MAANDAG
15 MEI 1922.
241
Vóór stemmenmevrouw DubbeldemanTrago, de heeren
Wilbrink, Oostdam, A. Eikerbout, van Stralen, Piekaar,
F. Eikerbout, Schoneveld, Groeneveld, Wilmer, Splinter,
Huurman, Stijnman, Knuttel, van Eek, Dubbeldeman, Meijnen,
Bisschop, Sanders, Eerdmans, de Lange en Kuivenhoven.
Tegen stemmende heeren Mulder, Bots, mevrouw van
Itallievan Embden, de heeren Sijtsma, Heemkerk, Pera en
de Voorzitter.
Derhalve is besloten het vermenigvuldigingscijfer voor het
belastingjaar 1922/1923 vast te stellen op 1.
De Voorzitter. Wij zijn thans gereed gekomen met de
gedrukte agenda.
Ik geef thans het woord aan den heer van Stralen, die
eenige vragen tot Burgemeester en Wethouders wenscht te
richten.
De heer Van Stralen. M. d. V. Ik wensch den Baad verlof
te vragen om tot Burgemeester en Wethouders de volgende
vragen te mogen richten
1. Is het Burgemeester en Wethouders bekend, dat de
Bouwvereeniging »De Goede Woning" een beduidend aantal
40) nieuw gebouwde woningen, welke voor bewoning
gereed staan, niet verhuurt, maar deze laat leegstaan?
2. Kunnen Burgemeester en Wethouders ook meedeelen of
het juist is, dat deze Bouwvereeniging de gereedgekomen
huizen als regel slechts verhuurt aan Katholieke gezinnen en
dat zij, zoo er geen voldoende gegadigden van die gezindte
zich aanmelden, zeer spaarzaam is om deze aan anders
denkenden te verhuren?
3. Zijn Burgemeester en Wethouders niet van meening,
dat, gezien de groote behoefte aan woningen, de klaargekomen
huizen direct dienen te worden verhuurd, indien daarvoor
gegadigden zijn, ook al behooren deze niet tot de Katholieke
kerk
4. Zoo Burgemeester en Wethouders zulks van meening
zijn, achten zij dan het laten leegstaan van deze woningen,
die betrokken kunnen worden, niet strijdig met de belangen
der volkshuisvesting, ook uit financieel oogpunt? Immers door
het renteverlies, veroorzaakt door het niet direct verhuren,
moeten de huren, die toch al veel te hoog zijn, nog meer
stijgen.
5. Willen Burgemeester en Wethouders toezeggen, dat zij
bij het bestuur van »De Goede Woning" zullen aandringen
op het onmiddellijk verhuren van klaargekomen woningen
De Voorzitter. Ik stel den Raad voor den heer van Stralen
toe te staan deze vragen tot Burgemeester en Wethouders
te richten.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt overeen
komstig het voorstel van den Voorzitter besloten.
De Voorzitter. Burgemeester en Wethouders zullen in een
volgende vergadering op deze vragen antwoorden.
Verlangt thans nog iemand iets in het belang van de gemeente
in het midden te brengen
De heer van Eck. M. d. V. Ik heb in de vorige vergadering
bet voorstel ingediend om den gasprijs met 2 cent per M3
te verlagen.
Het is mij bekend, dat reeds op Vrijdag 5 Mei de Commissie
voor de Lichtfabrieken haar praeadvies heeft vastgesteld. Ik
wil nu Burgemeester en Wethouders vragen, of zij kunnen
toezeggen, dat mijn voorstel zoo spoedig aanhangig wordt
gemaakt, dat het ook, indien de Raad het aanneemt, met de
opneming over Mei in toepassing gebracht zal kunnen worden.
Als de behandeling lang wordt uitgesteld, is dat een onmoge
lijkheid.
De Voorzitter. Ik kan den heer van Eck toezeggen, dat
zijn voorstel tijdig in den Raad in behandeling zal komen.
De heer Groeneveld. Ik wil een vraag stellen met betrek
king tot het schoolgeldkohier.
Sinds 1 Januari j.l. hebben eenige duizenden ouders geen
schoolgeld betaald. Zij zullen dat natuurlijk alsnog te betalen
hebben, maar het zal voor velen moeilijk vallen, omdat het
bedrag van het schoolgeld onderwijl zoo opgeloopen is
Ik zou gaarne vernemen hoe het daarmede gesteld is.
De Voorzitter. In het begin van de vergadering heb ik
de mededeeling gedaan, dat de desbetreffende verordening is
goedgekeurd. Vóórdat die verordening goedgekeurd was, kon
den wij natuurlijk de kohieren niet klaar maken. Wij zijner
nu druk mede bezig, maar eerder konden wij er niet aan
beginnen.
