GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 97 INfiEKOHES STUKKEN. K°. 167. Leiden, 12 Juni 1924. Wij hebben de eer U mede te deelen, dat verhooging van de navolgende posten der gemeentebegrooting voor 1923, hetzij wegens te lage raming, hetzij tengevolge van bijzondere omstandigheden, met de daarachter vermelde bedragen noodig is. Voorts zullen in verband met door Uwe Vergadering genomen besluiten eenige nieuwe posten aan die begrooting moeten worden toegevoegd. De te verhoogen of toe te voegen posten nu zijn: Volgn. 90. Schrijfloonen389.10 De uitgaven op dit artikel bedragen over 1923 6889.10 en overtreffen derhalve de beschikbaar gestelde som van 6500.met 389.10. De raming van dit artikel is gedurende de laatste jaren steeds te laag gebleken, in het bijzonder tengevolge van het hoe langer hoe meer doen typen van stukken die vroeger ge drukt werden; op de begrooting voor 1924 is dan ook een bedrag van 8500.dat is 2000.meer dan voor 1923, uitgetrokken. Volgn. 91. Schrijf- en bureaubehoeften, brief - porten, vrachtloonen en andere Icleine uitgaven 743.436 Het vele gebruik, dat, ter besparing van drukwerkkosten, gedurende 1923 is gemaakt van het vermenigvuldigingssysteem met behulp van de Edison-Dick-Memeograph heeft eene be langrijke stijging der uitgaven voor stencils, cyclostylepapier, inkt enz. tengevolge gehad. Voorts vereischte de noodig gebleken aanschaf fing van eene papier-snijmachine voor de type kamer eene niet-voorziene uitgaaf van ƒ175. In verband met een en ander zullen de totaal uitgaven op dit artikel ƒ4243.43® bedragen, zoo dat aanvulling van de beschikbaar gestelde som van 3500.met 743.43® noodig is. De uitgaven op den post „Druk- en bindwerk" zullen evenwel ruim 3000.beneden de raming van 18000.blijven. Volgn. 96. Kosten van het abonnement op het Staatsblad, het Provinciaalblad en de dag-, weeh of maandbladen en den aanhoop van boehen 18.95 De uitgaven op dit artikel zullen bedragen 1018.95; zij waren geraamd op 1000. Volgn. 110. Overige hosten van den Burgerlijhen Stand346.62 Het opmaken der tienjaarlijksche tafels op de registers van den Burgerlijken Stand 1914/1923, ingevolge Kon. Besluit van 15 Mei 1863, Stbl. ÏTo. 60, vereischte eene buitengewone uitgaaf van 350. Tengevolge van een klein overschot op de „gewone" kosten van den Burgerlijken Stand kan met eene verhooging van 346.62 worden volstaan. Volgn. 113. Kosten van toezicht op en van invordering van de plaatselijke belastingen. b. Verdere hosten op de invordering vallende 6521.13 De uitgaven op dit uit verschillende onderdeelen bestaande artikel zullen over 1923 31578.13 bedragen, zoodat aanvulling van de in totaal beschikbaar gestelde som van 25057.met 6521.13 noodig is. De oorzaken, die tot deze overschrijding hebben geleid, zijn de navolgende: Tengevolge van het overlijden van den vorigen ontvanger dezer gemeente en de langdurige ziekte en het daarop gevolgde overlijden van den heer van der Togt, in leven ambtenaar ten kantore van den gemeente-ontvanger, moest, teneinde zoo goed mogelijk in den geregelden dienst te voorzien, gedurende den tijd, dat de hierdoor ontstane vacatures nog niet waren vervuld, tot in dienstneming van eenige tijdelijke werkkrachten worden overgegaan. Uit dien hoofde alsmede door te lage raming, zooals ook reeds ten vorige jare gebleken was, werd dit onderdeel met 2697.41 overschreden 't onderdeel „Jaarwedden" (volgn. 