2 Zandsloot te vormen nieuwe weggrens, aan de gemeente in eigendom en onderhoud overgaat. Onder mededeeling, dat de eigenaren dier perceelsgedeel ten tot die overdracht bereid zijn en overeenkomstig het advies der Commissie van Fabricage, geven wij U mitsdien in overweging te besluiten, de strookjes grond, gelegen tusschen de voortuintjes der op de perceelen gemeente Leiden Sectie P nis 871, 872, 873 en 794 ged. te stichten woningen en de, na demping van de Zandsloot ter plaatse, te vormen nieuwe weggrens van den Eijnsburgerweg, een en ander als op de hierbijgevoegde teekening in groene kleur is aangeduid, zonder eenige kosten voor de gemeente in eigendom en onderhoud bij de gemeente over te nemen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 8. Leiden, 14 Januari 1925. Met nevensgaand voorstel van Commissarissen der Stede lijke Fabrieken van Gas en Electriciteit in zake wijziging en aanvulling van de met de gemeente Leimuiden gesloten stroomleveringsovereenkomst, kan ons College zich geheel vereenigen. Onder verwijzing naar den inhoud van de missive van Commissarissen geven wij U mitsdien in over weging over te gaan tot vaststelling van de hierbij over gelegde concept-overeenkomst tot wijziging en aanvulling van de op 19/23 Mei 1921 met de gemeente Leimuiden gesloten overeenkomst, betreffende de levering van elec triciteit in die gemeente door de Stedelijke Electriciteits- fabriek te Leiden. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. CONCEPT-OVEREENK0MS T tot wijziging en aanvulling van de op 19/23 Mei 1921 met de Gemeente Leimuiden gesloten overeenkomst betreffende de levering van electriciteit in de gemeente Leimuiden door de Stedelijke Electriciteitsfabriek te Leiden. Artikel I. Het tweede lid van artikel 1 van bovengenoemde over eenkomst wordt vervangen door een nieuw lid, luidende: „Leimuiden garandeert aan Leiden gedurende den nog loopenden duur der overeenkomst een jaarlijksch verbruik van electrischen stroom in de gemeente Leimuiden van ten minste 25.000 K.W.D. Mocht in een kalenderjaar minder dan het gegarandeerde minimum afgenomen zijn, dan zullen de niet-verbruikte K.W.Uren tegen 10 cent per K.W.U. aan Leimuiden in rekening worden gebracht." De leden 1 en 2 van artikel 5 worden vervangen door twee nieuwe leden, luidende: „Voor zoover deze overeenkomst geen afwijkende bepalin gen bevat, zal door Leiden aansluiting op het net aan aan vragers worden verleend en stroom worden geleverd over eenkomstig de bepalingen van de Electriciteitsverordening van Leiden, gelijk deze is vastgesteld door den Gemeenteraad van Leiden in zijne openbare vergadering van den 17den December 1914, laatstelijk gewijzigd bij Raadsbesluit van 2 September 1924 en zooals deze nog nader mocht worden gewijzigd. De Electriciteitsverordening voornoemd zal, voor zoover bij deze overeenkomst niet uitdrukkelijk is afgeweken, worden toegepast op de wijze en volgens de regelen als bij aansluiting in de gemeente Leiden gelden, met dien ver stande, dat de prijs voor het lichttarief (enkeltarief) voor de ingezetenen van Leimuiden 5 cent per eenheid meer zal bedragen dan die, welke voor de Leidsche ingezetenen geldt (de overige tarieven vast te stellen door Leiden naar even redigheid), onder bepaling echter, dat tot 1 Januari 1927 de enkeltariefprijs te Leimuiden niet hooger zal zijn dan 25 cent, tenzij in geval van stijging van het thans geldende Leidsche tarief, in welk geval in Leimuiden een geleidelijk stijgende opslag op den Leidschen prijs zal worden betaald (over 1925 van ten hoogste 2 cent, over 1926 van ten hoogste 4 cent), terwijl van 1 Januari 1927 af een verhooging van 5 cent boven den Leidschen enkeltariefprijs zal gelden, zooals in den aanhef van dit lid vastgesteld. In afwijking van het vorenstaande zal de stroomprijs ten behoeve van de algemeene straatverlichting van Leimuiden door Leiden te allen tijde berekend worden tegen den Leidschen enkel tariefprijs." In