MAANDAG '20 OCTOBER 1924. 245 Zitting van Maandag SO October 1934. Geopend des namiddags te twee uur. Voorzitter: de heer Burgemeester Jhr. Dr. N.C. DE GIJSELA AR. Te behandelen onderwerpen: 1° Benoeming van een lid der Plaatselijke Schoolcommissie. (269) 2° Voorstel tot kostelooze overname in eigendom bij de 'gemeente van: a. een strookje grond aan de Oosterstraat, Kad. bekend Sectie K No. 3703 ged.; b. een strookje grond aan den Hoogen Rijndijk, Kad. bekend Sectie M No. 3364 ged.; c. een strookje grond en water, Kad. bekend Sectie O Nis 15 en 32 ged. (270) 3° Voorstel: a. tot aankoop van het perceel Lage Rijndijk, Sectie K. No. 783; b. tot beschikbaarstelling van de voor dien aankoop benoodigde gelden. (271) 4° a. Herstemming over het amendement van den heer van Stralen, op art. 13 der ontwerp-verordening betreffende den Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken b. Voortzetting van de behandeling van het voorstel in zake de instelling van een Gemeentelijken Dienst voor Sociale Zaken. (252) 5° Verordening, houdende wijziging van de verordening van 2 Mei 1912 (Gem.blad n°. 17), op de Straatpolitie. (263) 6° Verordening, houdende wijziging van de verordening van 23 Mei 1912 (Gem.blad n°. 18), op het Rijden. (263) 7° Praeadvies op het verzoek van K. G. van der Hoeven e. a., om den naam »Diefsteeg" te veranderen in dien van «Gravensteinstraat" of »Gravinnestraat." (272) 8° Voorstel tot het doen rooien en verkoopen van boomen. (273) 9° Praeadvies op het verzoek van de vereeniging »Hulp in de Huishouding", om toekenning van een subsidie iu de kosten van verzorging van armlastige kraamvrouwen. (264) 10° Praeadvies op het verzoek van de stichting «het Ned. R. K. Huisvestings-Comité", om toekenning van eene bijdrage in de kosten van uitzending van kinderen naar eene vacantiekolonie. (265) 11° Praeadvies op het verzoek van den Leidschen Bestuur- dersbond, om aan daarvoor in aanmerking komende werklooze hoofden van gezinnen en kostwinners een reductie op den prijs der brandstoffen te verleenen. (266) 12° Praeadvies op het verzoek van den Leidschen Bestuur- dersbond, om beschikbaarstelling van een ontspannings lokaal voor werkloozen. (267) 43° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van den aanleg van een voorloopigen verbindingsweg van de Langegracht naar den Maresingel. (268) Tegenwoordig zijn 32 leden, namelijk: de heeren van Eek, Coster, Witmans, mevrouw van Itallievan Embden, de heeren Zuidema, Verweij, Oostdam, Spendel, Groeneveld, Kooistra, Bergers, mevrouw Dietrichde Rooy, de heeren van Stralen, Heemskerk, Sijtsma, üubbeldeman, Mulder, Meijnen, Reime- ringer, Sanders, Eerdmans, Baart, van den Heuvel, Eikerbout, van Hamel, van der Wall, van Rosmalen, Wilmer, Wilbrink, van der Reijden, Huurman en Knuttel. Afwezig: de heer Splinter, wegens ongesteldheid. De notulen van het verhandelde in de vergadering van 29 September 1924 worden goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen; 1°. Missive van Gedeputeerde Staten ten geleide van het Koninklijk Besluit van 17 September j.l., No. 9, houdende goedkeuring van de verordeningen tot heffing van schoolgeld voor het Lager Onderwijs en het Buitengewoon Lager Onderwijs in de gemeente Leiden. 2°. Beschikking van den Commissaris der Koningin in deze provincie, houdende benoeming van de heeren W. Fontein, L. van der Laan en J. Zitman tot leden van het College van Zetters voor 's Rijks directe belastingen. 3°. Mededeeling van Mr. E. A. Cosman, dat Duyndam het bedrag der schadevergoeding wegens het stukvaren van een stootpaal heeft voldaan. 