2 MAANDAG 2 JANUARI 1922. 2°. Verzoek van Regenten van het Sint Jacobshof om ver gunning tot uitbreiding van dat hot' door bijtrekking van 6 huisjes, staande in de Ruime Concientiestraat. 3°. Verzoek van L. Uuys en J. H. M. Terbeek om eerst genoemde te vergunnen het huis staande aan de Rurgsteeg No. 2, en bewoond door Terbeek, van de gemeente te huren. 4°. Verzoek van Mejuffrouw H. H. de Wolft om haar een vaste aanstelling als gemeente-apotheker te verleenen, gerekend te zijn ingegaan 15 Juni 1911. Worden in handen gesteld van Rurgemeester en Wethouders om praeadvies. 5°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting. Worden in handen gesteld vari de Reclame-Commissie. 6®. Adres van den Leidschen Bestuurdersbond ten geleide van een motie, aangenomen op een vergadering van werk- loozen en inhoudende het verzoek om: 1°. ten spoedigste over te gaan tot het verschaffen van productief werk aan werkloozen, 2°. bijaldien de Regeering de voorgenomen verlaging van de uitkeeringen doorvoert, daarop van gemeentewege een bijslag te verleenen 3°. het voorstel inzake instelling van een gemeentelijke steuncommissie onverwijld in behandeling te nemen en aan te nemen. Zal worden behandeld bij de punten 8, 11 en 9. 7°. Verzoek van de Vereeniging: Herstellingsoord »de Leidsche Buitenschool" om toekenning van een subsidie voor eens en van eene jaarlijksche subsidie. 8°. Verzoek van Dr. J. M. Ruys om eervol ontslag als leeraar aan het Gymnasium en de Hoogere Burgerschool voor Jongens. Worden in handen gesteld van Burgemeester en Wethouders om praeadvies. 9°. Verzoek van de afdeeling Leiden van den Bond van Nederlandsche Onderwijzers om het voorstel tot niet-voort- zetting van de proef met de bioscooplessen aan te houden. Zal worden behandeld bij punt 18. 10°. Verzoek van W. van der Mey om het land aan de Zijl, Sectie N No. 177 voor 400.'sjaars te mogen huren. Dit verzoek luidt als volgt Aan de Gemeenteraad van Leiden. Ondergeteekende laadste Huurder van het land Weiland aan de Zeil Sectie N. No. 177 aan de Stinksloot verzoekt om ook in de gelegenheid gesteld te worden het land te huuren voor vijf jaar voor vier honderd gulden per jaar daar aan mij is voor gesteld het land voor drie jaar voor vierhonderd vijf en twintig gulden en niet voor vijt jaar kon huuren kon ik op die prijs niet ingaan en heb zelf voorgesteld het land te huuren voor vijf jaar. Beleefd verzoekt ondergeteekende dat de Gemeenteraad in overweging neemd dat ik het land drie jaar heb gehuurd voor 611 Gulden en daar twee jaar van veel te duur hebt gehad en om die reden wel rekende de eerste te zijn maar niet achter gesteld te worden. Hoogachtend W. v. d. Meij. Drie Octoberstraat No. 11a, Leiden. Zal worden behandeld bij punt 6. De Voorzitter deelt alsnog mede: dat aan den eervol ontslagen huismeester van de gestichten «Endegeest, Voorgeest en Rhijngeest" C. G. D. van der Klaauw, met ingang van 1 Januari 1922, een suppletie-pensioen is toegekend van ƒ315.zoolang het hem bij Koninklijk Besluit verleend pensioen bepaald blijft op 1350. Aan de orde is I. Benoeming van een tijdelijk leeraar in de wis-en natuur kunde aan het Gymnasium. (Zie Ing. St. No. 420.) De Voorzitter. Ik verzoek den'heeren Oostdam, Kuiven- hoven, Dubbeldeman en Wilbrink het stembureau te willen uitmaken. Wordt benoemd, zulks gerekend vanaf 5 December 1921 tot op 1 September 1922, met algemeene (22) stemmen de heer Dr. T. van Lohuyzen. II. Benoeiiiing van een lid der Commissie voor de Bewaar