MAANDAG 17 DECEMBER 1923.
263
een werkverschaffing van vrij grooten omvang zou worden
verkregen. Toen de rioleeringsplannen aan de orde waren,
is bekend geworden, dat een plan bestaat om een verbindings
kanaal te maken tusschen den Maresingel en de Slaagh, een
werk, dat zich uitstekend voor werkverschaffing leent en
waartegen niemand bezwaar kan maken. Zoo zijn er meer werken.
Het voorstel, dat spreker opnieuw heeft ingediend, omdat
de werkloosheid zoo groot is, wacht reeds lang op praeadvies
en dit beduidt wel, dat de groote beteekenis van werkver
schaffing niet wordt beseft. De heer van Eek heeft daarvoor
verontschuldigingen aangevoerd en spreker voegt er deze bij,
dat de arbeiders tegenwoordig bijzonder weinig pressie in
deze uitoefenen. Van een werkelijke actie van werkloozen is
weinig te bespeuren en spreker maakt zich dus geen illusie's
op dit punt.
De begrooting vertoont overigens volgens spreker groote
armzaligheid op elk gebied. De begrooting staat namelijk in
het teeken van bezuiniging, ook ten aanzien van zaken, waarbij
van bezuiniging geen sprake zou mogen zijn, bijvoorbeeld ten
aanzien van het onderwijs, waarbij het zevende leerjaar
facultatief gesteld zal worden en de standenscholen weer langs
een omweg zijn ingevoerd. Nochtans is het onderwijs juist
een der punten ten aanzien waarvan bezuiniging zou zijn
te verkrijgen. Door de tegenwoordige schoolwet wordt de
macht tot den bouw van scholen in handen gegeven van
clubjes, waardoor de uitgaven te veel worden opgevoerd.
Overigens heeft spreker met groote waardeering gelezen het
verslag van het schoolhoofd aan een der scholen in de
Duivenbodestraat, dat uitspreekt, dat de resultaten van het
onderwijs geheel onevenredig zijn aan de moeite, welke daaraan
wordt besteed en dat er naar nieuwe wegen moet worden
gezocht. Spreker achtte het van belang op dit verslag te
wijzen. Hij meent, dat er voor verbetering van het onderwijs
nog veel is te doen.
Spreker wil nu iets zeggen over bezuiniging op de loonen
van het gemeentepersoneel.
Al is er niet gesproken over bezuiniging op de loonen van
het gemeentepersoneel of over voorstellen, welke te dien
aanzien zouden zijn te verwachten, toch moet dat personeel
zich niet in slaap laten wiegen, want nu Amsterdam een
slecht voorbeeld heeft gegeven, ziet spreker het ook hier met
groote zekerheid komen. Het ware beter, dat op dit gebied
meer open kaart werd gespeeld, opdat de arbeiders tijdig
zouden zijn gewaarschuwd. Zij zullen zich er eventueel met
kracht tegen moeten te weer stellen.
Spreker zal niet veel meer zeggen. Waar de heer van Eek
zoo veel bezwaren tegen deze begrooting heeft doen hooren,
hoopt spreker, dat de heer van Eek ditmaal, in tegenstelling
met vorige jaren, vierkant tegen zal stemmen.
Thans iets over de financiën in het algemeen. De financiën
van de gemeente zien er zeer dreigend uit en zullen dat
wel blijven doen. Spreker is het absoluut oneens met den
heer van Eek, dat men in dezen te doen heeft met een van
de telkens in het kapitalisme terugkeerende crisisperioden.
Dit is niet een van de gewone crisissen, waarvan Marx heeft
gesproken, maar een van de catastrophen, die het einde van
het kapitalisme aankondigen, een van de stuiptrekkingen,
waarin het kapitalisme zal sterven en waarin het in Rusland
reeds den dood heeft gevonden. Die stuiptrekkingen zullen
zich herhalen en er tusschenin zal eenige verlichting komen.
Spreker meent, dat men het laagste punt in deze stuip
trekking zeer nabij is, omdat de buitengewone concurrentie
van Duitschland waarschijnlijk blijvend is uitgeschakeld en
er voor enkele bedrijven in Nederland weer eenige opluchting
is te verwachten, in afwachting van een nieuwe catastrophe.
De toestand is wel zorgwekkend, maar niet zoo, dat daardoor
allerlei maatregelen van bezuiniging zouden worden gerecht
vaardigd. Men zegt, dat men het kapitalisme niet sterk kan
aanpakken zonder het economisch leven geheel tot staan
te brengen, en daarin ligt een zekere mate van juistheid,
waaraan spreker en de zijnen, die een ander economisch
leven willen, zich niet storen.
In dit verband wil spreker echter even wijzen op landen
als Frankrijk, waar door de sterke daling der valuta de
binnenlandsche schuld zulk een verlaging heeft ondergaan,
dat dit neerkomt op een ontzaglijke heffing van het kapitaal,
en waar niettemin het economische bedrijfsleven ongestoord
zijn gang gaat en veel minder werkloosheid heerscht dan
hier. Als men hier van sterke aantasting van het kapitaal
spreekt als iets onmogelijks, acht spreker dat zeer overdreven.
Spreker zegt ten slotte, dat, als de arbeiders, waarmede hij
niet alleen die der S. D. A. P. maar ook de Christelijke bedoelt,
niet weten te komen tot een gezamenlijke massa-actie en
daardoor hun macht stellen tegenover het kapitaal, het kapitaal
de arbeiders steeds meer naar beneden zal drukken en men
de meest ellendige tijden te gemoet zal gaan.
