GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
123
iireEKOMEBr stukken.
N°. 186. Leiden, 3 Augustus 1925.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te
deelen dat bij haar geen bezwaren bestaan tegen de navol
gende voorstellen van Burgemeester en Wethouders:
a. tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van het
aanbrengen van verschillende veranderingen in de inrichting
van het voor bijzondere lagere school bestemde gedeelte
van het schoolgebouw aan het Plantsoen en het aanvullen
van den voor die school bestemden inventaris, voor wat
betreft de overgelegde begrootingsregeling (Ingek. Stukken
N o. 181);
b. tot beschikbaarstelling van gelden voor het aanbrengen
van eenige veranderingen in het schoolgebouw der Leerschool
aan de Oude Vest, ten behoeve van de vestiging van de
Centrale school voor het 7e leerjaar in de vrijgekomen
lokalen dier school, voor wat betreft de overgelegde begroo
tingsregeling (Ing. Stukken No. 180)
c. tot overname iri eigendom en onderhoud bij de gemeente
van den grond langs en vóór de in aanbouw zijnde zes
woonhuizen en één winkelhuis aan de Hansenstraat (Ingek.
Stukken No. 179);
d. tot beschikbaarstelling van gelden voor de vernieuwing
en verbetering van de stookinrichting van het Volks- en
Schoolbad aan de van der Werfstraat, voor wat betreft de
overgelegde begrootingsregeling (Ingek. Stukken No. 177);
e. tot het aanbrengen van eenige wijzigingen in de op
4 December 1924 vastgestelde gemeente-begrooting voor 1925.
Zij geeft U mitsdien in overweging dienovereenkomstig
te besluiten.
Aan den Gemeenteraad.
De Commissie van Financiën.
N°. 187.
Leiden, 4 Augustus 1925.
Bij raadsbesluit van den 14en Juli 1924 werd besloten
de dames Dr. S. Hofker en Dra. E. A. W. Broes van Dort
voor den cursus 1924/25 te bestendigen respectievelijk als
tijdelijk leerares in het Nederlandsch en het Duitsch aan
de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus.
Aangezien het ons met de Commissie van Toezicht op
en den Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs gewenscht
voorkomt deze tijdelijke aanstellingen te verlengen voor den
duur van den cursus 1925/26, geven wij Uwe Vergadering
in overweging de tijdelijke aanstelling van mej. Dr. S. Hofker,
als leerares in het Nederlandsch en die van mej. Dra. e. A.
W. Broes van Dort, als leerares in het Duitsch aan de
Hoogere Burgerschool met vijfjarigen cursus te verlengen
voor den duur van den cursus 1925/26.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 188.
Leiden, 5 Augustus 1925.
De Leerplichtwet bepaalt in artikel 21, dat de leden der
Commissie tot wering van schoolverzuim worden benoemd
voor den tijd van drie jaren, met dien verstande, dat een
tusschentijds benoemde aftreedt op het tijdstip van aftre
ding van dengene, wiens plaats hij inneemt. Aangezien de
leden van de commissie in 1922 zijn benoemd, treden zij allen
met 1 September a.s. af.
In verband daarmede bieden wij Uwe Vergadering de
navolgende aanbevelingen aan:
A. 1°. W. F. DB BREE, aftredend lid
2°. W. CARO.
B. 1°. D. BOSMA, aftredend lid,
2°. J. C. VAN SCHAIK.
C. 1°. M. J. B. HERFST, aftredend lid
2°. A. SOMERWIL Az.
D. 1°. P. G. HOCKS, aftredend lid,
2°. JAC. ZITMAN.
E. 1°. A. J. DEN HOLLANDER, aftredend lid,
2°. E. ENGBERTS.
F. 1°. R. G. M. HUEBER, aftredend lid,
2°. R. W. PELLE.
O. 1°. Ph. RANK A.Jz., aftredend lid,
2°. H. F. W. MEIJERAAN.
