50 MAANDAG 12 MAART 1923. 10°. Verzoek van de afdeeling Leiden van de Nederlandsche Vereeniging tot Bescherming van Dieren, in zake wijziging der verordening op de Straatpolitie. Aangezien dit verzoek te laat is ingekomen, wordt de beslissing omtrent de wijze van behandeling tot de volgende vergadering aangehouden. Aan de orde is alsnu: I. Benoeming van een tijdelijk Wethouder. (Zie Ing. St. No. 76.) De Voorzitter verzoekt den heeren Oostdam, Dubbeldeman, Eerdmans en Schoneveld het stembureau uit te maken. Wordt benoemd met 16 stemmen de heer J. F. X. Sanders de heeren van Hamel en Wilmer verkregen ieder 1 stem, terwijl 2 biljetten in blanco waren en 1 biljet van onwaarde was. De heer Sanders verklaart de benoeming aan te nemen. 11. Benoeming van een lid van het Bestuur der vereeniging »de Ambachtsschool". (Zie Ing. St. no. 75.) Wordt benoemd met 16 stemmen de heer P. Otto;deheer J. H. Heus verkreeg 3 stemmen, terwijl 2 biljetten in blanco waren. (De heer Knuttel was inmiddels ter vergadering gekomen, terwijl de heer Wilmer deze tijdens deze stemming tijdelijk had verlaten.) De Voorzitter dankt de leden van het stembureau voor de genomen moeite. III. Praeadvies op het verzoek van Dr. P. A. Driessen, om eervol ontslag als lid der Commissie voor het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (Zie Ing. St. No. 87.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. IV. Praeadvies op het verzoek van Dr. H. J. Taverne, om ontheffing van het geven van lessen in de Natuurkunde en de Natuurlijke Historie aan de afdeeling A der Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen. (Zie Ing. St. No. 88.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. V. Voorstel tot verhuring van de bovenwoning aan de Ga- renmarkt No. 6u, aan G. P. E. Weyer. (Zie Ing. St. No. 79.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VI. Voorstel tot verhuring van het perceel Langegracht No. 226, aan J. van Polanen. (Zie Ing. St. No. 80.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. VII. Voorstel: a. tot overname in eigendom en onderhoud bij de gemeente van de Bloemstraat, de Vinkstraat, de Gisettestraat c.a. en een gedeelte van de Nanniestraat, Sectie K No. 1472 en Sectie O nis 841 ged. en 784 ged.; b. tot beschikbaarstelling van gelden voor de verbetering van de Bloemstraat en de Gisettestraat c.a. (Zie Ing. St. No. 81.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Piekaar vraagt, waarom ook niet tevens de Bloem straat direct wordt doorgetrokken naar de Formosastraat, waarop reeds met den aanbouw van deze straat gerekend is en wat voor de bewoners zeer geriefelijk zou zijn. De Maria Gonda-straat wordt nu niet van deze maatschappij overgenomen, ofschoon de drie straten, welke Burgemeester en Wethouders voorstellen over te nemen, daaraan direct grenzen. Spreker zou erop willen aandringen, dat ook de Maria Gonda- straat worde overgenomen door de gemeente. De Voorzitter zegt, dat de heer Piekaar nu met iets komt wat met het voorstel van Burgemeester en Wethouders niets te maken heelt, wat niet aan de orde is. l)e heer Piekaar doet opmerken, dat men met het door trekken van de Bloemstraat naar de Formosastraat een volledige oplossing krijgt. De Voorzitter zegt, dat dit betreft een ander stuk van de straat, dat waarschijnlijk aan een ander behoort. Hetgeen de heer Piekaar aanvoert willen Burgemeester en Wethouders gaarne overwegen, maar met hetgeen deze maatschappij de gemeente heeft aangeboden, heeft het niets te maken. De beraadslaging wordt gesloten waarna zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten wordt. VIII. Voorstel om Burgemeester en Wethouders te mach tigen tot H. M. de Koningin het verzoek te richten, het maxi mum aantal patiënten, dat in de beide paviljoens voor vrouwelijke en mannelijke jeugdige idioten van het krank zinnigengesticht »Endegeest" mag worden verpleegd, tijdelijk te vermeerderen met 10. (Zie Ing. St. No. 82.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. IX. Voorstel om den termijn van ontruiming der onbewoon baar verklaarde perceelen W;ernershof Nis. 1, 2, 3, 4f, 6, 7, 9, 10, 11 en 13, Ferdinand Wernerspoort Nis. 1, 3 en 4, Willem Frederikspoort Nis. 1, 2, 4, 5, 6 en 7 en Paradijs steeg No. 58, wederom met zes maanden te verlengen. (Zie Ing. St. No. 83). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. X. Voorstel tot vaststelling van een plan tot gedeeltelijke herziening van het uitbreidingsplan der gemeente beoosten den Rijnsburger weg en benoorden de Poel wetering en tot vaststelling van de rooilijnen. (Zie Ing. St. No. 84.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XI. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ten behoeve van de terugbetaling van de door de Maatschappij tot Exploi tatie van Tramwegen betaalde schadeloosstellingen en kosten, in verband met de onteigening van de perceelen Hoogewoerd 7 en Hoogewoerd 3. (Zie Ing. St. No. 78.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XII. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de verandering van de brandalarmeerinrichting. (Zie Ing. St. No. 85.) De beraadslaging wordt geopend. De heer Eerdmans zegt indertijd bij de bespreking van de inrichting van den brandpost in den Raad nog al de meening te hebben hooren uiten, dat het gewenscht zou zijn in de toekomst den brandweerpost te verbinden met de politie. Nu komt straks aan de orde de bouw van een nieuw politiebureau, waarin spreker een bewijs ziet, dat in de toekomst van de verwezenlijking van dat denkbeeld niets zal komen. Het voorstel, dat thans aan de orde is, is een stap om dien brandweerpost zelfstandig te maken en spreker betreurt het doen van stappen, welke de vereenvoudiging, bestaande in het onderbrengen van de brandweer bij de politie, kunnen tegenhouden. Ondanks den aandrang van den Minister is het misschien wel mogelijk voor het maken van een alarmeer- inrichting nog eenigen tijd uitstel te krijgen, als in uitzicht wordt gesteld, dat binnen niet te langen tijd de bestaande toestand zal worden gewijzigd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1923 | | pagina 2