171 de school gel d regel ing voor de Rijkskweekscholen en krachtens welke voor iederen leerling van de afdeelingen A of B een bedrag van 50.per jaar verschuldigd is. Gelijk E bekend is, is thans, naar gelang van het inkomen, voor de af deeling A een schoolgeld verschuldigd van ƒ16.ƒ60.— per jaar en bedraagt het schoolgeld voor den hoofdakte-cursus thans maximaal 36.per jaar. Uit de ontwerp-schoolgeldverordening zal U blijken, dat het schoolgeld voor de verschillende cursussen naar onze meening vrij belangrijk kan worden verhoogd. De tot nu toe verschuldigde bedragen, voor de lessen in een der talen of in wiskunde, in spraakvorming en zang en in handwerken, respectievelijk 12.ƒ3.— en ƒ6.welke voor hen, die in het bezit van de akte als onderwijzer(es) en aan eene school werkzaam zijn, slechts voor 7s verschuldigd zijn zijn o. i. veel te laag. Het komt ons voor, dat er geen enkel bezwaar tegen kan bestaan om de evengenoemde bedragen te verhoogen tot respectievelijk 25.20.en 15.en dat er geen voldoende aanleiding bestaat om voor de reeds in betrekking zijnde onderwijzers(essen) reductie op die be dragen te verleenen. De hierbij behoorende ontwerp-verordening op de invor dering van het schoolgeld behoeft o. i. geen padere toe lichting. Resumeerende geven wij U in overweging I. over te gaan tot vaststelling van de navolgende ver ordeningen VERORDENING, voor de Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen te Leiden en voor de aan die Kweekschool verbonden cursussen. Artikel 1. De inrichting van en het onderwijs aan de gemeentelijke kweekschool geschiedt met inachtneming van de regelen, ten aanzien van de door het Rijk gesubsidieerde kweek scholen vervat in de artikelen 210 en volgende der Lager- onderwijswet 1920, in de op die artikelen steunende alge- meene maatregelen van bestuur en ministerieele beschikkin gen, alsmede met inachtneming van de bepalingen dezer verordening. Art. 2. De leiding van het onderwijs aan de school en aan de daaraan verbonden cursussen en het bestuur der school en der cursussen zijn opgedragen aan een directeur, tevens belast met het onderwijs hem door Burgemeester en Wet houders opgedragen. Art. 3. 1. De directeur wordt benoemd door den Gemeenteraad uit eene voordracht van ten minste twee personen, opgemaakt door Burgemeester en Wethouders. 2. De overige leeraren worden benoemd door den Gemeen teraad uit eene voordracht opgemaakt door Burgemeester en Wethouders, na overleg met den directeur, wiens schrif telijk advies bij de voordracht wordt gevoegd. 3. De directeur en de overige leeraren worden ontslagen door den Gemeenteraad. Zij zijn verplicht tegen het einde van den cursus, waarin zij den vijf en zestig jarigen leeftijd bereikt hebben, eervol ontslag aan te vragen; evenwel kun nen zij telkens voor een jaar herbenoemd worden tot het einde van den cursus, waarin zij den zeventigjarigen leeftijd bereikt hebben. Art. 4. 1. Buiten toestemming van den leeraar kunnen hem niet meer dan 30 lesuren per week worden opgedragen. .2. Aan de leeraren kan door Burgemeester en Wethou ders worden opgedragen les te geven aan de cursussen in de vakken, waarvoor zij de bevoegdheid bezitten. Art. 5. 1. Burgemeester en Wethouders wijzen den leeraar aan, die bij afwezigheid of ontstentenis van den directeur, dezen vervangt. 2. Bij afwezigheid of ontstentenis van een leeraar nemen de overigen, volgens aanwijzing van den directeur, de lessen waar. Art. 6. 