122 MAANDAG 16 JUNI 1924. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt tot toelating besloten. Aangezien de heer Zuidema in het gebouw aanwezig is, stelt de Voorzitter voor onmiddellijk tot diens beëediging en installatie over te gaan* Daartoe wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten. De heer Zuidema, door den Secretaris binnengeleid, legt in handen van den Voorzitter de bij de wet voorgeschreven eeden af. De Voorzitter wenscht den heer Zuidema geluk met zijn benoeming en verzoekt hem, den voor hem bestemden zetel in te nemen. De Voorzitter dankt de leden der Commissie van Onder zoek voor de genomen moeite en deelt mede dat is inge komen een mededeeling van het overlijden van den heer W. Pera, in leven lid van den Gemeenteraad. De Voorzitter zegt ongeveer het volgende: «Het is nu binnen korten tijd, dat den nieuwen Raad ten tweeden male een slag treft, eerst door het verscheiden van Mevrouw de StoppelaarZeeman, nu door het overlijden van den heer W. Pera. «Dinsdag voor een week brachten wij hem naar zijn laatste rustplaats en mocht ik bij de geopende groeve herdenken, wat uw medelid ten bate van Leiden en haar inwoners ver richt heeft, zoowel als Raadslid, als Wethouder en in andere hoedanigheden. »Toch past het mij in deze eerste Raadsvergadering na zijn overlijden nog met enkele woorden den heer Pera te herdenken en ons diep leedwezen te betuigen over zijn nog vrij plotseling heengaan. De heer Pera was op één na de nestor van onzen Raad. Ruim 30 jaar, met twee korte onderbrekingen, maakte hij deel van dit College uit. Steeds ijverig en vol toewijding heeft hij tot het laatst toe het Raadslidmaatschap waarge nomen. Op 28 April was hij nog in ons midden en alhoewel hij toen een paar weken van ongesteldheid achter zich had en er niet te best uitzag, nam hij levendig deel aan de beraadslagingen en weerde zich ouder gewoonte dapper. »Van vele commissies maakte hij deel uit en zat die voor. Speciaal stelde hij belang in »Endegeest", in het werk der barmhartigheid. Zijn werkzaamheid ten behoeve der gemeente bereikte het hoogtepunt, toen hij Wethouder was, hetgeen hij vier jaar is geweest. «Steeds was hij ijverig en nooit was hem iets te veel.Zijn vast vertrouwen, dat hij op zijn post was geplaatst door Hooger Gezag en dat hij dien moest waarnemen, deed hem nooit aarzelen een betrekking te aanvaarden en die nimmer licht te tellen. Daarbij had hij het wegens mijn ziekte dubbel zwaar. «Zijn plichtsgevoel en zijn opgeruimdheid hebben mij tijdens mijn ziekte tot grooten troost gestrekt en ik zal hem daarvoor altijd dankbaar blijven. «In den heer Pera verliest de Raad een man, die lange jaren in Leiden een rol heeft gespeeld. »Hij was iemand van muurvaste beginselen, die voor die beginselen streed met volharding. Vooral in't begin als eenling had hij een zware taak. »Zijn vast vertrouwen in die. beginselen steunde hem, doch maakte tevens, dat hij uit den aard der zaak partijman was. Maar hij was een partijman van de goede soort. Partijdig oordeel over personen had hij niet. «Hij apprecieerde zijn tegenstanders en achtte velen hunner hoog. «Uitwendig scheen hij mogelijk wat ingekeerd en hoekig, innerlijk was hij een gulhartig man. Wij verliezen in hem een trouw en ijverig lid, een oprecht en standvastig man, vroom van gemoed, wien als liefhebbende vader, na zijn familieleden, de gemeente Leiden en haar ingezetenen zijn grootste liefde hadden. «Zijn nagedachtenis zal zeker bij U en bij mij in hooge eere blijven". De Voorzitter deelt verder mede, dat zijn ingekomen: 1°. Missive van Gedep. Staten ten geleide van de goedr gekeurde verordening tot wijziging van die, houdende reglement op het beheer en bestuur van de gestichten «Endegeest", «Voorgeest" en «Rhijngeest". 