GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
109
INCHEKOKI E.\ 1HKKES.
N°. 174. Leiden, 30 Mei 1921.
De Commissie van Financiën, heeft de eer U mede te deelen,
dat zij, indien de Raad besluit tot nadere wijziging van het
Raadsbesluit van 21 Augustus 1919, gewijzigd bij Raads
besluit van 2 Augustus 1920, inzake den bouw van eene nieuwe
3e klasse school op het Schuttersveld, zij tegen de voorgestelde
begrootingsregeling geene bedenkingen heeft.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 175. Leiden, 27 Mei 1921.
Onder overlegging van de desbetreffende sollicitatiestukken,
benevens het advies van den Heer Inspecteur der Gymnasia,
hebben wij de eer aan Uw College over te leggen de navol
gende aanbeveling ter vervulling van de vacature van leeraar
in de Oude Talen aan het Gymnasium alhier (vacature
Dr. Bosselaar) tot tijdelijke benoeming voor den tijd van
een jaar:
1°. De Heer J. J. E. HON Dl US, Doctorandus in de Klassieke
Letteren, te Utrecht.
2°. De Heer J. H. THIEL, Doctorandus in de Klassieke
Letteren, te 's-Gravenhage.
Curatoren van het Gymnasium:
D. C. Hesseling, Voorzitter.
M. B. Vos, Secretaris.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Art. 5.
De plaatsvervangend Voorzitter is gehouden, om bij ontsten
tenis of afwezigheid van den Voorzitter, diens werkzaamheden
waar te nemeri.
De plaatsvervangend Secretaris is gehouden, om bij ontsten
tenis of afwezigheid van den Secretaris, diens werkzaamheden
waar te nemen.
Art. 6.
De Secretaris houdt nauwkeurig aanteekening van al het
verhandelde in de vergaderingen.
Art. 7.
Alle stukken, welke namens de Commissie uitgaan, worden
in den regel, door den Voorzitter en den Secretaris onder
teekend en door laatstgenoemde verzonden.
Art. 8.
De Secretaris bewaart het archief der Commissie.
Art. 9.
Hij zorgt dat de oproeping, voor de vergaderingen, in den
regel vijf dagen van te voren plaats heeft.
Art. 10.
De Commissie kan zoowel ter voorbereiding van sommige
zaken als ter bestudeering van bijzondere, voor het onderwijs
belangrijke vraagstukken, Sub-Commissies instellen. Tenzij
deze voor een speciaal doel zijn ingesteld, treden zij af in de
Januari-vergadering van elk jaar. De aftredende leden zijn
herkiesbaar.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de Plaat
selijke Schoolcommissie d.d. 14 April 1921.
Namens dezelve,
T. S. Goslinga, Voorzitter.
J. B. Meijnen, Secretaris.
N°. 176. Leiden, 31 Mei 1921.
Namens de Plaatselijke Schoolcommissie alhier, heeft
Ondergeteekende hierbij de eer, U EAchtb., volgens art. 9
van de Verordening van 7 Februari 1921, een exemplaar toe
te zenden van het Huishoudelijk Reglement.
De Secretaris der Plaatselijke Schoolcommissie
te Leiden
J. B. Meijnen.
Aan den Raad der gemeente Leiden.
Huishoudelijk Reglement voor de Plaatselijke
Schoolcommissie te Leideu.
Artikel 1.
De Plaatselijke Schoolcommissie vergadert doorgaans eiken
tweeden Donderdag der maand, des avonds te acht uur.
Art. 2.
Het Bestuur bestaat uit een Voorzitter, een plaatsvervangend
Voorzitter, een Secretaris, een plaatsvervangend Secretaris.
Het Bestuur bereidt, zoo daarmede niet een Sub-Commissie
als bedoeld in artikel 10, belast is, de behandeling van alle
aan de orde komende zaken zooveel mogelijk voor en dient
daarop van prae-advies, zoo de Commissie of het Bestuur
zelf dit noodig oordeelt.
Art. 3.
De benoeming van een Voorzitter, plaatsvervangend Voor
zitter, Secretaris en plaatsvervangend Secretaris geschiedt
jaarlijks in de maand Januari. De aftredenden zijn herkiesbaar.
Art. 4.
Al de besluiten worden genomen bij volstrekte meerderheid
van stemmen. Wanneer over een voorstel de stemmen staken,
wordt in de eerstvolgende vergadering daarover opnieuw
gestemd; staken de stemmen dan weer, dan wordt het voorstel
geacht, te zijn verworpen. Benoemingen geschieden schriftelijk.
De bepalingen van het Reglement van Orde van den Gemeente
raad zijn hierbij toepasselijk.
N°. 177. Leiden, 31 Mei 1921.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Wij hebben de eer U beleefd te verzoeken wel te willen
overgaan tot de benoeming van twee leden van het Bestuur
der Vereeniging tot Bevordering van den Bouw van Werk
manswoningen te Leiden, welke benoeming noodig is door het
periodiek aftreden der Heeren A. M. Touw en Mr. E. A.
Cosman, beiden door Uwen Raad benoemd.
Ter voorziening in de vacature, ontstaan door het periodiek
aftreden van Mr. E. A. Cosman, bevelen wij aan:
1. Mr. E. A. COSMAN
2. Mr. G. H. E. NORD THOMSON
en ter voorziening in de vacature ontstaan door het periodiek
aftreden van den Heer A. M. Touw
1. A. M. TOUW
2. Mr. P. M. TRAPMAN.
Namens het Bestuur der Vereeniging
tot Bevordering van den Bouw van Werkmanswoningen
te Leiden
E. A. Cosman, Secretaris.
N°. 178. Leiden, 31 Mei 1921.
De Commissie, belast met het onderzoek der bezwaarschriften
enz. inzake de plaatselijke directe belasting naar het inkomen,
heeft de eer U voor te stellen op de ter visie liggende
bezwaar- en verzoekschriften, belastingjaren 1918/19, 1919/20
en 1920/21, te beschikken overeenkomstig haar mede ter
visie liggend advies.
De Commissie voornoemd
Tii. B. J. WTlmer, Voorzitter.
J. Splinter Gzn. T
T. Groenevelh j Leden-
Aan den Gemeenteraad.