1. De leeraren der kweekschool gedragen zich, als zoodanig, naar de voorschriften van den directeur, behoudens beroep op Burgemeester en Wethouders. 2. Zij zijn verplicht, ook buiten de lesuren, den directeur in het toezicht op de leerlingen behulpzaam te zijn. Art. 7. Zijn de leeraren door ziekte verhinderd hunne lessen te geven, dan berichten zij dit tijdig aan den directeur. Art. 8. 1. Verlof tot afwezigheid aan den directeur of een leeraar kan voor ten hoogste 14 dagen door Burgemeester en Wet houders, voor langeren tijd door den Gemeenteraad worden verleend. 2. De directeur kan aan een leeraar een verlof voor ten hoogste 4 dagen verleenen. Art. 9. De leeraren mogen zonder toestemming van Burgemeester en Wethouders geen bezoldigde betrekking aan andere dan gemeente-instellingen in Leiden aannemen. Art. 10. 1. De directeur belegt vergaderingen van de leeraren, zoo dikwijls hij dit noodig acht of dit door ten minste drie hunner gewenscht wordt. 2. Bene vergadering van directeur en leeraren benoemt voor elk schooljaar een der leden tot secretaris. Art. 11. Jaarlijks in de maand Januari zendt de directeur een verslag van den toestand van het onderwijs gedurende het afgeloopen jaar aan Burgemeester en Wethouders en doet een afschrift van het verslag toekomen aan den betrokken Hoofdinspecteur en Inspecteur van het lager onderwijs. Art. 12. Het schooljaar vangt aan op 1 September. Art. 13. 1. De vacantiën zijn: a. eene, welke loopt van Zaterdag (na afloop van den schooltijd) vóór Goeden Vrijdag tot den tweeden Dinsdag na Paschen; b. de Hemelvaartsdag; c. eene, welke loopt van Vrijdag (na afloop van den namiddag-schooltijd vóór Pinksteren tot den eersten Woens dag na Pinksteren; d. eene, welke loopt van den laatsten Zaterdag (na afloop van den schooltijd) vóór 19 Juli tot den achtsten Dinsdag na den aanvang der vacantie; e. de 3de October of de dag waarop Leidens ontzet wordt gevierd eene, welke omvat den Zaterdag voorafgaande aan de week, waarin de 1ste November valt en den daarop vol genden Maandag en Dinsdag; g. de namiddag van den 5den December; h. eene, welke loopt van Zaterdag (na afloop van den schooltijd) vóór Kerstmis tot den derden Dinsdag na den aanvang der vacantie. 2. Andere vacantiën mogen niet gegeven worden dan met toestemming van den Burgemeester. Art. 14. De Kweekschool bestaat uit twee afdeelingen: de eerste afdeeling, A, is bestemd voor hen, die de akte van bekwaam heid als onderwijzer of onderwijzeres wenschen te verkrijgen de tweede afdeeling, B, voor hen, die in het bezit van ge noemde akte, de akte van bekwaamheid als hoofdonder wijzer wenschen te verwerven. Art. 15. De leertijd der afdeeling A duurt vier jaren, die der afdee ling B twee jaren. Art. 16. 1. Aan de kweekschool kunnen verbonden zijn cursussen tot opleiding voor bijzondere akten of diploma's voortalen en andere vakken en verder in vakken, die afgescheiden van de studie tot het verkrijgen der kennis, voor eenig examen vereischt voor de(n) onderwijzer(es) van be lang zijn. 2. Deze cursussen zijn bestemd voor hen (haar), die de akte als onderwijzer(es) bezitten. Met goedkeuring van Burge meester en Wethouders kunnen echter ook personen, die niet in het bezit dier akte zijn, tot de cursussen worden toegelaten. Art. 17. 1. Het onderwijs aan de afdeeling A omvat de volgende vakken: lezen, schrijven, rekenen, Nederlandsche taal, vader- landsche geschiedenis (gemeente-, provinciale- en staatsin-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1924 | | pagina 3