H. I". J. SCHOUTEN Az.. aftredend lid,
2°. G. VAN PUTTEN.
I. 1°. N. B. M. VREEBURG, aftredend lid,
2°. G. J. VAN DER PLOEG.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 189.
Leiden, 6 Augustus 1925.
Ingevolge artikel 6 der voorwaarden, waaronder Gedepu
teerde Staten aan onze gemeente vergunning hebben verleend
voor den aanleg en de exploitatie van een hoogspanningslijn,
uitgaande van den hoogspanningskabel in de gemeente
Zevenhuizen, ten behoeve van de levering van draaistroom
aan de gemeente Moerkapelle, alsmede aan den polder „De
Honderd Morgen of Wilde Veenen", wordt de vergunning
geacht niet gegeven te zijn, indien niet binnen drie maanden
na de dagteekening van het besluit van Gedeputeerde
Staten door Uwe Vergadering eene verklaring is ingezonden,
houdende dat de Raad der Gemeente Leiden de vergunning
onder de daarbij gestelde voorwaarden aanvaardt.
Aangezien o. i. tegen die aanvaarding geen bezwaar bestaat,
geven wij U in overweging tot het inzenden van die ver
klaring te besluiten.
De betreffende vergunning gelieve U in de Leeskamer
aan te treffen.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 190.
Leiden, 6 Augustus 1925.
Onder verwijzing naar nevensgaand schrijven van Com
missarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit
geven wij U in overweging: i
1°. goed te keuren, dat over het jaar 1924 voor normale
uitbreidingen der Gasfabriek 70.000.en der Electriciteits-
fabriek 116.000.is besteed;
2°. het uitbreidingskapitaal der Electriciteitsfabriek aan te
vullen met 170.000.onder bepaling, dat jaarlijks door
de fabriek aan de gemeente zal worden betaald 5£ rente
van het door haar geleende kapitaal en dat, te beginnen
met het jaar 1926, jaarlijks 5 zal worden afgelost;
3°. over te gaan tot vaststelling van den hierbij overge-
legden begrootingsstaat, model D, groot 170.000.
Aau den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 31 Juli 1925.
Wij hebben de eer U mede te deelen, dat de normale
uitbreidingen van de Stedelijke Fabrieken van Gas en Elec
triciteit, in verband met de levering van gas en electriciteit
volgens de bestaande verordeningen en contracten, in 1924
hebben bedragen:
voor de gasfabriek:
persleidingen 15.000.
dienstleidingen 12.500.
muntleidingen. 7.500.
meters 35.000.
voor de electriciteitsfabriek:
hoogsp. kabelnet
buitengemeenten, 10.000.
transf. stations 13.000.
laagsp. kabelnet. 45.000.
dienstgebouwen6.000.
meters12.000.
transformatoren. 15.000.
huisaansluitingen 15.000.
Totaal
70.000.—
Totaal
116.000.—
De uitbreidingen van de gasfabriek konden uit de in vorige
jaren verstrekte kapitalen worden bestreden, zoodat daarvoor
geen aanvulling van het uitbreidingskapitaal noodig is.
Wat betreft de electriciteitsfabriek zij er aan herinnerd,
dat behalve de hierboven vermelde bedragen der normale
uitbreidingen, in het afgeloopen jaar nog een totaal bedrag
van rond 54.000.werd besteed ten behoeve van uitbrei
dingen voor de electriciteitsvoorziening van Moerkapelle,
Warmond, Zoeterwoude en Leiderdorp, waaraan de Raad bij
besluiten van respect. 7 April, 19 Mei en 10 November
1924 bereids zijne goedkeuring hechtte.
Het kapitaal der electriciteitsfabriek zal derhalve met een
bedrag van 170000.dienen te worden aangevuld.
Met het oog op het voorschrift van art. 25 van de ver
ordening, houdende reglement op het beheer en bestuur der
Fabrieken, dat de aflossing van kapitalen verband moet
houden met de afschrijving der uitbreidingen, waarvoor zij