175
„De Directie is bevoegd den aangeslotene voor bet ver
breken van de aan den meter of andere toestellen aange
brachte zegels of sloten eene boete op te leggen van ƒ3.
Zij is bevoegd deze boete eveneens op te leggen, indien zich
bij lediging van de muntmetergeldbus daarin andere munt
stukken of voorwerpen bevinden, dan waarvoor de meter
automaat is ingericht."
Art. Yin.
In het eerste lid van artikel 17 wordt onder 3 gelezen:
„onverminderd het bepaalde in de artt. 13 en 14, indien
zware schade is toegebracht aan eenig door de Gasfabriek
aangebracht toestel of aan een aanvoerleiding of indien de
op den meter, de muntmetergeldbus of op eenig ander
toestel aangebrachte zegels of sloten zijn verbroken, of
indien bij lediging van de muntmetergeldbus daarin bij
herhaling andere muntstukken of voorwerpen zijn aange
troffen, dan waarvoor de meterautomaat is ingericht
Aan het derde lid van artikel 17 wordt een nieuwe zin
toegevoegd, luidende als volgt:
„Wanneer het afsluiten van den toevoer door den aan
geslotene mocht zijn belemmerd, zijn de daardoor ontstane
extra kosten mede verschuldigd."
B. VERORDENING,
houdende wijziging van de verordening van 17 December 1914
(Gemeenteblad No. 37) betreffende de levering van elec-
triciteit door de Stedelijke Fabrieken van Gas en
Electriciteit, laatstelijk gewijzigd bij verordening
van 16 Juli 1923 (Gemeenteblad No. 19).
Artikel I.
In het vierde lid van artikel 5 van bovengenoemde ver
ordening wordt in plaats van „voor" gelezen „door".
In het laatste lid van artikel 5 vervalt het woord „de".
Art. II.
In het eerste lid van artikel 6 wordt in plaats van 0.90"
en 4.50" gelezen onderscheidenlijk: 0.60" en 3.
Het laatste lid van artikel 6 wordt gelezen als volgt:
„Commissarissen zijn bevoegd te allen tijde te vorderen,
dat de eigenaar of diens rechtverkrijgende de huurleiding
in eigendom overneemt tegen betaling van een door hen'
op den voet van het vorig lid vast te stellen som."
Art. III.
In het derde lid van artikel 9 wordt in plaats van
„eenige herijking" gelezen: „een herijk"; in plaats van
„5 „vijf ten honderd"in plaats van „kosten der her
ijking": „kosten van den herijk"; in plaats van „der ver
vanging": „van de vervanging"; in plaats van „en het
verbruik over de afgeloopen ma,and en over de loopende
maand": terwijl de verbruikte en nog niet berekende hoe
veelheid electriciteit"in plaats van „uitkomsten der her
ijking": „uitkomsten van den herijk"; in plaats van „de
herijking": „de herijk", en wordt tusschen de woorden:
„Directie" en „geschat" ingevoegd: „wordt".
Aan artikel 9 wordt na het derde lid een nieuw lid toe
gevoegd, luidende als volgt:
„Een verzoek tot herijk schort de betaling van de bere
kende hoeveelheid electriciteit niet op. Eventueele verrekening
vindt plaats, zoodra het resultaat van den herijk bekend is."
Art. IV.
In het eerste lid van artikel L0 worden de volgende wij
zigingen gebracht:
Sub a wordt in plaats van „(enkeltarief)" gelezen „(enkel-
tarief)" en in plaats van „25 cent", „23 cent" en „17 cent"
respectievelijk: „22 cent", „19 cent" en „16 cent", terwijl
vervallen de zinsneden: „voor de derde 2500 eenheden per
jaar 21 cent per eenheid" en „voor de vierde 2500 een
heden per jaar 19 cent per eenheid".
Sub b wordt in plaats van „(dubbeltarief)" gelezen:
„(dubbeltarief)" en in plaats van „28 cent": „24 cent"; in
plaats van „14 cent", „12 cent" en „11 cent" respectievelijk:
„12 cent", „10 cent" en „9 cent"in plaats van de woorden
„dan voor": „dan die van"; in plaats van „op aansluiting":
„voor aansluiting" en in plaats van „20 cent": „18 cent".
Sub c 1°. wordt in plaats van „20 cent" gelezen: „18
cent" en wordt na het woord „bestaat" een komma geplaatst.
Sub c 2°. wordt in plaats van „Voor alle" gelezen: „en
voor alle"; in plaats van „6 cent": „5 cent"; in plaats van
de woorden „dit artikel": „dit tarief" en in plaats van
„bij art. 17": „in art. 17".
