11 welwillende overweging zult nemen teekenen met verschul digde hoogachting Voor de Leidsche Radio-Vereen. C. M. Veltema, Voorzitter, Morschkade 14. R. P. WlBIX, wd. Secretaris. Voor de afd. Leiden der R. K. Radio-Vereen. H. C. P. Stijnman, VoorzitterBurgsteeg 7. H. J. Th. Staats, Secretaris Voor de Leidsche Ohr. Radio-vereen. W. Bouwman, Voorzitter, Heerengracht 74. J. Inveet, Secretaris. Aan de Gemeenteraad van Leiden. N°. lil. Leiden, 4 Februari 1927. Het is noodzakelijk gebleken het dek van de Morschpoort- brug te vernieuwen, de stijlen .te herstellen en nog eenige andere werkzaamheden aan de brug te verrichten. ïn over eenstemming met de Commissie van Fabricage meenen wij, dat van deze gelegenheid gebruik moet worden gemaakt, om een verdergaande voorziening aan te brengen, waardoor, met behoud overigens van het in dit stadsgedeelte zoo eigen aardig karakter van de brug als houten ophaalbrug, het verkeer aanmerkelijk zal worden gebaat. Bedoelde voorziening betreft in de eerste plaats eene verbreeding van de brug, tusschen de hameistijlen gemeten, van 2.97 M. tot 4.50 M., waartoe deze stijlen buitenwaarts moeten worden verplaatst, hetgeen gepaard zal moeten gaan met het aanbrengen van nieuwe tusschen- en bovenliggers, brugliggers en een gedeel telijk nieuw onderdek, terwijl ook de balans zal moeten worden verbreed. Eene dergelijke verbreeding lijkt ons met het oog op de toeneming van het verkeer en in verband met de scheeve ligging van de brug ten opzichte van den Morsch- weg hoogst gewenscht. Bij degelijke uitvoering in eikenhout in plaats van in grenenhout, gelijk thans wordt aldus een verbetering verkregen, welke voor vele jaren voldoende zal zjjjn..,„ ..„r In de tweede plaats zouden wij U willen voorstellen, om aan de stadszijde van de brug en wel naar den kant van het Academisch Ziekenhuis een vleugel aan de brug te bouwen met de bedoeling, dat het rijverkeer van uit de stad om de Morschpoort heen naar de brug zal worden geleid, waartoe de aan te bouwen vleugel alsdan een ge- makkelijken toegang geeft, terwijl door de Morschpoort alleen het rijverkeer naar de stad zal worden toegelaten. Een en ander brengt mede, dat het terrein tusschen de poort én het ziekenhuis eenigermate wordt opgehoogd en genormaliseerd, waardoor aan die zijde een rijweg ter breedte van 6 M. wordt verkregenook de walmuur zal iets moeten worden verhoogd, terwijl een lantaarn moet worden verplaatst .en een paar straatkolken bijgeplaatst moeten worden. Voor nadere bijzonderheden omtrent de uit te voeren werken, welke volgens raming een uitgave van ƒ6700.zullen vor deren, zij verwezen naar de ter visie liggende teekeningen. Onder opmerking dat het ons voornemen is, teneinde tot normaliseering en verbetering van den geheelen toestand ter plaatse te geraken, bovendien nog andermaal bij den Minister van Oorlog aan te dringen op wegneming van den uit- .springenden hoek der kazerne, die tegen de poort is ge gebouwd, geven wij Uwe Vergadering a-lsnu in overweging door vaststelling van den hierbij overgelegden begrootings- staat een bedrag van ƒ6700.te onzer beschikking te stellen ten behoeve van de verbreeding van de Morschpoortbrug en de verbetering van den toegang tot die brug met bij komende werken. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. hl0. 512. Leiden, 9 Februari 1927. Blijkens mededeeling van de Commissie van Fabricage is de gemeente in de gelegenheid den eigendom te bekomen van een gedeelte tuin, behoorende bij het perceel Sectie H. No. 2940, hoek Stille Rijn-Stille Mare. Wanneer dit gedeelte tuin aan de openbare straat wordt toegevoegd, zal daar ter plaatse een zeer gewenschte verkeersverbetering worden verkregen. Met de eigenaresse is voorloopige overeenstemming bereikt op den volgenden grondslag. De gemeente koopt voor 960.