148 Tegenover de sub 120 vermelde posten ten bedrage van 408386.31 kunnen de gewone ontvangsten van 1923 worden verhoogd met: 1°. een nog van het Bijk te ontvangen ge deelte van de subsidie over 1922 in de kosten van het Gymnasium 2°. de nog van het Bijk te ontvangen bijdrage in de betaling der verschuldigde annuïteiten van aan eenige woningbouwvereenigingen toe gekende voorschotten 3°. de nog van eenige gemeenten te ontvangen uitkeering in de aan schoolbesturen te betalen vergoeding, bedoeld in art. 205 der Lager Onder wijswet 1920 4°. de nog van eenige woningbouwvereeni gingen terug te ontvangen annuïteiten van toegekende bouwvoorschotten 5°. de nog van het Bijk terug te ontvangen bedragen wegens gedane uitkeering aan bijzon dere scholen, ingevolge art. 100 der Lager Onderwijswet, van 24537.46 over 1920 en van 23864.10s over 1921, te zamen. 6°. de nog te ontvangen bijdragen in de kosten van demping en rioleering van een sloot achter de Bijndijkstraat (Oostzijde) 7°. de nog te ontvangen bijdragen in de kosten van verbetering van de Schelpenkade 8°. de nog te ontvangen bijdragen in de kosten van het in orde brengen van de Pretoriusstraat en de de la Beystraat 8003.— 73084.92 3300.— 219787.19 48401.568 7381.50 1563.— 2000.— Uit het bovenstaande blijkt, dat de nog te doene uitgaven, het dienstjaar 1922 betreffende, de nog te ontvangen gelden over dat dienstjaar met 408386.31—363521.175=/44865.138 over treffen. Teneinde te voorkomen, dat dit bedrag het dienstjaar 1923 zal drukken, stellen wij U voor ten behoeve van dat dienstjaar te be schikken over een gedeelte van het batig saldo der gewone ontvangsten en uitgaven van den dienst 1922 tot een bedrag van 363521.178 44865.138 408386.31 Tegenover de posten ten bedrage van 3,626609,11, welke ten laste van de bui ten- gewone uitgaven van 1923 komen, kunnen de buitengewone ontvangsten van dat jaar worden verhoogd met 1°. de van het Bijk te ontvangen premiën ingevolge Koninklijk Besluit vali 8 November 1920 No. 29 voor den bouw van arbeiders- en bescheiden middenstandswoningen door par ticulieren of vereenigingen 2°. de te ontvangen voorschotten uit'sBijks- kas ingevolge Koninklijk Besluit van 8 Novem ber 1920 No. 29, teneinde de gemeente in staat te stellen, voorschotten tot een gelijk bedrag, onder le hypotheek te verleenen aan particulieren of vereenigingen voor den bouw van arbeiders- en bescheiden middenstands woningen 3°. het nog te ontvangen voorschot uit 's Bijks kas teneinde de gemeente in staat te stellen tot het uitkeeren van een gelijk bedrag aan de woningbouwvereeniging de „Eendracht" voor den bouw van een'124-tal arbeiderswoningen en den aankoop van den daarvoor benoo- digden grond aan den Lagen Bijndijk 4°. het nog te ontvangen voorschot uit 's Bijks kas ten einde de gemeente in staat te stellen tot het uitkeeren van een gelijk bedrag aan de woningbouwvereeniging „de Goede Woning" voor den bouw van 156 enkele woningen, 5 winkelhuizen, 1 werkplaats met bovenwoning, 1 badhuis met 2 bovenwoningen, 1 pakhuis en den aankoop van den daarvoor benoodigden grond benoorden den Maresingel (bouwplan II) 5°. het nog te ontvangen voorschot uit 's Bijks kas teneinde de gemeente in staat te stellen tot het uitkeeren van een gelijk bedrag aan de woningbouwvereeniging „Eensgezindheid" voor den bouw van 114 woningen en den aan koop van den daarvoor benoodigden grond beoosten den Zijlsingel (bouwplan II) 6°. de van de woningbouwvereeniging „Eens- 140920.- 530540.