47 kadastrale perceel gemeente Leiden, Sectie H No. 597, tot en met 30 April 1928, ingaande op een nader door ons College te bepalen datum, tegen een jaarlijkschen huurprijs van ƒ250.behoudens rechten van derden, te verhuren aan L. en W. Kanbier, han telende onder de Firma L. Kanbier, alhier, met bepaling, dat de huur verder geacht werdt telkens voor den tijd van één jaar, tegen denzelfden huurprijs en onder dezelfde voorwaarden te zijn verlengd, indien zij niet drie maanden voor het eindigen van den huurtermijn schriftelijk door een der partijen is opgezegd, zullende de huur in elk geval eindigen op 1 Mei 1938, zonder dat eenige opzegging daartoe wordt vereischt en verder onder de in de Lees kamer ter visie liggende voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 92. Leiden, 3 Mei 1927. Het bestuur der Zwemvereeniging „de Zijl" heeft tot ons College het verzoek gericht aan die vereeniging ten behoeve van een te houden zwemfeest, evenals vorige jaren een subsidie uit de gemeentekas toe te kennen. Bedroeg het subsidie tot nog toe 100.(zie laatstelijk Uw besluit van 5 Juli 1926. Handelingen bladz. 71), thans vraagt de vereeniging een bedrag van 150.toe te kennen met het oog op de viering van haar vijfjarig bestaan. Met de Commissie van Fabricage zijn wij van oordeel, dat in genoemde omstandigheid niet voldoende aanleiding kan worden gevonden een hoogere bijdrage uit de gemeen tekas beschikbaar te stellen dan tot dusver gebruikelijk was. Overeenkomstig het advies van genoemde Commissie geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging ook voor het in dit jaar te houden zwemfeest eene bijdrage van 100. in de te maken kosten te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 93. Leiden, 3 Mei 1927. Met nevensgaand voorstel van Commissarissen der Stede lijke Fabrieken van Gas en Blectriciteit tot aankoop van een stukje grond onder Oegstgeest voor den bouw van een transformatorstation kunnen wij ons geheel vereenigen. Onder mededeeling, dat de hieruit voortvloeiende uitgave voorloopig uit de beschikbare gelden der Fabrieken kan worden bestre den, zoodat voorshands voor dezen aankoop geen nieuw kapitaal behoeft te worden verstrekt, geven wij Uwe Ver gadering met verwijzing naar den inhoud der missive van Commissarissen mitsdien in overweging te besluiten tot aan koop van het stukje grond, op bijgaande situatieteekening in gele kleur aangegeven, kadastraal bekend gemeente Oegst geest, Sectie C No. 2237 gedeeltelijk, groot ruim 92 M2 en liggende achter de Emmalaan en den Terweeweg, voor den prijs van 900.onder bepaling, dat ten bate van het gekochte een recht van overpad zal worden gevestigd op de toegangspaden van af de Emmalaan en den Terweeweg, een van welke toegangspaden voor rekening van den verkooper tot 1.50 M zal worden verbreed, en voorts, dat de gemeente de bevoegdheid zal hebben in deze paden kabels te leggen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, den 26en April 1927. Ten behoeve van de versterking van het electriciteitsnet voor stroomaanvoer ter voorziening van de gemeente Oegst geest is het noodzakelijk gebleken een transformatorstation te bouwen in de buurt van de Emmalaan aldaar. Hiertoe is de beschikking verkregen kunnen worden over een stukje grond, toebehoorende aan den heer A. J. C. van der Heyden, Notaris alhier, kadastraal bekend Oegstgeest Sectie C. No. 2237 gedeeltelijk, groot ruim 92 M2 en liggende achter de Emmalaan en den Terweeweg. De grond, op bijgaande situatie teekening in gele kleur aangegeven, is zoowel vanaf de Emmalaan als vanaf den Terweeweg bereikbaar en zeer geschikt voor het beoogde doel. De prijs bedraagt ƒ900. waarvoor echter niet alleen de eigendom van den grond verkregen wordt, maar ook recht van toegang, zoowel vanaf de Emmalaan, als vanaf den Terweeweg tot het terrein, een van welke toegangspaden bovendien zal worden ver breed, en voorts het recht om in deze paden kabels te leggen. Wij geven Uw College mitsdien in overweging den Baad voor te stellen tot aankoop van bedoelden grond voor den prijs van 900.over te gaan. Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, J. F. X. Sanders, Voorzitter. van Deventer, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. N°. 94. Leiden, 3 Mei 1927. Op 21 Juni 1927 eindigt het vijftigjarig tijdvak, waarvoor de N.Y. „De Leidsche Duinwater-Maatschappij" oorspronkelijk werd opgericht. Met het oog hierop moet dus binnenkort verlenging van de vennootschap plaats hebben en op die verlenging de Koninklijke bewilliging worden verkregen. Aanvankelijk lag het in het voornemen van de Maat schappij bij die verlenging tevens eenige andere wijzigingen van de statuten, ten deele verband houdende met de wijziging van de concessie ingevolge raadsbesluit van 27 April 1925, aan te brengen. Omtrent deze wijzigingen werd bereids met ons College overleg gepleegd. Aangezien het echter twijfelachtig is, of eene wijziging van de statuten vóór het verstrijken van den termijn, ge durende welken zij thans gelden, de Koninklijke bewilliging kan hebben verkregen, en herziening van de statuten toch binnenkort wellicht noodig zal blijken na aanneming van het bij de Staten-Generaal aanhangige wetsontwerp betref fende de naamlooze vennootschappen, heeft de Maatschappij besloten spoedshalve voorloopig enkel verlenging van de bestaande statuten met 25 jaren aan te vragen en verzoekt zij Uwe Vergadering derhalve in het hierachter afgedrukt schrijven, haar ingevolge artikel 15 van de statuten mach tiging te verl enen, om de vereischte Koninklijke bewilliging aan te vragen voor eene dergelijke verlenging. Tegen inwilliging van dezen wensch bestaat noch bij den Commissaris der gemeente, noch bij ons College in de ge geven omstandigheden bezwaar, en dit te minder, nu de Maatschappij verklaard heeft aan eenige door ons College kenbaar gemaakte verlangens met betrekking tot de wijzi ging van de statuten, ook onder de werking van de tegen woordige statuten te voldoen. Onder verwijzing naar de ter visie liggende stukken geven wij Uwe Vergadering mitsdien in overweging toestemming te geven tot het aanvragen van de vereischte Koninklijke bewilliging voor eene verlenging van de statuten met 25 jaren. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 27 April 1927. Aan den Baad der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de N. V. „de Leidsche Duinwater Maatschappij, gevestigd te Leiden: dat in Artikel 5 harer Statuten is voorgeschreven, dat de Vennootschap wordt aangegaan voor vijftig jaren, aan vangende den dag, waarop de Koninklijke Bewilliging zal zijn verkregen en wordt, behoudens de daarop te verkrijgen Koninklijke Bewilliging, telkens voor vijf en twintig jaren verlengd, ingeval de gemeente Leiden geen gebruik maakt van haar recht om de zaak met alle gebouwen, inrichtingen, machineriën, buizen, pijpen en in het algemeen al wat tot de waterleiding behoort, over te nemen volgens het bepaalde in Art. 22 van de voorwaarden der concessie; dat de Koninklijke Bewilliging is verkregen op 21 Juni 1877; dat, aangezien de Gemeente Leiden geen gebruik heeft gemaakt van haar recht, om de zaak op 1 Januari 1927 over te nemen, het noodig is den duur der Vennootschap te verlengen; dat zij mitsdien Uwen Baad eerbiedig verzoekt ha^ir machtiging te willen verleenen om de vereischte Koninklijke Bewilliging aan te vragen voor een verlenging met vijf en twintig jaar. 'tWelk doende enz. Leiden, den 27en April 1927, De Leidsche Duinwater Maatschappij Ch. van Spall, Dir.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1927 | | pagina 9