MAANDAG 17 JULI 1922. 327 De heer van Eck. M. d, V. Ik wil volstaan met te ver klaren, dat wij, sociaal-democraten, in het algemeen zijn tegen verkoop van gemeentegrond en als zoodanig ook tegen dit voorstel, al zullen wij geen stemming vragen. De beraadslaging wordt gesloten en zonder hoofdelijke stemming overeenkomstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten. XV. Praeadvies op het verzoek van den heer R. Flu e. a. om over te gaan tot rooiing van de boomen aan de huizen kant van den Witten Singel tusschen de beide ingangen van de Groenhovenstraat. (Zie Ing. St. No. 191). De beraadslaging wordt geopend. De heer van Hamel. M. d. V. Ik kan#mij niet. vereenigen met het afwijzend praeadvies van Burgemeester en Wet houders. Ik zou geneigd zijn het verzoek in te willigen en ik zal dus tegen het praeadvies stemmen. Ik vind er niets geen bezwaar in om aan dezen wensch van adressanten te voldoen. Integendeel, ik geloof, dat men een beteren toestand daar zal krijgen door aan het verzoek van adressanten gevolg te geven. Over smaken valt moeilijk te twisten. Er zijn menschen, die meenen, dat het anders is; er zijn menschen, die het vandalisme noemenhoewel ik het vandalisme er niet van inzie als aan den eenen kant daar de boomenrij verdwijnt. Allerlei menschen klagen daarover in adressen en in couran ten; er ontbreekt alleen nog maar aan dat de heer Polak uit het Gooi er bij te pas komt en een adres stuurt aan de Regeering met het verzoek een kapverbod op den Witten Singel te leggen Dat zijn van die overdreven voorstellingen, welke men zich daarvan maakt. Het is bewezen o. a. aan den Morschsingel, welke een groote verbetering men krijgt als men die boomen opruimt De Voorzitter. Mag ik den heer van Hamel doen opmerken, dat aan dén Morschsingel de hekken van de vóórtuintjes der huizen tevens zijn achteruitgebracht? Maar dat wil men hier niet. Als het praeaIvies verworpen wordt, dan is daarmede nog niet het verzoek ingewilligd. Er moet dan nog een meer omlijnd voorstel komen, waarbij een regeling getroffen wordt betreffende het achteruitbrengen van de hekken der vóór tuintjes, zooals ook op den Morschsingel geschied is. De bewoners van den Morschsingel hebben indertijd op hun kosten de hekjes van hunne vóórtuintjes doen achteruitbrengen en een gedeelte van die tuintjes afgestaan voor de verbreeding van den weg; maar dat wenschen de bewoners van den Witten Singel niet te doen. Nu vraagt de heer van Hamel: is er dan verband tusschen het kappen van de boomen en het verplaatsen van de hekjes? Ja, zeker, anders krijgt men daar geen goeden toestand. Wij hebben te kennen gegeven aan de bewoners daar: als ge wilt afstaan de stukjes van uw voortuintjes, welke aan de gemeente behooren, zoodat de hekjes achteruit kunnen worden geplaatst, gelijk ook aan den Morschsingel geschied is, dan willen wij aan uwen wensch tegemoet komen en aan den Raad een voorstel tot rooiing der boomen doenliefst zouden wij zien, dat ge ook de tuintjes, voor zoover ze uw eigendom zijn, aan de gemeente wildet overdragen, dan zal men een zeer ruimen verkeersweg krijgen. Adressanten hebben daarop echter geantwoord: neen, dan liever de oude toestand; de een gaf als reden op, dat dan de menschen langs zijn ramen zouden loopen, de ander, dat hij kosten zou moeten maken, enzoovoort; ze hielden dan maar liever de boomen, maar dan wat opgesnoeid. Zoo is de toestand en ik kan alleen zeggen, dat Burge meester en Wethouders verwachten, dat, als zij na de ver werping van dit praeadvies komen met een voorstel om de hekjes achteruit, te zetten en dus de bewoners daar op kosten te jagen, de Raad dat voorstel zal aannemen, tenzij uit den Raad zelf een voorstel komt om in het geheel niets anders te doen dan die boomen te rooien. De heer van Hamei.. Adressanten hebben gevraagd om de boomen te rooien en dat verzoek wil ik inwilligen. De Voorzitter. Dient u dan schriftelijk een voorstel in om die boomen te rooien. De heer Eerdmans. M. d. V. Ik wensch het denkbeeld van den heer van Hamel te steunen. De Voorzitter. Mijn denkbeeld. De heer Eerdmans. Welnu, dan wensch ik het denkbeeld, dat u zoo elegant hebt voorgedragen, te steunen. Het zal u bekend zijn, dat sinds enkele jaren door mij er de aandacht op gevestigd is, dat het met onze singels deze richting uit