16
In verband met een en ander moet als nieuw artikel aan
de ontvangsten worden toegevoegd:
Volgn. 82og. Waarborgsommen gestort door be
sturen van bijzondere scholen72593.50
en aan de uitgaven:
Volgn. 361. Teruggaaf van hetgeen als waar
borgsom te veel is gestort door besturen van bijzon
dere scholen7475.
Besumeerende, moet de post „Geldleening" dus worden
verhoogd met 29827.815 -)-ƒ 7475.37302.81s en wor
den verlaagd met 41336.22s 72593.50 113929.72s,
zoodat ten slotte tot vermindering van dat artikel met
113929.72s 37302.81s 76626.91 kan worden be
sloten.
Wij geven U alsnu in overweging tot de voorgestelde
begrootingswijzigingen te besluiten door vaststelling van den
hierbij overgelegden begrootingsstaat, model C.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
17°. 25. Leiden, 12 Januari 1924.
Bij nevensgaand adres verzoekt de heer Dr. W. Th. M.
Weebers bestendiging in de betrekking van Stads-geneesheer.
Tegen inwilling van dat verzoek bestaat noch bij het
College van Stads-geneesheeren, noch bij ons College bezwaar.
Met het oog echter op het thans aanhangig onderzoek
naar de mogelijkheid van de invoering der vrije artsenkeuze,
achten wij het, met de Commissie voor den Geneeskundigen
Dienst en den Keuringsdienst van Waren, gewenscht de
benoeming slechts voor één jaar te doen plaats hebben.
Wij geven Uwe Vergadering derhalve in overweging om,
in afwijking van het bepaalde bij art. 2 der verordening
van 20 December 1900, betreffende het verleenen van koste-
looze genees- en heelkundige hulp aan onvermogenden, den
dienst der Stads-geneesheeren en den werkkring van het
College van Stads-geneesheeren te Leiden (Gemeenteblad No. 4),
den heer Dr. W. Th. M. Weebers, voor het tijdvak van 1
Januari 19241 Januari 1925, te bestendigen in de betrekking
van Stads-geneesheer.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Baad der Gemeente Leiden
De ondergeteekende, stads genees- en heelkundige heeft
door dezen de eer U te verzoeken hem in zijn betrekking
van stads genees- en heelkundige te willen bestendigen.
Hetwelk doende enz.
Dr. W. T. M. Weebers.
Leiden, 20 December 1923.
N°. 26. Leiden, 12 Januari 1924.
Aan de Centrale school voor het 7e leerjaar bestaat eene
vacature welke door een mannelijke leerkracht moet worden
vervuld.
Met den Schoolopziener van het lager onderwijs in deze
inspectie, wiens advies wij in de Leeskamer ter inzage
hebben gelegd, zijn wij van oordeel, dat in die vacature
kan worden voorzien door overplaatsing van den heer C. A.
Allers, thans onderwijzer aan de o. 1. school aan de Medusa
straat A.
Onder mededeeling, dat belanghebbende geen bezwaar
tegen deze overplaatsing heeft en het hoofd der school er
zich mede kan vereenigen, geven wij U in overweging den
heer C. A. Allers voornoemd, met ingang van 1 Februari
a. s., over te plaatsen naar de Centrale school voor het
7e leerjaar.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 27. Leiden, 12 Januari 1924.
Tengevolge van de invoering van een kaartstelsel voor de
bevolkingsboekhouding der gemeente (Baadsbesluit van 24
September 1923, Ingek. Stukken No. 287) worden de werk
zaamheden aan het bureau van den Burgerlijken Stand en
de Bevolking zoodanig gewijzigd, dat het in stand houden
der wijkbureau's (verordening van 25 October 1888, Gem.Blad
No. 7) geen zin meer heeft.
Mitsdien stellen wij U voor de tweede afdeeling van be
doelde „Verordening van 25 October 1888 (Gem.Blad No. 7)
op de verdeeling der gemeente Leiden in Buurten en Wijken
en tot instelling van de betrekking van Buurt-Commissaris,"
gelijk die verordening nader gewijzigd is, in te trekken.
