53
subsidie, komt, waar de kinderen in hoofdzaak toch uit
Leiden afkomstig zullen zijn en tot de on- of minver
mogenden stand zullen behooren, de gemeente ongetwijfeld
nog voor een belangrijke bijdrage te staan ter tegemoet
koming in de verplegingskosten, welke door de ouders of
verzorgers verschuldigd zijn, doch door dezen niet kunnen
worden betaald. De als gevolg van het herstellingsoord te
stichten school zal de gemeente verder voor eenè teruggave
van onderwijskosten aan Katwijk plaatsen, zonder dat de
kosten van het onderwijs te Leiden daardoor zullen worden
verminderd. Ongeacht deze laatste kosten, die uiteraard nog
geheel onbekend zijn, zullen voor de gemeente Leiden de
kosten, naar het oordeel der meerderheid, reeds thans zeker
het bedrag van 10000.per jaar beloopen, zonder eenige
wetenschap wat dit in de toekomst worden zal. Haars
inziens ligt het in het leven roepen en in stand houden van
inrichtingen als deze meer op den weg van particuliere
bemoeiingen. Of het hetzij hier terloops opgemerkt ook
wel raadzaam mag worden geacht voorbeschikte kinderen
als de hierbedoelde gedurende de wintermaanden heen en
weer naar Katwijk te laten reizen, meent zij bovendien te
mogen betwijfelen. De meerderheid adviseert U derhalve
op de subsidie-aanvrage der vereeniging afwijzend te be
schikken.
De minderheid van ons College, ofschoon erkennende dat
met dit subsidie-verzoek een niet onbelangrijk offer van de
gemeente wordt gevraagd en zich bewust, dat het nu
gevraagde bedrag in de toekomst niet voldoende zal
blijken, acht dit offer, gelet op het beoogde doel, niet te
hoog. Waar algemeen wordt erkend ook uit het over
gelegde advies van den Directeur van den Gemeentelijken
Geneeskundigen dienst moge dit blijken dat het voor
komen der gevreesde volksziekte het eerste en beste middel
is tot hare bestrijding, waar het particuliere initiatief zich
reeds zoo duidelijk heeft getoond, waar Kijk en Provincie
voorgaan met financieelen steun, daar kan en mag naar het
oordeel van de minderheid de gemeente niet achterwege
blijven. Het bedrag, dat nu reeds door de gemeente wordt
betaald voor de verpleging van door tuberculose aange
taste personen en dat meer en meer in de toekomst zal
blijken noodig te zijn, wordt door steun aan het met de
„buitenschool" ter hand genomen werk, ongetwijfeld ver
minderd. Wat hiermede in de toekomst wordt bespaard,
is natuurlijk moeilijk onder cijfers te brengen; maar bij
den algemeenen drang, om deze volksziekte te bestrijden
beter nog haar te voorkomen, zij het ook ten koste van
een belangrijk geldelijk offer, mogen financieele bezwaren
h. i. niet den doorslag geven. De minderheid van ons Col
lege meent het niet tot standkomen van deze nuttige
inrichting, hetgeen van het niet toestaan van de gevraagde
subsidiën het gevolg zal zijn, niet voor hare verantwoor
ding te kunnen nemen en adviseert derhalve in beginsel
te besluiten medewerking te verleenen aan de totstand
koming en in stand houding der „buitenschool". Omtrent
het bedrag der bijdragen en de voorwaarden waaronder die
zullen worden verleend, kan daarna eene beslissing worden
genomen.
Als College geven wij U echter in overweging te besluiten
de door de vereeniging „Herstellingsoord de Leidsche buiten
school" gevraagde subsidiën niet toe te staan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GKOEN ZOON.