WOENSDAG 14 DECEMBER 1921. 549 zeer hoopte, dat het een permanent bedrijf zou worden. De heele opzet was ook gericht op een permanent bedrijf. U hebt er toen nog uitdrukkelijk op gewezen, dat. nu de arbeiders mooie huisjes krijgen, de huizen niet meer ingericht waren om er de wasch te doen en te drogen. Nu zegt de heer Pera dat er van winst geen sprake is, maar ik meen zeker te weten, dat dat wel degelijk het gevai is; het is misschien wel goed, dat nog eens na te gaan. De heer Pera zegt ook, dat het gebouw er was, maar er wordt toch huur voor betaald, 40Ü.meen ik. De heer Pera. Op het oogenblik van de begrooting! Mevrouw DubbeldemanTrago. Die huur heeft toch terug werkende kracht. Degeen, die mij dat gezegd heeft, kan het toch weten. De Voorzitter. Mevrouw Dubbeldeman heeft in zooverre gelijk, dat ik mij in dien geest heb uitgelaten, maar ik ben het College niet; ik heb alleen mijn eigen opinie weergegeven. Ik heb ook gesproken over twee soorten inrichtingen, die, waar de menschen zelf kunnen komen wasschen en die, waar voor de menschen gewasschen wordt. Het waschbureau is opgericht in den crisistijd en toen is het in mijn geest tot iets betrekkelijk bestendigs geworden. Maar nu geloof ik, dat eerst later er een aparte post voor moet komen, dat men namelijk moet wachten tot er een afgerond 'voorstel komt om die inlichting voor goed te bestendigen. Dan moet de Raad beslissen; nu kan het niet gebeuren. Nogmaals, ikzelf was altijd voor een permanente inrichting, maar als u het goed naleest, zult u zien, dat dat alleen mijn eigen opinie was. Voor zoover ik weet hebben Burgemeester en Wethouders nooit een permanente inrichting gewildzij hebben het slechts voorgesteld als crisismaatregel, die nu nog tijdelijk bestendigd is. De heer Eerdmans. M. d. V. Naar aanleiding van de discussie over dit onderwerp zou ik er de aandacht op willen vestigen, dat de omstandigheden, die verleden jaar bestonden, zich nog niet veel gewijzigd hebben en dat ik hoop, dat dit door het college ook in het oog mag gevat worden. Ik heb toen gezegd en het is nu nog niet veel anders dat zeer aanzienlijke winsten gemaakt werden door de parti culiere bleekers. Wanneer het prijsregelend optreden van gemeentewege daaraan iets zou kunnen doen, dan zou het niet slechts voor een deel maar voor de geheele burgerij een weldaad kunnen zijn, en misschien zou het ook leiden tot het bijbrengen van een beter inzicht, zooals een goed burger moet hebben, bij degenen, die bij het bleekersbedrijf be trokken zijn. Dus wanneer er eenige spoed gemaakt kan worden met de behandeling dezer stof, welke nu geruimen tijd heeft gerust, dan zou het in het belang der burgerij kunnen zijn. Ik spreek dit uit, opdat men niet zou meenen, als ik er niet op aandrong, dat mijne opvattingen in dezen zouden zijn veranderd. De Voorzitter. Ik acht een dergelijke inrichting in het belang van prijsregeling thans ook noodig. Nu is de moeilijkheid deze. Gesteld, dat de zaak in den Raad komt en er wordt dan besloten dat er een eind aan komt, wat dan? Regeeren is ook vooruitzien. Nu heeft men het bedrijf nog, maar als het weg is dan heeft men heelemaal niets meer. Ik weet eigenlijk niet, wat de heer Eerdmans wil. Wil hij het waschbedrijf ook voor goed houden De heer Eerdmans. M. d. V. Als de omstandigheden het noodig maken, dan wil ik het waschbedrijf wel voor goed houden. De Voorzitter. Dus eigenlijk wil de heer Eerdmans een tijdelijk bedrijf; als de omstandigheden het niet meer noodig maken, wil hij het opdoeken. De heer Eerdmans. M. d. V. Ik geloof, dat er voor dit bedrijf altijd een plaats zal zijn. De beraadslaging wordt gesloten en volgnr. 