— het driehoekig stuk grond, vallende buiten den op de overgelegde situatie (schaal 1 100) in rood aangegeven genietselden muur. Voorts zal de gemeente de nieuwe afscheiding maken even hoog en op dezelfde wijze, als de aansluitende muurstukken. Ten slotte zal zij hetbestaande afdak langs den Stille Rijn verplaatsen in dier voege, als insgelijks op de situatie in rood is aangegeven. De kosten dezer bijkomende werken kunnen worden geraamd op ƒ790.zoodat, met inbegrip van de kosten van overdracht ad 75.de geheele verbetering een bedrag van rond 1825.zal vorderen. In overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage geven wij Uwe Vergadering derhalve in overweging a. aan te koopen voor 960.een gedeelte tuin, ter grootte van i 12 M2, van het kadastrale perceel der Gemeente Leiden Sectie H. No. 2940, hoek Stille Rijn en Stille Mare en wel zoodanig gedeelte als gelegen is buiten den op de situatie (schaal 1 100) in rood aangegeven muur, onder voorwaarde, dat de gemeente op hare kosten: 1°. de nieuwe afscheiding even hoog en op dezelfde wijze maakt, als de aansluitende muurstukken; 2n. het bestaande afdak langs den Stille Rijn verplaatst, een en ander mede op de situatie in rood aangeduid; b. door vaststelling van den hierbij overgelegden begroo- tingsstaat, model D, dienst 1927, een bedrag van ƒ1825. te onzer beschikking te stellen voor den sub a genoemden aankoop en de uitvoering van de bedoelde werken. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 33. Leiden, 9 Februari 1927. Uwe Vergadering besloot in hare zitting van 22 Februari 1926 overeenkomstig ons voorstel (Ingek. Stukken No. 45) het Notarishuis aan den Burcht nog slechts voor den tijd van één jaar (tot 20 Maart 1927) te verhuren aan de Ver- eeniging van Leidsche Notarissen, met de bedoeling het gebouw daarna in gebruik te geven aan den heer A. Backer, pachter van den Burcht en de Graanbeurs. De heer Backer- had zich, naar in ons aangehaald voorstel werd medegedeeld, bereid verklaard om een huursom van 1200.per jaar- te betalen en om zoo spoedig mogelijk na 1 April 1927 ten minste vijf vertrekken van het venduhuis en (of) van de woning van den vendumeester op zijne kosten in te richten tot hotelkamers, terwijl de verdere voorwaarden te zijner tijd zouden worden vastgesteld. Op den grondslag van deze verbintenis van den heer Backer zijn wij met dezen in overleg getreden omtrent het opmaken van de definitieve huurovereenkomst. Met het ontworpen contract, dat zich, wat de voorwaarden aangaat, zoo goed als geheel aansluit aan dat, geldende voor „den Burcht", kunnen de heer Backer en zijne borgen zich vereenigen. Als huurtermijn zal, eveneens overeenkomstig het reeds in ons genoemd voorstel medegedeelde, voorshands gelden het nog loopend tijdvak van den Burcht, (1 April 1927—1 Mei 1930). Inmiddels heeft de Yereeniging van Leidsche Notarissen het pand op 20 Januari j.l. ontruimd en heeft zij in ver band daarmede het verzoek gedaan om haar met ingang van dien datum van de huur te ontslaan. Tegen inwilliging van dit verzoek bestaat bij ons College in dit bijzondere geval, nu de gemeente indertijd zelf op een zoo spoedig mogelijk verlaten van het gebouw door de vereeniging heeft aangedrongen, geen bezwaar. En dit te minder, waar de gemeente den tijd, die nog scheidt van den ingang der huur met den heer Backer, nuttig kan besteden om het gebouw verschillende herstellingen te doen ondergaan, die voor een behoorlijke oplevering aan den nieuwen huurder noodzakelijk zijn. In overeenstemming met het advies van de Commissie van Fabricage geven wij Uwe Vergadering derhalve in overweging a. te ontbinden, gerekend te zijn ingegaan 20 Januari 1927, de ingevolge raadsbesluit van 22 Februari 1926 met de Vereeniging van Leidsche Notarissen gesloten huurover eenkomst betreffende het z.g. Notarishuis c.a. aan den Burcht b. het sub a genoemde gebouw voor het tijdvak van 1 April 1927 tot en met 30 April 1930 tegen een huurprijs van 1200.per jaar, te verhuren aan A. Backer, zulks onder de in de Leeskamer ter visie liggende voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van' Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1927 | | pagina 3