het vierde lid van artikel 5 worden de woorden „het Reglement" vervangen door „de Electriciteitsverordening voornoemd". Het laatste lid van artikel 6 vervalt. Art. II. Het bepaalde in het eerste lid van artikel 4 van de be staande overeenkomst blijft geheel van kracht; echter worden de bij die overeenkomst gevoegde, gewaarmerkte, teekeniugen van het kabelnet in de gemeente Leimuiden aangevuld met de hierbij gevoegde nieuwe teekeningen, welke eene aanzienlijke uitbreiding van het kabelnet langs de Drecht aanwijzen. Art. III. Gelet op het feit, dat het in verband met den te ver wachten geringen stroomverkoop over de nieuw te leggen kabels niet meer mogelijk is de Leidsche stroomprijzen in Leimuiden te handhaven en er derhalve voortaan een be langrijke prijs verhooging noodig zal zijn, om een ongunstige exploitatie der stroomlevering in de geheele gemeente Lei muiden te voorkomen, wordt overeengekomen, om, rekening houdende met de reeds vroeger door Leimuiden ter zake gestorte bedragen van 26050.en 15680.deze prijs- verhooging te beperken tot een bedrag als hierboven in artikel I is aangegeven, op voorwaarde echter, dat Leimuiden thans, vóór den aanvang der stroomlevering over de nieuw te leggen kabels, eene som van 10720.(zegge: tien duizend zeven honderd en twintig gulden) in eens en voor eens ten kantore der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit te Leiden stort, van welke som, evenals van de vroeger gestorte bedragen, nimmer terugbetaling plaats vindt. Leiden, 22 December 1924. Sinds eenigen tijd zijn door den Directeur der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit onderhandelingen gevoerd met het Gemeentebestuur van Leimuiden over uitbreiding van het electrisch kabelnet in die gemeente. Deze onder handelingen hebben thans tot overeenstemming geleid aan gaande een wijziging van het in 1921 met Leimuiden gesloten stroomleverinsscontract. Volgens die aanvullende regeling verkrijgt Leimuiden de gewenschte uitbreiding van het kabel net, welke op de hierbij gevoegde teekening is aangegeven, en zal Leiden voor den verderen duur van de stroomlevering in Leimuiden een hooger tarief berekenen Ten einde deze tariefsverhooging binnen zekere grenzen te houden (te weten 5 cent hooger voor het enkeltarief en de overige tarieven naar evenredigheid), zal Leimuiden bovendien een bedrag van 10.'20a fonds perdu storten. Voorts is de minimum-jaargarantie voor stroomverbruik (zie art. 1 der bestaande overeenkomst), welke dient als waarborg tot dekking van de kosten, voor Leiden aan de electriciteitsvoorziening van Leimuiden verbonden, veranderd in een garantie, uitgedrukt in K.W U., zooals den laatsten tijd meestal in dergelijke overeenkomsten wordt opgenomen. De ontworpen uitbreiding van het kabelnet inLeimniden zal een uitgave van rond f 29.000.vorderen. Het kapitaal der Fabrieken behoeft daarvoor niet te worden vergroot, aangezien die uitgaven voorloopig uit de beschikbare gelden der Fabrieken kunnen worden bestreden. Wij geven Uw College beleefd in overweging den Raad voor te stellen tot vaststelling van de hiernevens over gelegde concept-overeenkomst tot wijziging en aanvulling van de op 19/23 Mei 1921 met de gemeente Leimuiden gesloten overeenkomst betreffende de levering van electriciteit in die gemeente, over te gaan. Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, J. F. X. Sawders, Voorzitter. E. Schotman, Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. X°. 9. Leiden, 14 Januari 1925. In verband met de door Gedeputeerde Staten aan de Haagsche Tramweg Maatschappij verleende vergunning tot doortrekking van hare electrische tramlijn Den Haag WassenaarHaagsche Schouw naar en door Leiden moet op den Rijnsburgerweg nabij den overweg van den spoorweg Den HaagAmsterdam een wissel worden gelegd, zooals op de ter visie liggende teekening is aangeduid. Zonder dezen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1925 | | pagina 2