240 DINSDAG 8 DECEMBER 1925. heid, nu voor een groot deel de politie-agenten voor andere doeleinden dan voorheen kunnen worden gebruikt. Wat de verkeersagenten betreft, spreker heeft te Utrecht nog nooit een ongeluk zien gebeuren, maar bij het Noordeinde te Leiden hebben, doordat de agenten niet voor hun taak berekend zijn, voortdurend botsingen plaats. Spreker vindt 6 uur des avonds een te vroeg uur om den post daar op te hefïen. Het verkeer is dan niet zoodanig verminderd, dat een verkeersagent niet meer noodig is. De Voorzitter verklaart, dat hij van de gemaakte opmer kingen nota zal nemen, de zaken ernstig bespreken en nagaan, wat er aan te doen is. Er zijn te Leiden betrekkelijk niet veel politie-agenten. Als men het geld er voor over heeft, dan is alles teregelen; men moet het evenwel zoo practisch en goedkoop mogelijk regelen. De heer Mulder begrijpt niet, dat men er op aandringt, dat de halte op de Utrecbtsche brug verplaatst wordt. Er is geen halte in de stad, zoo veilig en secuur voor het publiek. De menschen kunnen er zeer veilig op het trottoir wachten en veel ge makkelijker instappen dan waar ook. Ook zou bij verplaatsing der halte de verhouding wat betreft den afstand tusschen verschillende haltes weder wat onevenredig worden, hoewel dat natuurlijk geen gewicht in de schaal zou leggen, wanneer er sprake van was, dat menschen- levens in gevaar zouden komen. De menschen kunnen er veilig wachten, want van alle kanten kan men zien, dat er menschen staan. Mevrouw van Itallie—van Embden kan als bewoonster van die buurt zeggen, dat er wel eenig gevaar is; niet voor de menschen, die in- en uitstappen, maar voor de menschen, die komen van den Zoeterwoudschen Singel. Als er 2 trams op de brug staan, dan weet men niet naar welken kant men uit moet, vooral als men met de fiets is. De beraadslaging wordt gesloten, waarna het vei laagd volgnr. 223 zonder hoofdelijke stemming wordt aangenomen. (De heer Knuttel wordt geacht te hebben tegen gestemd). Beraadslaging over volgnr. 224, luidendevKleeding en uitrusting der politiedienaars en veldwachters, 25382. De heer Witmans sluit zich aan bij de in de sectie's ge maakte opmerking, dat een prijs van f 62.50 voor rijwiel- huur zeer hoog is, en wil in dit verband de vraag stellen, of niet aan de gemeente een offerte gedaan is van ƒ52.50. De Voorzitter acht den prijs van ƒ62.50 ook te hoog en meent ook, dat het wel goedkooper zal worden. Het zou hem niet ver wonderen, als de huurprijs op 52.50 of wellicht nog lager zou komen. De beraadslaging wordt gesloten, waarna volgnr. 224 zonder hoofdelijke stemming wordt aangenomen. De volgnrs. 225 tot en met 229 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. De Voorzitter zegt, dat volgnr. 230 moet worden verhoogd met 1511.in verband met de wijziging van de loonen van de brandwachts ingevolge Raadsbesluit van 28 Septem ber 1925. Het verhoogd volgnr. 230 en de volgnrs. 231 tot en met 240 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofde lijke stemming aangenomen. Bij volgnr. 241 wordt de begrooting van de Gezondheids commissie zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gekeurd, waarna dit volgnr. eveneens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt aangenomen. De volgnrs. 242 en 243 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. De Voorzitter zegt, dat bij volgnr. 244 ter sprake komt de vraag, of de Raad goedkeurt, dat ook de benoeming van het administratief personeel, werkzaam onder den Directeur van den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst, bij Burge meester en Wethouders zal berusten. Hiertoe wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten, waarna volgnr. 244 eveneens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt aangenomen. Volgnr. 245 wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Beraadslaging over volgnr. 