De Voorzitter schorst vervolgens de vergadering tot des
avonds 81/* uur.
Voortzetting van de geschorste openbare vergadering óp
Maandag 17 December 1923 des avonds te 8} unr.
Thans is alleen de heer Dubbeldeman afwezig.
Voortgezet worden de algemeene beschouwingen over de
begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor
den dienst 1924.
De heer Witmans begint met een woord van dank te
brengen aan de hoofdambtenaren, die den rapporteurs in de
afdeelingen ter zijde hebben gestaan, en ook aan den heer
Mr. Schotman, die spreker bij het samenstellen van het
eindrapport behulpzaam is geweest.
Spreker legt er den nadruk op, dat, wat de samenstelling
van den nieuwen Raad betreft, de uitslag van de stembus
onmiskenbaar deze is geweest, dat de democratische begin
selen zeer sterk naar voren zijn gekomen, omdat drie per
sonen, die deze beginselen aanhangen, meer in den Raad zijn
gekomen, een sociaal-democraat, mevrouw Dietrich en spreker.
Spreker betreurt het, dat die uitslag niet tot uiting is geko
men in het Dagelijksch Bestuur. Het gaat bij spreker niet
om de personen, die in het college zitten, maar om de be
ginselen, welke zijn gehuldigd, en dan meent hij, dat uiteen
democratisch oogpunt gezien, de samenstelling van het Dage
lijksch Bestuur een andere had behooren te zijn. In dit ver
band maakt hij er den sociaal-democraten een ernstige grief
van, dat zij, terwijl zij toch zulk een sterke fractie vormen,
ten opzichte van het bestuur der gemeente in het geheel
geen verantwoordelijkheid willen dragen, al weet hij wel, dat
een deel dier partij ten dezen een afwijkende meening is
toegedaan.
Spreker komt thans tot de gemaakte opmerking, als zou
de democratische partij bij den laatsten stembusstrijd niet
fair zijn opgetreden. De gevoerde propaganda kan zijns inziens
wel degelijk door den beugel. De geplaatste advertentie's
klopten volkomen op hetgeen de tegenpartij, de Vrijheids
bond en de vrijzinnig-democraten, heeft gedaan om spreker
en de zijnen te bestrijden. In verkiezings- en andere blaadjes
heeft men tegenover sprekers partij geen blad voor den
mond genomen, het spreekt van zelf, dat daarop spoedig werd
gereageerd, ook door middel van advertentie's, welke soms
wel wat vreemd schenen, maar toch inderdaad een terugslag
waren op de bestrijding der tegenpartij.
Wat de belastingen betreft, zal de democratische partij
trachten voor de minst- en minderbedeelden in de samen
leving een mildere belastingheffing te krijgen.
Zij staat te dien opzichte geheel aan de zijde van de
sociaal-democraten. Zij wenscht den kleinen man zooveel
mogelijk te ontlasten. Ieder voorstel in die richting zal door
spreker worden gesteund, bijvoorbeeld ook het voorstel van
den heer van Eek betreffende verlaging van den gasprijs.
Dat spreker noch tot rechts noch tot links behoort, ligt in
den aard van zijn partijprogram, waarin de tegenwoordige
scheidingslijn tusschen rechts en links wordt ontkend. Spre
ker erkent alleen democratie tegenover conservatisme. Spreker
zal even goed een voorstel kunnen steunen van rechts als
van den heer van Eek, als hij het er maar mede eens is.
De democratische partij is te Leiden opgericht als protest
tegen den Vrijheidsbond en zij heeft het er noch te Leiden
noch elders bij de verkiezingen slecht afgebracht. De demo
cratische partij eischt daarom ook op een behoorlijk plaatsje
onder de politieke zon.
De heer Wilmer wil er, na de critiek, die op het beleid
van Burgemeester en Wethouders is uitgeoefend, zijn vol
doening over uitspreken, dat hij in de begrooting kan ont
dekken een ernstig streven naar de zoo noodige bezuiniging,
hoewel dat nog niet insluit, dat het resultaat wordt bereikt,
dat bereikt worden kan en moet. Spreker heeft reeds het
vorige jaar opgemerkt, dat de verschillende takken van dienst
vereenvoudigd zullen moeten worden, al moet men daarvoor
eenigszins de volmaakte functionneering opofferen. Spreker
is in de gelegenheid geweest in het afgeloopen jaar op prac-
tische wijze te demonstreeren wat hij in deze bedoelt. De
Commissie voor de Bank van Leening toch heeft er toe mede
gewerkt om een der bijbanken op te heffen. Ongetwijfeld
was de vroegere toestand gemakkelijker voor de menschen,
waarvan een deel nu verder moet loopen, maar zij kunnen
van de instelling gebruik blijven maken; het algemeen belang
wordt door de instelling dus nog voldoende gediend, terwijl
er bezuinigd is. Dit is een voorbeeld van wat spreker met
vereenvoudiging bedoelt.
Niet alleen zal bezuinigd kunnen worden door de takken
van dienst afzonderlijk te vereenvoudigen, maar ook door
samenvoeging van verschillende gemeentelijke instellingen.
Met instemming heeft spreker in het Yoorloopig Verslag
de opmerking gelezen, door een lid der S. D. A. P. in sprekers
afdeeling gemaakt, dat het gewenscht zou zijn den Armen-