MAANDAG 13 DECEMBER 1920.
649
Voortzetting Tan de openbare vergadering
van 6 December 1930 op Maandag
13 December des namiddags te 2 uur.
Voorzitter: de Wethouder W. PERA.
Alsnog te behandelen:
8° Benoeming van een tijdelijk leeraar in de natuurkunde aan
het Gymnasium. (401)
9° Praeadvies op het verzoek van Mej. F. F. Otto om eervol
ontslag als onderwijzeres in de handwerken aan de school
der 3e klasse No. 6. (402)
10° Praeadvies op het verzoek van Gebr. van Paridon om het
te bouwen gebouwtje op het terrein in den Boschhuizer-
polder, Sectie O No. 591, van hout te mogen maken. (395)
11° Voorstel tot aankoop ten behoeve van de Electriciteitsfabriek
van het huis met erf in de gemeente Alkemade, Sectie C
No. 2744 en tot vaststelling van den desbetreffenden be-
grootingsstaat. (399)
12° Voorstel tot aankoop ten behoeve van de Volkshuisvesting
van de perceelen gelegen ten oosten van den Zijlsingel en
ten westen van de Broersloot, Kad. bekend Sectie K Nis 707,
708ged.,722, 723 en 724 en tot vaststelling van den des
betreffenden begrootingsstaat. (400)
13° Voorstel:
a. tot vaststelling van de verordening, houdende wijziging
van de verordening van 28 Augustus 1919 (Gem.Blad
No. 35) voorde Kweekschool voor Onderwijzers en Onder
wijzeressen te Leiden;
b. tot opnieuw vaststelling der gewijzigde verordening;
c. in zake de toekenning van eene kindertoelage en de
teruggave of niet betaling van de pensioensbijdragen aan
de leeraren aan de aldeeling A der Kweekschool voor
Onderwijzers en Onderwijzeressen;
d. tot nadere vaststelling van de bezoldiging van de assis
tente bij het handwerkonderwijs;
e. in zake de toekenning van een kindertoelage en de terug
gave of niet betaling van de pensioensbijdragen aan de
leeraren aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens en
het Gymnasium. (396)
14° Verordening, houdende wijziging van de verordening van
11 November 1909 (Gem.Blad No. 23), regelende het
onderwijs aan spraakgebrekkige kinderen te Leiden. (397)
15° Voorstel:
a. tot vaststelling van de verordening regelende de jaar
wedden der leeraressen ren leeraren aan de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes te Leiden;
b. tot regeling van de bezoldiging van de tijdelijke leeraresin
de Engelsche taal en letterkunde aan die inrichting. (398)
Afwezig: de Burgemeester, wegens ongesteldheid.
De Voorzitter. Evenals de vorige is ook deze zitting de
voortzetting van een geschorste zitting, zoodat noch vast
stelling van notulen noch mededeeling van ingekomen stukken
plaats heeft, maar met het oog op artikel 67 van de Gemeente
wet acht ik het toch gewenscht ook thans mede te deelen,
dat sedert Dinsdag j.l. zijn ingekomen de volgende stukken:
1°. Adhaesiebetuiging van de afdeeling Zuid-Holland van
den Nederlandschen Bond van Gemeente-Ambtenaren aan
het adres van de onderafdeeling Leiden en Omstreken van
dien bond, inzake premievrij pensioen.
Zal worden gevoegd bij de overige desbetreffende adressen.
2°. Adres van de afdeelingen Leiden van den Nederlandschen
Christelijken Bond van Personeel in Publieken Dienst en van
den Nederlandschen Roomsch-Katholieken Bond van Over
heidspersoneel »St. Pauius", inzake nadere regeling van de
loonen der gemeentewerklieden en toekenning van premievrij
pensioen.
Ik stel voor dit adres, voorzooveel het premievrij pensioen
betreft te stellen in handen van Burgemeester en Wethouders
ter fine van praeadvies en voorzooveel het overige aangaat
ter visie te leggen.
Daartoe wordt besloten.
3#. Adres van de afdeelingen Leiden van den Nederlandschen
Roomsch-Katholieken Politiebond en van den Bond van
Christelijke Politiebeambten in Nederland, in zake toekenning
van een kindertoeslag.
Dit adres luidt als volgt:
Leiden, 10 December 1920.
Aan den Raad der Gemeente te Leiden.