Na het bepaalde sub c wordt het navolgende ingevoegd:
„d. Volgens aanwijzing van den enkeltariefmeter, als be
doeld sub a verwarmingstarief5 cent per eenheid.
Volgens dit tarief wordt uitsluitend stroom voor ver
warmingsdoeleinden geleverd aan afzonderlijk daartoe aan
gelegde verwarmingsinstallatie's in perceelen, welke daartoe
naar het oordeel van de Directie in aanmerking komen.
De Directie is te allen tijde bevoegd levering volgens een
der andere tarieven te doen geschieden, indien daartoe naar
haar oordeel aanleiding bestaat."
In plaats van: dVolgens bijzonder tarief:" wordt ge
lezen: „e. Volgens bijzonder tarief:".
Art. V.
Na het eerste lid van artikel 11 wordt een nieuw tweede
lid ingevoegd, luidende als volgt:
„In normale omstandigheden zal de invordering voor
verbruikten stroom over de maanden Mei en Juni en over
de maanden Juli en Augustus telkens op ééne quitantie
geschieden."
Het tegenwoordige tweede lid van artikel 11 wordt ge
lezen als volgt:
„Verbruikers, die het door hen aan de Stedelijke Fabrieken
van Gas en Electriciteit verschuldigde geregeld door over
schrijving hetzij op de postrekening, hetzij op eene der
bankrekeningen der Fabrieken, voornoemd, wenschen te
betalen, ontvangen daartoe, mits zij alle aan de Fabrieken
verschuldigde bedragen zonder uitzondering en franco op
deze wijze vereffenen, eene schriftelijke opgave van het
verschuldigde, dat alsdan binnen acht dagen na de verzen
ding dier opgave op de postrekening of op eene der bank
rekeningen der Fabrieken moet zijn overgeschreven."
Het tegenwoordige derde lid van artikel 11 wordt gelezen
als volgt:
„De Directie is bevoegd van verbruikers bij den aanvang
van de stroomlevering of later, zoo dit wenschelijk mocht
blijken, eene borgstelling te vorderen. Zij is tevens bevoegd
gedeeltelijke vooruitbetaling of wel dagelijksche contante
betaling te eischen."
Art. YI.
In het eerste lid van artikel 12 wordt in plaats van
„Postrekening der" gelezen: „postrekening of op eene der
bankrekeningen van de" en in plaats van „ten kantore der
Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit"„ten kantore
der Stedelijke Fabrieken voornoemd".
Het tweede lid van artikel 12 wordt, als tweede zinsnede
van het eerste lid, gelezen als volgt:
„Indien de aangeslotene in gebreke is gebleven binnen
den genoemden termijn het verschuldigde te voldoen, wordt,
onder heffing van 0.40 als vergoeding wegens extra
administratie- en incassokosten, de betreffende vordering
nog éénmaal aangeboden. Indien ook bij deze laatste aan
bieding geene betaling volgt, is de Directie bevoegd den
stroomtoevoer dadelijk te verbreken en den meter weg te
nemen. De aansluiting wordt eerst hersteld na betaling van
het verschuldigde (waaronder ook zijn begrepen de admini
stratie- en incassokosten), vermeerderd met de vergoeding
voor de onkosten van het verbreken van den stroomtoevoer
en het herstellen van de aansluiting volgens het bepaalde
in artikel 17."
In artikel 12 wordt een nieuw tweede lid ingevoegd,
luidende als volgt:
„Betreft het de invordering van eene quitantie voor gas-
en electriciteitsverbruik te zamen, dan zijn de in het vorig
lid genoemde kosten slechts eenmaal verschuldigd."
In de eerste zinsnede van het tegenwoordige derde lid
van artikel 12 wordt na het woord „curator" ingevoegd:
„of een derde, ten genoegen van de Directie," en wordt
gelezen in plaats van „electriciteitsverbruik": „stroom
verbruik" en in plaats van de woorden „is de Directie niet
bevoegd den toevoer van den stroom": „is de Directie, ook
al zijn nog gelden van vóór de faillietverklaring verschuldigd,
niet bevoegd den stroomtoevoer".
In de tweede zinsnede van het tegenwoordige derde lid
van artikel 12 wordt in plaats van de woorden „de curator"
gelezen: „degene, die zich aansprakelijk heeft gesteld".
Het laatste lid van artikel 12 vervalt.
Art. VII.
In artikel 13 wordt in plaats van „levering van stroom"
gelezen: „stroomlevering" en in plaats van de woorden
„ook al heeft geen verder verbruik plaats": „hetzij geen
verder verbruik plaats heeft, hetzij de nieuwe bewoner het
door den aangeslotene verlaten perceel reeds heeft betrokken."
Art. VIII.
Na het eerste lid van artikel 14 wordt ingevoegd een nieuw
tweede lid, luidende als volgt: