188
MAANDAG 30 NOVEMBER 1925.
XV. Begrooting voor 1926 van het College van Vrouwen-
Kraammoeders.
(Zie Ing. St. No. 260.)
Zonder beraadslaging oi hoofdelijke stemming wordt tot
goedkeuring van deze begrooting besloten.
XVI. Rekening over 1924 van de Gezondheidscommissie.
(Zie Ing. St. No. 260.)
De heer Oostdam zegt, dat de Gezondheidscommissie bij
dragen uitkeert aan vereenigingen in verband met het lid
maatschap ervan en hij vraagt, of zulks principieel wel juist
is. Deze commissie heeft immers geen eigen inkomsten en is
het daarom niet beter, dat Burgemeester en Wethouders
voor zulke uitgaven zorgen en de noodige gelden op de be
grooting der gemeente zelve uittrekken? Men heeft dan een
beter overzicht. Het betreft hier geen groot bedrag, maar het
gaat om het principe.
De heer Sanders antwoordt, dat aan bijna al die lidmaat
schappen een tijdschrift is verbonden. Vermoedelijk is het de
Commissie meer te doen om die tijdschriften dan om het
lidmaatschap dier vereenigingen. Die tijdschriften houden
nauw verband met de taak der Gezondheidscommissie, voor
welke het gewenscht is, dat zij zich op de hoogte houdt van
de litteratuur, welke op haar gebied verschijnt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt tot goedkeuring van
deze rekening besloten.
XVII. Rekening, dienst 1924, van de Vereeniging tot
Bevordering van den Bouw van Werkmanswoningen.
(Zie Ing. St. Nis. 270 en 271.)
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt tot
goedkeuring van deze rekening besloten, met dien verstande,
dat als batig saldo in de gemeentekas moet worden gestort
een bedrag van f 1384.69®.
XVIII. Voorstel tot opheffing van de zekerheid gesteld ten
behoeve van wijlen den heer G. H. Kokxhoorn en van den
heer J. W. Lau, resp. als Gemeente-Ontvanger en waarne
mend Gemeente-Ontvanger.
(Zie Ing. St. No. 261).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XIX. Voorstel tot verhuring van het huis »Zuiderzicht"
met schuur en tuin, gelegen ten Zuiden van den Zoeter-
woudschen Singel, aan Dr. D. Plooy.
(Zie Ing. St. No. 262.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XX. Voorstel tot overname in eigendom en onderhoud bij
de gemeente van eenige gedeelten voor straat bestemden
grond achter de Heerenstraat, Sectie M. No. 3965 ged.
(Zie Ing. St. No. 272.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXI. Voorstel tot overname in eigendom en onderhoud
bij de gemeente van
a. de voor straat bestemde perceelen grond en water, be
zuiden en benoorden den Rijnsburgerweg, Sectie P. Nis.
160, 169, 888, 890, 892, 987 en 949;
b. de voor straat bestemde perceelen grond aan- en nabij
de Wasstraat, deel uitmakende van de perceelen Sectie
M, Nis. 4257, 4259, 797, 4140 en 795.
(Zie Ing. St. No. 273.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXII. Voorstel
a. om een strook water van den Ouden Rijn, groot
15 M2. niet meer voor den openbaren dienst bestemd te
verklaren
b. om de sub a bedoelde strook water te verkoopen aan
J. Mechelse.
(Zie Ing. St. No. 274).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXIII. Voorstel:
a. om de strook grond, deel uitmakende van het perceel
Sectie D. No. 1658 (Korevaarstraat) niet meer voor den
openbaren dienst bestemd te verklaren;
b. om de sub a bedoelde strook grond te verkoopen aan
de N.V. Leidsche Exploitatie Maatschappij voor Onroe
rende Goederen te Leiden.
(Zie Ing. St. No. 275).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXIV. Voorstel om aan de N.V. Leidsche Exploitatie Maat
schappij van Onroerende Goederen toestemming te verleenen
tot het overschrijden van de voorgeschreven maximum-hoogte
ten aanzien van den achtergevel van het op den hoek
KorevaarstraatBarbarasteeg te bouwen gebouw en ten
aanzien van de borstwering van dat gebouw.
(Zie Ing. St. No. 276).
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXV. Voorstel tot aanvaarding van de voorwaarden, waar
onder door Gedeputeerde Staten vergunning is verleend voor
den aanleg en de exploitatie van een hoogspanningslijn ten
behoeve van de electriciteitsvoorziening der gemeente
Warmond.
(Zie Ing. St. No. 263.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXVI. Voorstel tot wijziging der begrooting, dienst 1925,
in verband met de door particulieren gestorte bedragen ten
behoeve van de kosten van straataanleg.
(Zie Ing. St. No. 277.)
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over
eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders
besloten.
XXVII. Verordening, houdende wijziging van de verordening
van 8 Augustus 1921 (Gemeenteblad No. 14), regelende de
hefting van eene plaatselijke belasting voor het gebruik van
openbare gemeentewerken en -bezittingen te Leiden en voor
diensten door de gemeente bewezen.
(Zie Ing. St. Nis. 265 en 266.)
De algemeene beschouwingen worden geopend.
De heer Wilbrink vraagt, of de bedoeling is datdestand-
plaatshuur verschuldigd is voor eiken autobus van een onder
neming, die van een standplaats gebruik maakt, dan wel dat
slechts eenmaal die huur verschuldigd is.
De Voorzitter antwoordt, dat betaald wordt voor een
standplaats, ongeacht hoevele autobussen daarvan achtereen
volgens gebruik maken.
De heer Deumer vraagt, of het de bedoeling is, dat de
autobussen, welke in concurrentie rijden met de spoorwegen,
geen standplaats zullen krijgen op het Stationsplein.
De Voorzitter antwoordt, dat die autobussen geen stand
plaats op het Stationsplein kunnen krijgen. Volgens de nieuwe
regeling zullen toegelaten worden de autobussen, welke
Burgemeester en Wethouders aanwijzen, behalve die, waar
tegen de Nederlandsche Spoorwegen bezwaar hebben om
redenen van directe concurrentie met zijne lijnen.
De algemeene beschouwingen worden gesloten.
Het eenig artikel en daarmede de geheele verordening
wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
XXVIII. Voorstel tot het doen rooien en verkoopen van
boomen.
(Zie Ing. St. No. 267.)
De heer Schüller vraagt, of bij dit voorstel ook rekening
is gehouden met het drietal boomen op de Rijn- en Schiekade,
waarvan sprake is in een onlangs ingekomen adres.