GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
203
ni«BK«lIEN STUKKEN.
N°. '296. Leiden, 21 December 1925.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te
deelen, dat zij geen bezwaren heeft tegen den begrootings-
staat overgelegd bij het voorstel van Burgemeester en
Wethouders, inzake de verhuring van eenige vertrekken in
het perceel Pieterskerkgracht No. 11 en het doen verrichten
van eenige herstellingen in dat gebouw.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
NA 297. Leiden, 22 December 1925.
De in Uwe Vergadering van 21 dezer aangenomen motie
van den heer Heemskerk, luidende:
„De Raad spreekt de wenschelijkheid uit dat aan gehuwden
en kostwinners en alleenstaande personen, zoowel door het
B. A., als door de Crisiscommissie ondersteund, eene extra-
ondersteuning in de Kerstweek worde verleend tot ten hoogste
25 der gewone uitkeeringen."
heeft in ons College een punt van overweging uitgemaakt.
Bij die overweging kwamen wij tot de conclusie, dat het,
nu de motie met zoo groote meerderheid (24 tegen 7 stemmen)
is aangenomen, aanbeveling verdiende, zoo eenigszins mogelijk,
aan den daarin uitgesproken wensch gevolg te geven.
Intusschen is het met het oog op den nog beschikbaren
tijd vóór de Kerstdagen absoluut onmogelijk eene uitkeering
naar behoefte te doen plaats hebben, zooals blijkens de
woorden „tot ten hoogste 25 de bedoeling van den voor
steller schijnt te zijn. Een onderzoek naar de behoefte kan
niet meer worden ingesteld en aan alle in de motie genoemde
personen zal dus noodzakelijkerwijs een toeslag van 25
op de gewone uitkeeringen moeten worden verstrekt.
Voor eene massale uitkeering komt echter geen post op
de begrooting voor, waaruit de daarvoor vereischte gelden
ten bedrage van 2000.— a 2500.door ons College
kunnen worden betaald. Deze gelden dienen derhalve bij
speciaal raadsbesluit te worden toegestaan. Ingevolge artikel
213 der Gemeentewet kan Uwe Vergadering dan tevens
besluiten, dat de uitgaaf zal plaats hebben zonder vooraf
gaande machtiging van Gedeputeerde Staten. Op deze
machtiging kan toch uit den aard der zaak niet worden
gewacht, aangezien alsdan de uitkeering niet meer in de
Kerstweek zou kunnen geschieden.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging:
a. door vaststelling van den hierbij overgelegden begroo-
tingsstaat een bedrag van ƒ2500.— te onzer beschikking
te stellen voor het verleenen van een extra ondersteuning
van 25% op de gewone uitkeeringen in de Kerstweek aan
gehuwden, kostwinners en alleen staande personen, die hetzij
door het Burgerlijk Armbestuur, hetzij door de Crisiscom
missie worden ondersteund, en dat bedrag van ƒ2500.te
vinden door afschrijving van den post „Onvoorziene Uit
gaven
b. te besluiten, dat de sub a bedoelde uitgave zal plaats
hebben zonder voorafgaande machtiging van Gedeputeerde
Staten, aangezien het wachten op die machtiging eene tijdige
uitkeering onmogelijk zou maken.
Bij aanneming van dit voorstel zullen wij het Burgerlijk
Armbestuur verzoeken, wel zijne medewerking te willen ver
leenen aan de uitvoering voorzooveel de door dat Bestuur
ondersteunde personen betreft.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. "298. Leiden, 24 December 1925.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen,
dat zij geen bezwaar heeft tegen den bij het voorstel van
Burgemeester en Wethouders, inzake het verleenen van een
extra-ondersteuning in de Kerstweek aan gehuwden, kost
winners en alleenstaande personen, die door Burgerlijk Arm
bestuur en door de Crisiscommissie worden ondersteund,
overgelegden begrootingsstaat.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