Geven met verschuldigden eerbied te kennen Johannes
Albertus Verkuijlen en Theodorus van Daalen, respectievelijk
Voorzitter en Secretaris van den Ned. Roomsch Katholieke
Politie Bond Afdeeling Leiden. Tevens Matthijs Sepers en
Bernard van der Veen, respectievelijk voorzitter en secretaris
van den Bond van Christelijke Politie-Beambten in Neder
land Afdeeling Leiden; hebben, in opdracht der leden ver
gadering van den 3den December 1920, de eer Uwen Raad,
met beleefden aandrang te verzoeken, bij het loon, een kinderen-
toeslag te voegen. Zij zijn er van overtuigd, dat zulks het
grondloon in geenendeele zal drukken. Dat een kinderen-
toeslag degenen, die geen gezin of een kleiner gezin hebben,
afgunstig zou maken, achten wij beleedigde veronderstelling.
Gaarne zouden zij den kindertoeslag willen verleend zien,
van af het eerste kind, doch verzoeken U, indien dit niet
geschiedt, de aanneming van het ingediende voorstel van de
heeren Raadsleden Wilmer C. S.
't welk doende
Ned. R. K. Pol. Bond, Afd. Leiden
de VoorzitterJ. A. Verkuijlen
de Secretaris: Th. v. Daalen.
V. den Bond van Chr. Pol. Beambten.
Afdeeling Leiden
de Voorzitter: M. Sepers
de Secretaris: B. van der Veen.
Zal worden behandeld bij de algemeene beschouwingen der
Gemeentebegrooting.
4°. Adres van M. H. Nederburgh en anderen, alle docenten
aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes in zake de toe
kenning van premievrij pensioen met ingang van 1 Januari 1920.
Dit adres luidt als volgt:
Leiden, 11 December 1920.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Ondergeteekenden, docenten aan de H. B. S. voor M. alhier,
hebben de eer, mede namens overige leeraren dier school, het
volgende onder uwe aandacht te brengen
dat zij met groote teleurstelling kennis genomen hebben
van de nieuwe salarisvoorstellen, omdat, waar billijkheidshalve
een tractementsstijging van 20 wordt voorgesteld, zulks
omdat bij de laatste salarisherziening voor de docenten der
H. B. S. v. J. en Gymnasium eveneens 20 werd vast
gesteld, nu voor de leerkrachten aan de H. B. S. v. J. en het
Gymnasium alsnog een premie vrij pensioen in uitzicht wordt
gesteld, terwijl dit bij de regeling van de H. B. S. v. Meisjes
ontbreekt
dat daardoor de salarisstijging aan H. B. S. v. J. en Gym
nasium 27 bedragen zal, terwijl die voor de H. B. S. v. M.
"20 blijft.
Redenen waarom de docenten aan de H. B. S. v. M. U beleefd
doch dringend verzoeken, alsnog, ook voor haar een premievrij
pensioen voor te stellen, opdat hare salarissen, die toch reeds
de laagste in het geheele ^and voor dergelijke inrichtingen
van onderwijs zullen blijven, niet nog meer gedrukt zullen
worden.
Hetwelk doende enz.
M. H. Nederburgh.
A. M. D. Langezaal.
Zal worden behandeld bij punt 15 van de agenda.
Voortgezet worden de algemeene beschouwingen over de
begrooting van inkomsten en uitgaven der gemeente voor
den dienst 1921, waarbij tevens in behandeling komt het adres
van de Afdeelingen Leiden van den Nederlandschen Roomsch-
Katholieken Politiebond en van den Bond van Christelijke
Politiebeambten in Nederland.
De heer Eerdmans. Ik kan mij niet verhelen, dat het mij
voorkomt dat de algemeene beraadslaging, gelijk zij thans
over de begrooting gevoerd wordt, niet direct verband houdt
met de behartiging van het gemeentebelang en -ook niet
altijd met de behandeling der begrooting, welke thans voor
ons ligt.
Tal van dingen, welke in de gewisselde stukken behandeld
zijn en waarvan wij dus al op de hoogte waren, zijn monde
ling nog eens in den breede herhaald. Ik kan het nut daar
van niet inzien. Het beteekent eigenlijk alleen een veroor
zaken van kosten, doordat nog weder eens gedrukt zal moeten
worden wat reeds in korteren vorm in druk verschenen was.
Maar behalve dat worden er tal van punten naar voren
gebracht, welke hier in dezen Raad mijns inziens allerminst
op hun plaats zijn. Ik weet wel, dat ook in andere gemeenten