moest. Gij hebt volkomen gelijk, als gij zegt, dat gij door die hekjes achteruit te zetten een heele groote verandering zoudt aanbrengen, welke nog veel wenschelijker is dan die, welke bestaat in het omhakken van die boomen, maar ik begrijp, dat de bewoners door het samenkoppelen van het rooien der boomen met het aantasten van hun terrein kopschuw zijn geworden en thans, omdat zij anders in moeilijkheden komen, een toestand willen bestendigen, welke niet in overeenstem ming is met hetgeen zij zeiven aanvankelijk gewild hebben. De heer de Lange. M. d. V. Vergun mij de opmerking, dat het mij voorkomt, dat er een klein misverstand bestaat. Burgemeester en Wethouders stellen voor op het verzoek van den heer Flu e. a., om over te gaan tot rooiing van de boomen aan den huizenkant van den Witten Singel tusschen de beide Groenhovenstraten, niet in te gaan. Wordt dat voor stel verworpen, dan gaat men op het verzoek wel in en worden de boomen tusschen de twee Groenhovenstraten wel gerooid. De Voorzitter. Dat zou zoo zijn, indien in deze stukken niet ook nog andere zaken werden behandeld. Zooals de discussie thans geloopen is, zou men een onzuivere stemming krijgen, indien wij op grond van de verwerping van het praeadvies van Burgemeester en Wethouders tot inwilliging van het verzoek zouden besluiten, want met de verwerping van ons praeadvies zou niet tevens uitgesproken worden, dat, zoo al niet de meerderheid, dan toch vele Raadsleden, er niet de voorkeur aan geven, dat wij aan den Witten Singel een toestand maken gelijk aan dien aan den Morschsingel. Die beide zaken sluiten elkander niet uit en nu vraag ik toch, welke moeilijkheid er in gelegen is voor te stellen om, in geval van verwerping van het praeadvies van Burgemeester en Wethouders, over te gaan tot rooiing der boomen zonder meer. Wij krijgen dan een niet voor tweeërlei uitlegging vatbaar besluit. Als iemand in gewone gevallen een verzoek doet en Burgemeester en Wethouders daarop een praeadvies geven, strekkende om dat verzoek niet in te willigen, dan is, als dat praeadvies wordt verworpen, het verzoek toegestaan, maar dat is hier het geval niet. Men zou in dit geval uit de verwerping van het praeadvies dus tot een verkeerde con clusie komen. Verschillende leden zijn er voor de boomen te verwijderen, maar dan moeten wij zorgen, dat wij een beteren toestand krijgen. Bij verwerping van het praeadvies van Burgemeester en Wethouders zou er niets gedaan worden en daarom is het beter, dat er een voorstel komt vanuit den Raad, opdat de zaak ineens en onomwonden beslist wordt. De heer Oostdam. M. d. V. Ik zou de bezwaren van deze bewoners tegen die boomen niet zoo hoog willen aanslaan. Nu blijkt, dat het hun eenige moeite en kosten zal veroor zaken, zien zij in eens van hunne bezwaren af. Zij willen wel gaarne hebben, dat die boomen gerooid worden als de ge meente alle kosten op zich neemt, maar zoodra ze er een klein beetje in gemoeid worden, zeggen zijneen, laat die boomen maar staan, zóó hinderlijk zijn ze eigenlijk gezegd niet. Ik zal dus voor het praeadvies van Burgemeester en Wet houders stemmen. De Voorzitter. Ik heb van de heeren Eerdmans en van Hamel het volgend voorstel ontvangen: »De ondergeteekenden stellen voor de boomenrij aan den huizenkant tusschen de beide ingangen van de Groenhoven- straat te rooien". Het voorstel van de heeren Eerdmans en van Hamel wordt voldoende ondersteund en maakt mitsdien een onderwerp van beraadslaging uit. De Voorzitter. Dit voorstel kan behandeld worden als een amendement op het praeadvies van Burgemeester en Wet houders. De heer Sanders. M. d. V. Ik moet mij verklaren tegen het voorstel van den heer Eerdmans. Ik gevoel wel iets voor het rooien van die boomenj maar niet zonder dat tevens die tuintjes worden weggenomen, want anders zouden wij daar een gevaarlijken toestand verkrijgen. Door het rooien van die boomen zal de singel niet zooveel verbreed worden. Er is daar een vrij uitgebreid auto-verkeer, nu kunnen de voetgangers, als er gevaar is vanwege de auto's, achter de boomen gaan, maar die toevlucht vervalt als de boomen gerooid worden. Met het oog daarop zal ik stemmen tegen het voorstel van den heer Eerdmans, hoewel ik ben voor het rooien van de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1922 | | pagina 5