250 zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De volgnrs 251 tot en met 260 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Volgnr 261 wordt voorloopig aangehouden. De volgnrs 262 tot en met 267 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Aan de orde zijn thans de Ontvangsten. Beraadslaging over volgnr 1, luidende: y>Batig saldo der gewone ontvangsten en uitgaven der laatst vastgestelde rekening voor zoover daaraan niet reeds een bestemming is gegeven (4920)63087. De Voorzitter. Bij dit volgnummer komt tevens in behan deling het voorstel van den heer Knuttel, luidende: «Ondergeteekende stelt voor het batig saldo van den dienst 1920 te bestemmen tot een bouwfonds en in beginsel te be sluiten ook eventueele saldi van volgende jaren daarin te storten, met het doel het sluiten van leeningen zooveel moge lijk te beperken." Het voorstel van den heer Knuttel wordt voldoende onder steund en maakt mitsdien een onderwerp van beraadslaging uit. De heer Knuttel. M. d. V. Tegen mijn voorstel is aange voerd, dat ik even goed bij een voorstel tot uitvoering van een of ander bouwwerk zou kunnen voorstellen om dat uit de gewone middelen te bekostigen. Ik meen, dat dat niet de juiste weg zou zijn. In de eerste plaats meen ik, dat dergelijke verandering in de financieele gestie der gemeente niet incidenteel maar min of meer principieel beslist moet worden, dus niet bij een willekeurig gekozen bouwwerk. Verder geloof ik, dat dan toch juist de begrooting geheel uit elkaar zou raken. De buitengewone uitgaven zijn niet posten, welke op de begrooting voorkomen. Zij hebben betrekking op een of ander nieuw bouwwerk of groote verandering, welke zich in den loop van het jaar voordoet, en wanneer men de kosten daar van uit de gewone middelen zou moeten bestrijden, dan zou dat overschrijven daarvan op de begrooting wel eens groote zorgen kunnen baren en dan zou gezegd wordendat gaat niet. Ik geloof dus, dat het beter is bij de begrooting een stap in die richting te doen. Ik weet, er is terecht bij interruptie opgemerkt, dat, wan neer wij daarvoor huizen willen bouwen, wij niet ver zullen komen. L)at weet ik wel, maar de bedoeling is dat hier een eerste stap gedaan wordt om van dat leenen voor die geregeld terugkomende uitgaven af te komen. Wij kunnen zeggen, dat elk jaar in het algemeen zijn eigen uitgaven moet dekken. Wij hebben hier nu een saldo van een vorig jaar; dat is min of meer een'extra-inkomst, een buitengewone inkomst, die niets te maken heeft met de in komsten en uitgaven van het loopende jaar en dus zeer goed een grondslag zou kunnen vormen voor een bouwfonds als ik bedoel. Ik wil er op wijzen, dat het ook niet voor het eerst is, dat in een Gemeenteraad in dien geest stappen zouden worden gedaan. In Rotterdam heeft men vóór den wereld oorlog de batige saldi ook opgezameld voor een fonds, dat daar moest dienen voor stadsverbëtering. Dat verschilt toch niet principieel met mijn plan. Ik wil verder nog opmerken, dat het mijn bedoeling is, ook volgnummer 2 er onder te brengen. Ik beschouw die tezamen als één post. De Voorzitter. Ik zou volgnummer 2 er toch wel buiten willen laten. Ik geloof dat er wel een principieel verschil tusscheri volgnummers 1 en 2 is. Tegenover de 22000. staan weer andere posten. De heer Knuttel. Dat kan mij niet veel schelen. Mevrouw van Itallie—van Embden. M. d. V. Het is niet speciaal over dit punt, maar over de ontvangsten in het algemeen, dat ik iets wilde zeggen. De Voorzitter. Hadt u dat niet bij de algemeene beschou wingen kunnen doen? We houden toch nu aan de artikelen. Mevrouw van Itallie—van Embden. Ik kon het ook bij artikel 37 zeggen, maar ik ben er vanavond niet; ik weet ook niet of het een algemeene beschouwing is. De Voorzitter. Probeert u het dan maar. Mevrouw van Itallie—van Embden. Ik meen, dat het in het belang van de gemeente is. Ik zou dat niet zeggen op eigen gezag, maar het bestaat reeds in Zwolle en Dordrecht, men noemt bet een gemeentelijken stortingsdienst. Het is in de eerste plaats gemaakt, omdat de burgerij het zoo naar vindt op het laatst van den tijd de biljetten te krijgen, terwijl de stad bij het bestaande systeem moeilijker aan haar inkomsten komt. Onder dien stortingsdienst vallen rijks-, gemeente-, dijk en waterschapslasten, verder ook gas, electriciteit en schoolgeld. Ik heb hier een regeling. Misschien mag ik die den Ge meenteraadsleden aanbieden; dan kunnen ze het thuis nog eens nakijken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1921 | | pagina 17