De eerste afdeeling der verordening kan voorloopig nog niet
worden ingetrokken met het oog op de verwijzing naar die
afdeeling in de verordening van 26 April 1920 (Gem.Blad
No. 16), regelende de verdeeling der gemeente Leiden in
stemdistricten.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 28. Leiden, 12 Januari 1924.
Het Bestuur van de afdeeling Leiden der vereeniging
voor Christelijke Gezondheids- en Vacantiekoloniën in
Nederland vraagt bij het hierachter afgedrukt adres, om
in het genot te worden gesteld van een subsidie ad 50 cents
per dag en per kind, voor elk te Leiden woonachtig kind,
dat door de afdeeling in een der Gezondheidskolonien der
vereeniging wordt verpleegd en wel over de jaren 1923
en 1924.
Hoewel wij wel vrijheid kunnen vinden om Uwe Ver
gadering te adviseeren aan deze afdeeling, evenals aan die
van het Centraal Genootschap voor Kinderherstellings- en
Vacantiekolonies, de gevraagde subsidie te verleenen, achten
wij geen termen aanwezig om die subsidie reeds in 1923
te doen ingaan.
Immers, deze jonge afdeeling is eerst in April 1923 opge
richt en zond in dat jaar slechts 6 kinderen uit. Bovendien
kwam haar verzoek eerst op 19 October in; een tijdstip
waarop het jaar 1923 vrijwel ten einde liep.
Het betrekkelijk geringe bedrag van 60.50, dat de
afdeeling bij inwilliging van haar verzoek, over 1923 van
de gemeente zou ontvangen, zal zij o. i. zelf moeten betalen.
Ten aanzien van het maximum der aan de afdeeling te
verleenen subsidie, meenen wij dat, overeenkomstig het
voorstel der Commissie voor den Geneeskundigen Dienst en
den Keuringsdienst van Waren, een bedrag van 150.
vooralsnog voldoende kan worden geacht.
De afdeeling zond toch, zooals gezegd, in 1923 6 kinderen
uit met een aantal verpleegdagen van 121; het laat zich
aanzien dat dit aantal in 1924 niet dat van 300 zal over
schrijden.
Aangezien wij met de Commissie voor den Geneeskundigen
Dienst van meening zijn, dat de gemeente toezicht moet
houden op de door de afdeeling uit te zenden kinderen,
achten ook wij overleg daaromtrent met den Directeur van
dien dienst geboden. Daartoe een der Schoolartsen in het
Bestuur der afdeeling te doen zitting nemen, komt ons
echter overbodig voor.
Wij geven Uwe Vergadering alsnu in overweging:
a. afwijzend te beschikken op het verzoek der afdeeling
Leiden van de Vereeniging voor Christelijke Gezondheids-
en Vacantiekolonien in Nederland, om toekenning van een
subsidie in de kosten van uitzending van kinderen naar een
Gezondheidskolonie, voorzooveel betreft het jaar 1923;
b. aan genoemde afdeeling voor het jaar 1924 een sub
sidie van 50 cents per dag en per kind toe te kennen, tot
een maximum van 150.voor elk door haar naar een
Gezondheidskolonie der vereeniging uitgezonden en aldaar
verpleegd, te Leiden woonachtig kind, onder voorwaarde,
dat omtrent de uitzending der kinderen overleg gepleegd
wordt met den Directeur van den Gemeentelijken Genees
kundigen Dienst.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Baad der Gemeente Leiden.
Geven met verschuldigden eerbied te kennen, onderge-
teekenden, vormende het dagelijksch bestuur van de afdee
ling Leiden der Vereeniging voor Christelijke Gezondheids
en Vacantie koloniën in Nederland, ten dezen domicilie
kiezende ten huize van de derde ondergeteekende,
dat zij volgens bijgaande lijst, geheel voor eigen rekening
in 1923 6 kinderen, die volgens medischfe verklaring een
verblijf in de buitenlucht dringend behoefden, eenige weken
naar de daartoe bestemde koloniehuizen zond, en nog een of
twee kinderen ter winterverpleging zenden zal,
dat zij volgens bijgaanden staat van finantiën in 1923
een tekort heSt van 108,99,