216
DINSDAG 2 SEPTEMBER 1924.
2°. Voorstel van den heer Spendel tot uitbreiding der
Politieverordening.
Dit voorstel luidt als volgt:
Aan den Raad der Gemeente Leiden
Undergeteekende heeft de eer aan Uwen Raad het volgende
voorstel tot uitbreiding der Politie- verordening voor te stellen
»Ontruiming van een langs den openbaren weg gelegen
terrein, kan door de Politie worden gelast, wanneer de ge
dragingen van de daar aanwezige personen hinderlijk zijn voor
de goede orde of wel een uitdagend karakter dragen."
Toelichting
Door dit voorstel, in den meest algemeenen zin genomen,
wordt de mogelijkheid geschapen:
le. Te voorkomen dat voor de goede orde schadelijke- en
voor de burgerij hinderlijke relletjes kunnen ontaarden in
vloek-, klop- of Vechtpartijen;
2e. Te voorkomen dat de openbare straat wordt een terrein
waar door provocatie hinder aan de burgerij en krachtig
ingrijpen van de politie wordt uitgelokt;
3e. Weg te nemen de meening bij de burgerij, dat ten
opzichte van bepaalde personen de verordeningen niet in
gelijke mate worden toegepast.
H. W. Spendel,
Lid van den Raad der Gemeente Leiden.
Leiden, 28 Augustus 1924.
Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders
om praeadvies.
3°. Amendementen van den heer van Eek op de ontwerp
verordening tot wijziging van die, betreffende de levering
van electriciteit door de Stedelijke Fabrieken van Gas en
Electriciteit.
Zullen worden behandeld bij punt 26 der agenda.
4°. Mededeeling van P. G. Hoeks, dat hij in verband met
zijn aftreden als Hoofd eener school, ophoudt lid der Plaatse
lijke Schoolcommissie te zijn.
Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming voor
kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter deelt alsnog mede:
dat de begrooting voor 1925 in het laatst van deze week
aan de leden van den Raad zal worden toegezonden en dat
het voornemen bestaat de sectievergaderingen te houden op
Woensdag 24 .September a.s. des avonds te 772 uur, terwijl
deze vergaderingen desgewenscht door een ambtenaar ter
secretarie als secretaris kunnen worden bijgestaan.
Aan de orde is alsnu:
I. Benoeming van drie leden van de Commissie van Finan
ciën en uit dezen van den Voorzitter (aftredend: de B. H.
B. J. Huurman, H. W. Spendel en E. van der Wall).
De Voorzitter verzoekt den heeren Reimeringer, Oostdam,
Wilbrink en Verwey het stembureau uit te maken.
De heer Wilbrink zegt te ongeveer drie uur de vergade
ring te moeten verlaten.
De Voorzitter antwoordt, dat de heer van der Wall hem
dan wel zal willen vervangen.
Achtereenvolgens worden benoemd
de heer B. J. Huurman met 20 stemmen; de heeren van
Stralen en Spendel verkregen ieder 1 stem, terwijl 2 biljetten
in blanco waren;
de heer H. W. Spendel met 23 stemmen; de heer van
Stralen verkreeg 2 stemmen, terwijl 2 biljetten in blanco
waren
(De heeren van Stralen, Groeneveld en van der Reijden
waren inmiddels ter vergadering gekomen).
de heer E. van der Wall met 19 stemmen; de heer van
Stralen verkreeg 8 stemmen, terwijl 1 biljet in blanco was.
(De heer Kooistra was inmiddels ter vergadering gekomen.)
De heeren Huurman, Spendel en van der Wall verklaren
de benoeming aan te nemen.
Tot Voorzitter wordt vervolgens benoemd de heer B. J.
Huurman met 16 stemmen; de heer van der Wall verkreeg
3 stemmen, terwijl 8 biljetten in blanco waren en 1 biljet
van onwaarde was.
De heer Huurman verklaart de benoeming aan te nemen.
II. Benoeming van twee leden van de Commissie van
Fabricage (aftredend: de H. H. J. Splinter Gzn. en A. J.
Oostdam).
Achtereenvolgens worden benoemd
de heer J. Splinter Gzn. met 20 stemmen; de heer van
den Heuvel verkreeg 7 stemmen, de heer Oostdam 1 stem,
terwijl 1 biljet in blanco was;
(De heer Baart was inmiddels ter vergadering gekomen.)
de heer A. J. Oostdam met 18 stemmen; de heer van den
Heuvel verkreeg 8 stemmen, terwijl 4 biljetten in blanco
waren.
(Er werd één biljet te veel in de stembus gevonden, het
geen evenwel op den uitslag der stemming geen invloed had.)
De heeren Splinter en Oostdam verklaren de benoeming
aan te nemen.
III. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het
Openbaar Slachthuis (aftredend: de H.H. J. Wilbrink en
Tb. M. VV. Bergers).
Achtereenvolgens worden benoemd
de heer J. Wilbrink met 24 stemmen; de beer Splinter
verkreeg 1 stem, terwijl 4 biljetten in blanco waren;
de beer Th. M. W. Bergers met 20 stemmen; de heer
Groeneveld verkreeg 2 stemmen, de heeren Knuttel en Oost
dam ieder 1 stem, terwijl 4 biljetten in blanco waren en l
biljet van onwaarde was.
De heeren Wilbrink en Bergers verklaren de benoeming
aan te nemen.
IV. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het
Marktwezen (aftredend: de H.H. J. Wilbrink en T. Groeneveld).
Achtereenvolgens worden benoemd:
de heer J. Wilbrink met 23 stemmen; de heeren Groene
veld en van Rosmalen verkregen ieder 1 stem, terwijl 4
biljetten in blanco waren
de heer T Groeneveld met 28 stemmen; 1 biljet was in
blanco en 1 biljet van onwaarde.
(De heer van Hamel was inmiddels ter vergadering gekomen).
De heeren Wilbrink en Groeneveld verklaren de benoeming
aan te nemen.
V. Benoeming van twee leden van de Commissie voor het
Oud-Archief (aftredend: de H.H. J. A. van Hamel en A. J.
Oostdam).
Achtereenvolgens worden benoemd:
de heer J. A. van Hamel met 24 stemmen de heer Knuttel
verkreeg 2 stemmen, terwijl 2 biljetten in blanco waren;
(De heeren Sanders en Eikerbout hadden de vergadering
inmiddels tijdelijk verlaten).
de heer A. J. Oostdam met 22 stemmen; Mevrouw van
Itallievan Embden verkreeg 1 stem, terwijl 3 biljetten in
blanco en 2 biljetten van onwaarde waren.
De heeren van Hamel en Oostdam verklaren de benoeming
aan te nemen.
VI. Benoeming van drie leden van de Commissie voor de
Huishoudelijke verordeningen en uit dezen van den Voorzitter
(aftredend: de H.H. K. Sijtsma, Mr. 1). A. van Eek en
Th. B. J, Wilmer).
Achtereenvolgens worden benoemd:
de heer K. Sijtsma met 25 stemmen; 2 biljetten waren in
blanco en 3 biljetten van onwaarde;
(De heer Elkerbout was inmiddels weder in de vergadering
teruggekeerd).
Er werd één biljet te veel in de stembus gevonden, hetgeen
evenwel op den uitslag der stemming geen invloed had.
de heer Mr. D. A. van Eek met 25 stemmende heeren van
Hamel en Knuttel verkregen ieder 1 stem, terwijl 3 biljetten
in blanco waren
(De heer Sanders was inmiddels weder in de vergadering
teruggekeerd).