
Bestuurderen voornoemd:
P. Heemskerk, loco-Voorzitter,
A. Bisschop, Secretaris.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
N°. 168. Leiden, 3 Augustus 1928.
Ter voorziening in de vacature welke op Dinsdag 4 September
1928 in onze Commissie zal ontstaan, tengevolge van de
periodieke aftrediDg van den Heer Ir. P. Hoogenboom. en
waarin, overeenkomstig artikel 4 der Verordening v. d.
7 Mei 1896 (Gemeenteblad n°. 6), op dien dag moet worden
voorzien, hebben wij de eer Uw College de volgende aan
beveling te doen toekomen:
1. Ir. P. HOOGENBOOM;
2. Ir. A. M. TOUW;
beiden wonende te Leiden.
De Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs
Aug. L. Reimeringer, Voorzitter.
H. A. Sypkeks, Secretaris.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
N°. 169. Leiden, 21 Augustus 1928.
Hiermede hebben wij de eer U te berichten, dat als lid
der Commissie van het Stedelijk Museum aan de beurt
van aftreding zijn de H.H. Prof. Dr. P. J. Blok, B. J.
Huurman en Prof. Dr. W. Martin.
Voor de voorziening in deze vacatures zenden wij U de
navolgende aanbeveling
voor de vacature Prof. Dr. P. J. Blok: Prof. Dr. P. J.
Blok en Prof. Dr. L. Knappert,
voor de vacature B. J. Huurmande Heer B. J. Huurman
en Mr. A. J. Romijn,
voor de vacature Prof. Dr. W. Martin: Prof. Dr. W.
Martin en de Heer W. J. J. C. Bijleveld.
De Commissie voor het Stedelijk Museum,
A. Van de Sande Bakhuyzen, Voorzitter.
J. C. O vervoorde, Secretaris.
Den Raad der Gemeente Leiden te Leiden.
N°. 170. Leiden, 25 Augustus 1928.
Ter voldoening aan het bepaalde bij de artt. 5 en 6 der
verordening van 19 Januari 1911, houdende reglement op
het beheer en bestuur van het Krankzinnigengesticht „Ende
geest", de afdeeling voor jeugdige idioten „Voorgeest" en
het Sanatorium voor zenuwlijders „Rhijngeest" (Gem.blad
no. 1), laatstelijk gewijzigd bij verordening van 17 Maart 1924
(Gem.blad no. 8), hebben wij de eer Uwe Vergadering, ter
vervulling van de vacature, die in de Commissie van Beheer
over die inrichtingen zal ontstaan, tengevolge van de
periodieke aftreding van den heer Th. B. J. Wilmer, na
raadpleging der Commissie, de volgende aanbeveling aan te
bieden
1°. de heer TH. B. J. WILMER;
2°. TH. M. W. BERGERS.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.