MAANDAG 29 AUGUSTUS 1921.
299
Zitting Tan Maandag 29 Augustus 1921.
Geopend des namiddags te twee uur.
Voorzitter: de Wethouder W. PERA.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van een Stads-Vroedmeester, voor het tijdvak 1
Juli 1921—1 Juli 1924. (275)
2° Benoeming van een tijdelijk leeraar in het teekenen aan
de afd. A der Kweekschool voor onderwijzers en onder
wijzeressen, voor het tijdvak 15 Maart t/m 20 Juni 1920.
3° Benoeming van een onderwijzer in het teekenen aan de
Jongensschool 2e klasse. (283)
4° Balansen en Verlies- en Winstrekeningen, dienst 1920, der
Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit. (285)
5° Suppletoire staat van begrooting, dienst 1920, van de ge-
'stichten »Endegeest"T «Voorgeest" en »Rhijngeest". (280)
6° Balans en Verlies- en Winstrekening, dienst 1920, van de
gestichten »Endegeest", »Voorgeest" en »Rhijngeest". (280)
7° Suppletoire staat van begrooting, dienst 1920, van het Open
baar Slachthuis. (280)
8° Balans en Verlies- en Winstrekening, dienst 1920, van
het Openbaar Slachthuis. (280)
9° Balans en Verlies- en Winstrekening, dienst 1920, van het
Levensmiddelenbedrijl. (280)
10° Balansen Verlies-en Winstrekening, dienst 1920, van het
Grondbedrijf. (280)
11° Suppletoire staat van begrooting, dienst 1920, van de
Gemeentelijke Bank van Leening. (280)
12° Balans en Verlies- en Winstrekening, dienst 1920, van de
Gemeentelijke Bank van Leening. (280)
13° Rekening, dienst 1920, van den Armenraad. (280)
14° Rekening, dienst 1920, van het Leidsch Muziekcorps. (280)
15° Suppletoire staat van begrooting, dienst 1920, van de Stede
lijke Werkinrichting. (280)
16ö Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst
1920, van de Stedelijke Werkinrichting. (280)
17° Rekening, dienst 1920, van de Stedelijke Werkinrichting.
(280)
18° Begrooting,dienst 1921van het Burgerlijk Armbestuur. (282)
19° -Voorstel tot wijziging der gemeentebegrooting, dienst 1921,
in verband met de begrooting van het Burgerlijk Arm
bestuur. (281)
20° Praeadvies op het verzoek van de N.V. Leidsche Exploitatie
Maatschappij van Onroerende Goederen, om de te bouwen
bergplaatsen op het terrein aan den jWarmonderweg, Sectie
P No. 589, van hout te mogen maken. (267)
21° Voorstel tot verhuring van de bovenwoning van perceel
Vischmarkt No. 18, aan I. Snoek. (277)
22° Idem alsvoren van de bovenwoning van perceel Vischmarkt
No. 11, aan W. van der Plas. (277)
23° Idem alsvoren van het perceel Burgsteeg No. 2, aan J. H. M.
ter Beek. (277)
24° Idem alsvoren van het perceel Zonneveldstraat No. 13, aan
D. A. Gijbels. (277)
25° Voorstel tot verkoop van een stukje gemeentegrond naast
het perceel Rembrandtstraat No. 27, aan de vereeniging
«Leidsche Coöperatieve Keuken". (268)
26® Voorstel:
a. tot kostelooze overname in eigendom en onderhoud bij de
gemeente van eenige gedeelten grond en water van de
perceelen Sectie M Nis 1398, 3211 en 3210;
b. tot toekenning van eene schadevergoeding aan den
huurder van de perceelsgedeelten Sectie [M Nis 1398 en
3211, wegens het doen van huurafstand van die per
ceelsgedeelten. (269)
27° Voorstel:
a. tot vaststelling van de bedragen over het jaar 1920 be
steed voor normale uitbreidingen der Gasfabriek en der
Electriciteitsfabriek
b. tot aanvulling van het uitbreidingskapitaal der Gasfabriek
en dat der Electriciteitsfabriek;
c. tot vaststelling van den desbetreffenden begrootings-
staat. (278)
28° Voorstel in zake de teruggave of niet betaling van de
pensioensbijdragen ten opzichte van het onderwijzend per
soneel der Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (272)
29" Verordening, tot wijziging van de verordening van 26 Juli
1920 (Gem.blad No. 33), houdende Reglement voor het
Burgerlijk Armbestuur te Leiden. (276)
30® Verordening, houdende wijziging van de verordening van
18 Maart 1915 (Gem.blad No. 5), tot wering en beteuge
ling van de Mazelen. (270)
31® Voorstel:
a. tot wijziging van de bij raadsbesluit van 25 April 1921
vastgestelde verordening, regelende de heffing van school
gelden aan het Gymnasium, de Hoogere Burgerschool
voor Jongens en de Hoogere Burgerschool voor Meisjes
te Leiden
b. tot het opnieuw vaststellen van de aldus gewijzigde
verordening. (273)
32® Praeadvies op het verzoek van de Besturen der afdeelingen
Leiden -van tien Ned. R. K. Tabaksbewerkersbond, den Chr.