113a) leverde evenwel een overschot op van 4630.12, waarvan 2000.voor rekening van het bureau van den ontvanger is te stellen. Voorts kon ook met de voor de kosten van de afdeeling „Controle" beschikbaar gestelde som niet worden volstaan. De in 1922 aangevangen inrichting van de administratie voor de heffing en invordering der schoolgelden is in 1923 voltooid. Aangezien dit werk, evenals het opmaken der schoolgeldkohieren over 1923/24 voor openbaar en bijzonder lager onderwijs en voor middelbaar en hooger onder wijs in hoofdzaak door tijdelijke werkkrachten is geschied, waarvoor geene gelden op de begrooting waren uitgetrokken, is aanvulling met 3330.16® noodzakelijk. Tenslotte bedroegen de arbeidsloonen van de gemeentewerklieden, ter assistentie op de boter-, kaas- en veemarkten 6126.18®, d. i. 942.18® meer dan de geraamde som van 5184.Deze kosten zijn gedurende de laatste jaren altijd te laag geraamd; op de begrooting voor 1925 zal hiermede rekening worden gehouden. In verband met het bovenstaande zou dus eene verhooging van den post met 2697.41-j-/3330.16®-f 942.18® ƒ6969.76 noodig zijn. Tengevolge even wel van eenige overschotten op andere onder deelen van dit artikel kan met. eene verhooging van 6521.13 worden volstaan. Volgn. 114. Teruggave van belasting 12644.03® De restitutiën van de plaatselijke directe be lasting (navordering) dienst 1920/1921, ten ge volge van ingediende reclames, die van zakelijke belasting op het bedrijf, vergunningsrecht en schoolgelden zullen ƒ32644.03® bedragen. De geraamde som 20000.dient derhalve met 12644.03® te worden verhoogd. Volgn. 115. Uitheering aan het Kijh pan het aandeel in de Icwade posten, wegens de directe belastingen (zie art. 263 der Gemeentewet alsmede de wet van 16 Juni 1915 Stbl. No. 267) 3021.56 Het aandeel in de kwade posten der Grond belasting, dienst 1920, en der Personeele belas ting, dienst 1920, door de gemeente aan het Bijk verschuldigd, bedraagt respectievelijk 1,72 en ƒ5519.84, of te zamen ƒ5521.56. De raming bedroeg 2500.zoodat aanvulling van den post met ƒ3021.56 noodig is. Volgn. 121. Bureaubehoeften239.83® De uitgaven op dit artikel zullen bedragen 2139.835zij waren geraamd op 1900. Onder de uitgaven is begrepen een bedrag van ƒ525.voor de aanschaffing van 150 exemplaren der verzameling van wetten, ten dienste van de politie, uitgegeven op last van het Departement van Justitie, waarvan in den loop van 1923 twee gedeelten verschenen. Volgn. 122. Kosten van de verstrekking van nachtverblijf, voeding of reisgeld aan doortrekkende behoeftige personen Deze kosten vereischten over 1923 eene uitgaaf van ƒ361.82®; zij waren geraamd op 250. Volgn. 123. Kosten van bewaring van gearres teerden De uitgaven op dit artikel bedragen 544.en overtreffen derhalve de raming van ƒ350.met 194.—. Van bovenstaand bedrag wordt van het Departement van Justitie 346.10 terug ontvangen. Volgn. 124. Overige uitgaven der politie 194.38 Onder de uitgaven van uiteenloopenden aard, welke op dit artikel worden geboekt, komen dit jaar eenige bijzondere uitgaven voor, o.a. voor het leeren chauffeeren aan politieagenten 105.voor de aanschaffing van de electrische inrichting voor een foto-apparaat met lantaarn en toebehooren (ƒ130.waardoor de beschik - baargestelde som niet toereikend is. De totaal-uitgaven bedragen ƒ1974.38; zij waren geraamd op ƒ1780. Volgn. 128. Onderhoud van brandweerkazernen en brandspuithuizen 268.51 Het onderhoud der auto-garage aan de Garen- markt en van de overige brandspuithuizeri, waarin begrepen de kosten van verlichting en verwar ming, vereischte over 1923 eene uitgaaf van ƒ1768.83; geraamd was ƒ1550. Voorts bedroegen de kosten van oprichting van een droogstelling voor brandslangen, waar voor een bedrag van 800.was beschikbaar gesteld, 849.68, nl. 744.68 voor het maken 111.82' 194.—

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1924 | | pagina 1