- Transport gezindheid" terug te ontvangen kosten van rioleerings- en bestratingswerken op een terrein beoosten den Zijlsingel (bouwplan II) 7°. het nog te ontvangen voorschot uit 's Bijks kas teneinde de gemeente in staat te stellen tot het uitkeeren van een gelijk bedrag aan de woningbouwvereeniging „Tuinstadwijk" voor den bouw van 208 woningen en den aankoop van den daarvoor benoodigden grond aan de Heerenstraat (bouwplan I) 8°. de nog van de woningbouwvereeniging „Tuinstadwijk" terug te ontvangen kosten van rioleeringswerken op een terrein aan de Heerenstraat (bouwplan I) 9°. de van de woningbouwvereeniging „Ons Doel" terug te ontvangen kosten van riolee rings- en bestratingswerken op een terrein nabij den Hoogen Bijndijk en ten Oosten van de Bijndijkstraat (bouwplan I) 10°. de van de woningbouwvereeniging „De Goede Woning" terug te ontvangen kosten van rioleerings- en bestratingswerken op een terrein benoorden den Maresingel (bouwplan II) 11°. het nog te ontvangen voorschot uit 's Bijks kas ten einde de gemeente in staat te stellen tot het uitkeeren van een gelijk bedrag aan de woningbouwvereeniging „Eens gezindheid" voor den bouw van 36 woningen en den aankoop van den daarvoor benoodig den grond benoorden den Lagen Bijndijk (bouwplan III) 12°. de van de woningbouwvereeniging „Eens gezindheid" terug te ontvangen kosten van rioleerings- en bestratingswerken ten behoeve van haar 3e bouwplan op een terrein benoorden den Lagen Bijndijk3 13°. het nog te ontvangen voorschot uit 's Bijks kas ten einde de gemeente in staat te stellen tot het uitkeeren van een gelijk bedrag aan de woningbouwvereeniging „Ons Doel" voor den bouw van 50 woningen en den aankoop van den daarvoor benoodigden grond nabij den Hoogen Bijndijk en ten oosten van de Bijndijkstraat 14°. het van de Stedelijke Fabrieken van Gas- en Electriciteit terug te ontvangen ge deelte van de kosten van verbetering van de Looierbrug, de Oostdwarsbrug en de Greinbrug en van verdere daarmede in verband staande werken Tezamen ƒ1153442.008. Voor zoover deze ontvangsten niet voldoende zijn om de onder „buitengewoon" over te brengen uitgaven (ƒ3626609.11) te dekken, zal de post „Geld- leening ter voorziening in de kosten van buitengewone werken" moeten worden verhoogd. Zooals reeds meermalen bij het overbrengen van posten op de volgende begrooting is uit eengezet, is eene dergelijke verhooging van den post „geldleening" slechts eene adminis tratieve begrootingsregeling. Deze verhooging bedraagt 705111.26 4350.698 3902.188 18352,01 11397.068 280354.838 105982.838 3097.85 10370.62 Transporteeren 705111.26 6863.495 6737.24s 18573.17 12000.- 2473167.10s 3626609.11 Blijkens het bovenstaande moet bij de beoordeeling van de eindcijfers der rekening over 1922 worden in acht ge nomen, dat het voordeelig te,saldo der gewone middelen ten bedrage van 940386.22 moet worden verhoogd met 363521.17 s voor bij het sluiten van den dienst 1922 nog te ontvangen gelden, doch daarentegen met 408386.31 moet worden verlaagd, in verband met onbetaald gebleven vorderingen. Hieruit volgt, dat de gewone dienst van 1922 een voordeelig exploitatiesaldo van 1.303907.39s (ƒ940386.22 -f 363521.178408386.31 f 895521.088heeft opge leverd. Zooals U echter bekend is werd bij raadsbesluit van 16 Juli j.l (Ingek. Stukken No. 214) reeds over een bedrag van 100.000.van het batig saldo van den gewonen dienst 1922 beschikt ter bestrijding van de uitgaven der Commissie voor Steunverleening. Vervolgens moet ingevolge raadsbesluit van 14 Mei 1923 (Ingek. Stukken No. 153) van dat saldo een bedrag van 190979.51 worden gereserveerd teneinde, ingeval de z.g. nooduitkeering, bij de begrooting voor 1923 geraamd op 190979,51, niet mocht worden ontvangen, te kunnen die nen tot dekking van deze mindere ontvangst. Aangezien het voorts zeer waarschijnlijk is, dat de thans voor het Burgerlijk Armbestuur en de Commissie voor

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1923 | | pagina 4