De heer Piekaar. M. d. V. Ik zou gaarne willen vragen,
hoe het op dit oogenblik gesteld is met de quaestie van het
naleven der voorwaarden, welke gesteld worden door Burge
meester en Wethouders bij het uitbesteden van gemeente
werken, waarin onder andere toch bepaald wordt, dat het werk
door ingezetenen van Leiden moet gedaan worden.
Het blijk nu onder meer bij het werk aan de school
op het Schuttersveld, dat het timmerwerk buiten de stad
wordt uitgevoerd. Dat wordt te Groningen gemaakt.
Ten opzichte van »Tuinstadwijk" is onlangs een zelfde zaak
ter sprake gebracht en toen werd gezegd, dat dat werk hier
ter stede niet gedaan kon worden. Ik zou zeggenhet kan
hier wel. De aannemer stagneert met het werk, alleen om
het buiten de stad te kunnen laten doen.
De heer Oostdam zegt: maar als het goedkooper is? Daar
mede hebben wij niets te maken. De voorwaarde is, dat het
werk te Leiden gedaan moet worden.
Ik sta niet op het standpunt, dat alles te Leiden gemaakt
en uitgevoerd moet worden; maar als men het in andere
plaatsen zoo doet, dan moet het ook hier gebeuren.
Dat is het juist en er loopen op dit oogenblik een massa
timmerlieden zonder werk. Er staan er thans aan de Arbeids
beurs 17 aangegeven en die moeten thans gesteund worden.
Is dat zoo goedkoop?
De heer Bots. Die worden door de gemeente niet gesteund.
De heer Piekaar. Die werkloozenuitkeeringen moeten toch
opgebracht worden. In elk geval, waar bepaald is dat dat
werk in Leiden moet uitgevoerd worden, dient dat ook te
geschieden, anders kan men die bepaling wel schrappen.
De heer Mulder. M. d. V. Wij kunnen daarover nu wel
een heel lange discussie houden, maar ik geloof, dat het meer
afdoende zal zijn, ook in verband met andere dergelijke zaken,
als wij naar aanleiding van de vragen, welke tot ons gericht
zijn, de dingen eens serieus voor elkander halen en dan later
aan den Raad mededeeling doen hoe het zit en loopt.
De heer Wilbrink. M. d. V. Ik zou den betrokken Wet
houder willen verzoeken zijn aandacht eens te bepalen tot
de voorwaarden, welke gesteld worden voor den aanleg van
electrisch licht in de gemeente. Woont men in een van de
hoofdstraten, dan kan men zonder kosten van kabelaanleg
licht krijgen, maar woont men in een buitenwijk, dan moet
men den ganschen kabelaanleg betalen. Ik acht dat geen
goede regeling. Waar alle burgers in de lasten bijdragen en
waar door het samenwonen van vele burgers in één plaats
de gemeente in staat is een gemeentelijk electriciteitsbedrijf
op te richten, meen ik, dat de voorwaarden voor het ver
krijgen van een aansluiting aan het electrische net voor al
de burgers gelijk moeten zijn. Ik weet, dat er aan de Licht
fabrieken wel een beetje mede gescharreld wordt, dat men
eerst een prijsopgave krijgt en later nog een prijsopgave om
de zaak er door te krijgen. Het lijkt mij noodzakelijk, dat
de zaak zoo geregeld wordt, dat iedereen op dezelfde voor
waarden electrisch licht kan krijgen, niet zoo als het thans
is, dat men aansluiting kan krijgen zonder kosten, wanneer
een ander den geheelen kabelaanleg heeft moeten betalen.
Dat is geen gezonde toestand.
De Voorzitter. Het is gewenscht, dat gij concrete gevallen
aan den Wethouder opgeeft.
De heer Wilbrink. Het is een algemeene klacht. Ik heb
het persoonlijk ook ondervonden; eerst moest ik 80.
betalen, later ƒ36.en nu is het ƒ18.geworden. Aan
andere menscheri is hetzelfde overkomen.
De Voorzitter. Als u concrete gevallen aan den Wethouder
opgeeft, kan de zaak worden onderzocht. Er bestaat over het
onderwerp wat u noemt eene verordening, die natuurlijk moet
worden nageleefd.
De heer Heemskerk. M. d. V. In verband met de te ver
wachten vaststelling van het kohier van de schoolgelden voor
de lagere scholen zou ik willen vragen in hoeverre te ver
wachten is, dat uitvoering zal worden gegeven aan de indertijd
aangenomen motie betreffende afbetaling van het schoolgeld
per week. Doordat het zoo lang duurt, blijkt welke moeilijk
heden het oplevert om het schoolgeld niet per week te kunnen
betalen.
De Voorzitter. Wij zijn er mede bezig, maar het blijkt een
lastige kwestie te zijn.
De heer van Stralen. M. d. V. De heer Wilbrink heeft
veel de gewoonte om bij de rondvraag een vraag te stellen;
ook den vorigen keer heeft hij dat gedaan en nu verwondert