Bond van Sigarenmakers en Tabaksbewerkers in Nederland
en den Ned. Sigarenmakers- en Tabaksbewerkersbond, in
zake bestendiging van de steunverleening aan uitgetrokken
werklooze sigarenmakers, f274)
33® Praeadvies op de motie-Sijtsma en op de ingekomen
adressen, in zake de verplaatsing van de Zaterdagsche
markt. (279)
34® Voorstel tot overbrenging van het dienstjaar 1920 op dat
van 1921 van de benoodigde gelden voor de voldoening van
eenige onbetaald gebleven vorderingen en tot voldoening van
gelden uit den post «Onvoorziene Uitgaven" voor 1921.
(263)
35® Rekening van de ontvangsten en uitgaven der gemeente over
het jaar 1920, met inbegrip van die der Haarlemmervaart.
(262 en 284)
36° Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe
belasting, dienst 1919/1920 en 1920/1921. (266)
Tegenwoordig 26 leden, namelijk: de heeren Bisschop,
Dubbeldeman, van Eek, Mulder, mevrouw Dubbeldeman-
Trago, de heeren Sanders, Meijnen, mevrouw Baart—Braggaar,
de heeren Bots, van der Pot, Pera, A. Eikerbout, de Lange,
van Hamel, Kuivenhoven, Wilbrink, van Stralen, Knuttel,
Oostdam, Stijnman, Groeneveld, Wilmer, Heemskerk, Sijtsma,
Huurman en Splinter.
Afwezig: de Burgemeester en de heer Rotteveel wegens
ongesteldheid; de heer van der Lip wegens uitstedigheid en
de heeren Eerdmans, F. Eikerbout en Schoneveld.
De Voorzitter. Naar aanleiding van de notulen van de
vorige vergadering van 8 Augustus 1921 is het woord gevraagd
door den heer de Lange.
De heer de Lange. M. d. V. Ik zou een enkele vraag
willen stellen, niet over den inhoud van de notulen, maar
over den inhoud van het stenografisch verslag van de vorige
vergadering. Ik heb daarin gelezen, dat de heer van Stralen
heeft medegedeeld, dat het hem «om zekere redenen" niet
verwonderde, dat ik een tegenstander ben van de bespreking
in deze vergadering van de uitvoering der Huuraanzeggingswet.
Nu klinkt dat «om zekere redenen" nog al geheimzinnig en
de heer van Stralen zal blijkbaar niet bedoeld hebben de
reden, welke ik zelf heb opgegeven, want anders zou hij het
wel op een andere wijze hebben gezegd, en waar ik het
mogelijk acht, dat die geheimzinnigheid ten ongunste van
mij zou kunnen worden uitgelegd, ik verwacht wel niet,
dat dat de bedoeling van den heer van Stralen is geweest
zou ik het op prijs stellen, indien de heer van Stralen in het
openbaar die «zekere redenen" wilde mededeelen, opdat
iedereen kan oordeelen of die redenen achtbaar of laak
baar zijn.
De beraadslaging wordt gesloten en de notulen van het
verhandelde in de vorige vergadering van 8 Augustus 1921
worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen:
1°. Missive van Gedep. Staten ten geleide van een afschrift
van het Koninklijk Besluit van 3 Augustus 1921, No. 91,
houdende goedkeuring van de Verordening regelende de
heffing van opcenten op de hoofdsom der Vermogensbelasting.