scholen. (Zie Ingek. St. No. 426). Wordt benoemd met 19 stemmen de heer M. van Wamelen; de heer A. Uittenbroek verkreeg 2 stemmen, terwijl 1 biljet in blanco was. lila. Benoeming van een lid-werknemer van het Bestuur der Gemeentelijke Arbeidsbeurs. (Zie Ing. St. No. 422.) Wordt benoemd tot lid-werk nemer met 20 stemmen de heer H. Smittenaar; de heer W. C. van der Blije verkreeg 2 stemmen, terwijl 1 biljet in blanco was. (De heer Sijtsma was inmiddels ter vergadering gekomen.) IIIb. Benoeming van een plaatsvervangend lid werknemer van dat bestuur. (Zie Ing. St. N<>. 422.) Wordt benoemd tot plaatsvervangend lid-werknemer met algemeene (23) stemmen de heer W. C. van der Blije. De Voorzitter. Ik dank de leden van het stembureau voor de genomen moeite. IV. Praeadvies op het verzoek van het Bouwkundig-Bureau Reyneveld en Wilms, om de 7 schuurtjes in de achtertuinen van de perceelen Cobetstraat, Sectie M nis 3933 tot en met 3939, van hout te mogen maken. (Zie Ing. St. No. 427.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming over eenkomstig het praeadvies van Burgemeester en Wethouders besloten. V. Rekening, dienst 1920, van de Vereeniging totBevorde-' ring van den Bouw van Werkmanswoningen. (Zie Ing. St. No. 421.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming tot goedkeuring dezer rekening besloten. VI. Voorstel tot verhuring van het perceel weiland gelegen aan de Zijl, Sectie N No. '177, aan A. J. Rodenburg. (Zie Ing. St. No. 423.) Hierbij komt tevens in behandeling het desbetreffend ver zoek van W. van der Mey. De beraadslaging wordt geopend. De heer Heemskerk. M. d. V. Op het laatste oogenblik is ingekomen een adres van den heer van der Meij, die dezen grond eerst in pacht heeft gehad. Het is voor de Raadsleden moeilijk uit dat ingekomen adres, dat even wordt voorgelezen, de zaak te beoordeelen, maar in ieder geval is zij in andere omstandigheden gekomen dan Burgemeester en Wethouders in het praeadvies aangeven. Ik zou dan ook gaarne nadere toelichling ontvangen hoe de zaak zich heeft toegedragen, want oppervlakkig beschouwd zou ik zoo zeggen, dat er iets vóór was de zaak aan te houden. De heer Wilbrink. M. d. V. Ik meen, dat de tegenwoordige huurder een weinig gedupeerd is geworden, omdat hij, als het noodig is, ook wel meer huur zou kunnen bieden. Hij heeft gevraagd het land voor vijf jaar te kunnen huren en daarop is afwijzend beschikt, maar de tegenwoordige gegadigde kan het wel voor vijf jaar huren. Wij mogen er wel eenigs- zins rekening mede houden, al kunnen wij er niet geheel op doorgaan, dat de tegenwoordige huurder schade heeft geleden in verband met de hooge pachtprijzen, die den laatsten tijd gezakt zijn, zoodat er wel aanleiding zou bestaan aan hem tegen dezelfde voorwaarden het land te verpachten. Er komt bij, dat bij de verhuring van een ander stuk land aan de Zijl, dat de heer de Graaff huurde, op dezelfde wijze is ge- gehandeld. Door den heer de Graaff' werd ƒ70.geboden, toen kwam er een, die 80.— bood en daarna deed zich een derde gegadigde op, die ƒ90.— bood voor het geval hij het land voor vijf jaar kon krijgen. Daardoor moest de heer de Graaff in plaats van 70.voortaan ƒ90.gaan betalen. Toen is dus rekening gehouden met de belangen van den vorigen huurder. Waar de heer van der Meij in dezelfde omstandigheden verkeert, mogen wij het adres niet zonder meer naast ons neerleggen. Ik zal echter afwachten wat de Wethouder zegt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1922 | | pagina 2