4°. Dispositie's van Gedep. Staten ten geleide van de goed gekeurde raadsbesluiten: a. tot overbrenging van het dienstjaar 1923 op dat van 1924 van de benoodigde gelden voor de voldoening van eenige onbe taald gebleven vorderingen en van verschillende ontvang- en uitgaafposten van den Kapitaaldienst b. tot verhuring van de bovenwoning van het perceel Nieuwsteeg 4a, aan A. van Laarhoven; c. tot ontbinding van de met A. B. Timmerman gesloten overeenkomst in zake de huur van het winkelhuis Breestraat 92 en tot verhuring van dat winkelhuis aan B. J. Timmerman; d. tot beschikbaarstelling van gelden voor de inrichting van het koetshuis met stalling van den Burcht tot auto-garage en tot verpachting van den Burcht en de Graanbeurs aan A. Backer e. tot verkoop van het perceel Nieuwe Rijn No. 66 aan het Bestuur van het St. Elisabethsgesticht; tot onderhandsche opdracht van de grond-en betonwerken ten behoeve van het nieuw te bouwen politiebureau aan de Zonneveldstraat aan de N. V. Rijnlandsche Betonbouwmaat- schappij en van de centrale verwarmingsinstallatie in dat bureau aan de Electriciteits- en Gas-Maatschappij, voorheen de Vries en Stevens. 5°. Mededeeling van den heer E. van der Wall, dat hij, wegens vertrek uit de gemeente, met ingang van 1 November a. s., ontslag neemt als lid van den Gemeenteraad. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Missive van den Algemeenen Nederlandschen Wielrijders- bond, Toeristenbond voor Nederland, in zake het aanleggen van afzonderlijke rijwielpaden, enz. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten de missive ter visie te leggen. 2°. Missive van W. C. Uittenbroek, ten geleide van een 50-tal exemplaren van «Oranje Boven", Maandblad van den Jeugdbond en van een gedicht, getiteld: «Leiden's Beleg en Ontzet". De Voorzitter deelt mede, dat deze bladen aan de Raadsleden toegezonden zijn, en dat de heer van Eek aan het eind van deze vergadering eenige vragen wil richten tot Burgemeester en Wethouders omtrent het toezenden daarvan aan de leden. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten de missive ter visie te leggen. 3°. Verzoek van den heer E. van der Wall om ontslag als onbezoldigd Ambtenaar van den Burgerlijken Stand. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wet houders om praeadvies. 4°. Verzoek van P. den Hartog om kwijtschelding van het bedrag zijner navorderingsbelasting over 1919/1920. Dit verzoek luidt als volgt: Aan den Raad der Gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen: Pieter den Hartog, koopman, wonende te Leiden aan den Rijnsburgerweg 11b-, dat hem bij artikel 165 van het kohier voor het belastingjaar 1919/1920 een navorderings aanslag is opgelegd ten bedrage van 2131.41 dat op een daartoe ingediend request bij beschikking van Uwen Raad van den 16 October 1922 deze aanslag werd teruggebracht tot f 1483.04, berekend over een inkomen van 9950.— dat requestrant als gevolg van de algemeene malaise waar door hij financieel aan den rand van den afgrond werd gebracht, nooit in staat geweest is voormeld bedrag te betalen; dat de Staat der Nederlanden dit ook als juist bevonden heeft voor wat zijn vordering ter zake van oorlogswinstbelasting over het jaar 1918 ten bedrage van ƒ4470.en aan requestrant dit volle bedrag heeft kwijt gescholden; dat requestrant ook thans nog in een dusdanigen financieel deplorabelen toestand verkeert dat er geen denken aan is het bedrag van 1483.04 te betalen; Redenen waarom requestrant Uwen Raad eerbiedig verzoekt hem voormeld bedrag kwijt te schelden. 't Welk doende enz. Pieter den Hartog.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1924 | | pagina 1