2°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed gekeurde raadsbesluiten: tot verhuring van eenige perceelen teelland in de Waard aan W. Bink en N. Binktot verhuring van een perceel teelland aan den Warmonderweg aan P. J. Molenkamp Jr.; tot verhuring van het westelijk deel van het perceel teelland nabij de nieuwe zweminrichting aan de Zijl aan, F. Wervelman; tot verhuring van de noordelijke helft van dat perceel aan P. Glasbergen; tot verhuring van eenige peiceelen teelland ten Zuiden van den Zoeterwoudschen Singel aan P. Glasbergen; tot verhuring van een perceel weiland aldaar aan N. C. Üverdevest; tot overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van een gedeelte van de Pieter de la Courtstraat; tot overneming in eigendom en onderhoud bij de gemeente van eenige gedeelten gedempte sloot met aangrenzende stukjes grond aan den Hoogen Morschweg en het voor straataanleg bestemde perceel aan den Hoogen Rijndijk Sectie O No. 1081; tot het berusten in de door de Excess Insurance Limited tegen de gemeente ingestelde rechtsvordering. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°: Verzoek van de Gemeente-Commissie voor het Ned. Hervormd Kerkgenootschap om verhooging van de subsidie in de kosten van restauratie der Pieterskerk tot 2000. 's jaars. Wordt gesteld in handen van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 2°. Verzoek van het Schoolbestuur van den Nederlandschen Roomsch-Katholieken Politiebond «Sint Michaël", om toeken ning van een subsidie voor 1925 en volgende jaren. Zal worden behandeld bij de begrooting voor 1925. 3°. Adres van de afdeeling Leiden van de Nederlandsche Maat schappij voor Tuinbouw en Plantkunde, in zake de verwijdering van een 2-tal treurwilgen in het van der Werfpark. 4®. Adhaesiebetuiging aan dat adres van het Bestuur der 3-Octobervereeniging. 5°. Verzoek van de Vereeniging tot Bevordering van het Vreemdelingenverkeer te Leiden en Omstreken om wijziging te brengen in de uren van bediening der bruggen op Zon- en Feestdagen, en adhaesiebetuiging van de Koninklijke Zeil- Roei- en Motorsportvereeniging «de Kaag". 6°. Verzoek van P. van Ulden, vroeger pachter van het baggerwerk, om terugbetaling van de door hem betaalde helft der kosten van inrichting van een baggerterrein aan de Zijl, ad f 2314.49|. Worden gesteld in handen van Burgemeester en Wet houders om praeadvies. 7°. Verzoek van de Leidsche afdeeling der Vereeniging voor Christelijke Gezondheids- en Vacantiekoloniën in Nederland, om toekenning van een subsidie voor 1925. 8°. Idem alsvoren van de Leidsche Vereeniging voor Kinder- herstellings- en Vacantiekolonies, afdeeling van het Centraal Genootschap voor Kinderherstellings- en Vacantiekolonies. 9°. Idem alsvoren van de Vereeniging: Herstellingsoord «De Leidsche Buitenschool". Zullen worden behandeld bij de begrooting voor 1925. 10°. Rekening, dienst 1923, en begrooting, dienst 1925, van het Burgerlijk Armbestuur. Worden gesteld in handen van de Commissie van Financiën. 11°. Amendement van den heer Baart op het voorstel in zake het verhaal van bijdragen voor weduwen- en weezenpensioen van Gemeenteambtenaren. Zal worden behandeld bij punt 27 der agenda. 12°. Amendement van den heer Baart op het voorstel in zake den arbeidsduur van de werklieden en de ambtenaren in dienst der gemeente Leiden. 130. Idem alsvoren van den heer Heemskerk. 14°. Verzoek van den Algemeenen Nederlandschen Straat- makersbond en aanverwante vakken, om den werktijd van de straatmakers niet te verlengen, doch te behouden op een maximum van 8 uur per dag en 45 uur per week. Zullen worden behandeld bij punt 26 der agenda. 15°. Voorstel van den heer van Stralen, om een bedrag van 16.000.beschikbaar te stellen voor de verbetering

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1924 | | pagina 2