246, luidendey>Koslen van het geneeskundig toezicht op de openbare en bijzondere scholenf 8238. waarbij tevens in behandeling komt het door den heer Verweij ingediend voorstel, luidende: »Ondergeteekende stelt voor over te gaan tot aanstelling van een vasten schoolarts ter vervanging van de vier school artsen, die thans het geneeskundig schooltoezicht uitoefenen". De heer Verweij zegt, dat bij de discussie, op 30 Novem ber j.l. in den Raad gevoerd naar aanleiding van een verzoek van Dr. Horst, is gebleken, dat aan het geneeskundig schooltoezicht wel een en ander ontbreekt. Zijns inziens ligt het op den weg der gemeente daarin verbetering te brengen. In de verslagen, verschenen in de bij de begrooting behoorende bijlagen, geven verschillende hoofden van scholen wel hun tevredenheid te kennen over het geneeskundig schooltoezicht, maar desniettegenstaande blijkt toch, dat dit toezicht niet geregeld geschiedt in dien ziri, dat op gezette tijden de schoolartsen de scholen bezoeken. In sommige verslagen wordt gezegd, dat de schoolarts twee keer per jaar komt; andere zwijgen geheel over het toezicht en er zijn er ook, waarin wordt medegedeeld, dat het geregeld wordt uitgeoefend. Bij de aanstelling van een vasten schoolarts zou het bedrag van 4000.dat voor dit doel wordt uitgegeven, beter wor den aangewend, omdat het toezicht dan meer tot zijn recht zou komen. Bij de indiening van zijn voorstel heeft spreker deze berekening gemaakt, dat, waar er 24 scholen zijn hij weet niet of de bijzondere scholen van de diensten van den schoolarts gebruik zouden maken bij het aanstellen van een vasten schoolarts in elk geval eens per maand het toe zicht kan plaats hebben. Aan de aanstelling van een vasten schoolarts is ook nog een voordeel verbonden, dat ligt buiten het geneeskundig schooltoezicht. Wanneer de Directeur van den Geneeskundigen Dienst wegens vacantie dan wel om een andere reden zijn dienst niet kan waarnemen, dan is er niemand om hem te ver vangen als geneeskundige. Aan spreker is wel medegedeeld, dat een klerk dan den Directeur vervangt. Wanneer aangesteld werd een schoolarts, dan zou dien gevoegelijk opgedragen kunnen worden om den Directeur te vervangen, wat in alle opzichten een verbetering zou zijn. Financieele offers zijn aan sprekers voorstel niet verbonden. Voor hetgeen thans wordt uitgetrokken voor de 4 schoolartsen, ƒ4000.zou men zeer goed de beschikking kunnen krijgen over een arts. Die zou dan gesalariëeid worden zooals de 2e geneesheer bij de gestichten Endegeest, Rhijngeest en Voorgeest. De heer Meijnen herinnert eraan, dat ooki n19!5 een voorstel ingediend is tot aanstelling van een vasten schoolarts. Toen is door Mr. van der Eist ingediend een voortreflelijk uit gewerkt voorstel, met een toelichting, welke klonk als een klok. Toch heeft dat uitstekend voorbereid voorstel van ver schillende kanten zoovele bedenkingen ontmoet, dat de voor steller ten slotte het voorstel heeft ingetrokken. De Raad heeft eenige maanden geleden goedgekeurd het voorstel betreffende het schoolspreekuur, dat Dr. Horst zal houden; daarmede zou een proef van een paar jaren genomen worden. Het gaat natuurlijk niet aart, om daarin nu reeds weder verandering te brengen. De vervanging van den Directeur zit goed in elkaar. Één van de stadsgeneesheeren vervangt Dr. Horst geregeld, als deze afwezig is. Wat betreft de kosten: voor ƒ4000.krijgt men natuurlijk geen stads-schoolarts; de salariëering van den 2en geneesheer bij de gestichten Endegeest, Rhijngeest en Voorgeest is 5000.— tot 6000.-. In elk geval moet men afwachten, hoe dat schoolspreekuur van Dr. Horst werkt en eerst dan, na een paar jaren dus, kan men zien, of verandering gewenscht is. Men zou in elk geval twee vaste schoolartsen moeten aan stellen, want, als men er slechts één heeft, kan bij ziekte of ont stentenis het schooltoezicht in de war loopen. Volledige uitwerking en toepassing van het denkbeeld van den heer Verweij zou kosten meebrengen, welke stellig niet zouden meevallen. Ten slotte merkt spreker op, dat in het sectieverslag wordt gezegd, dat de schoolartsen »oe school niet meer dan 6 maal per jaar bezoeken", doch dat hem uit een onderzoek is gebleken, dat elke schoolarts tegenwoordig gemiddeld negen maal per jaar de scholen bezoekt. Dr. Blöte heeft 81 maal een school bezocht (9 scholen), Dr. Veldhuijzen 100 maal (11 scholen), Dr. Schreuder 93 maal (10 scholen) en Dr. Weebers 97 maal (10 scholen). Spreker moet de aanneming van het voorstel van den heer Verweij zeer ontraden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1925 | | pagina 14