245
het algemeen achten wij daarom den Directeur van het Bouw
en Woningtoezicht den aangewezen persoon om ons van advies
te dienen, in elk voorkomend geval kan ons College overi
gens overwegen, door welke personen het zich zal laten
voorlichten. Een aigemeene regeling daaromtrent thans bij
voorbaat te treffen komt ons ungewenscht voor. Volstaan kan
o. i. worden met een aanvulling van de bouwverordening in
den geest van het aangehaalde Almelo'sche artikel.
Op grond van het bovenstaande geven wij, U overeenkom
stig het gevoelen van de Commissie van Fabricage, alsnu in
overweging
a. niet aan te nemen het voorstel van de Heeren Oostdam,
Sijtsma en Knuttel, tot het instellen van een z.g. Schoon
heidscommissie;
b. de Commissie voor de Strafverordeningen uit te noodigen
een aanvulling van de Verordening op het Bouwen en Sloopen
in den hierboven aangegeven en door de Commissie van Fa
bricage voorgestelden ziu bij U aanhangig te maken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Wetb. van Leidén.
Ondergeteekenden hebben de eer voor te stellen, B. en W.
uit te noodigen eene Commissie te willen instellen, welke
o.a. door het beoordeelen van bouwplannen zal hebben te
waken voor de schoonheid der gemeente.
A. J. Oostdam.
K. Sijtsma.
J. A. N. Knuttel.
Leiden, 2 Febr. '20.
N°. 374. Leiden, 9 November 1920.
Wij hebben de eer U de volgende voordrachten aan te
bieden voor de benoeming van een onderwijzer aan de open
bare school der 3e klasse, No. 6, ter vervulling van de vaca
ture, welke den len October j.l. is ontstaan, tengevolge van
het met ingang van dien datum verleend eervol ontslag aan
den heer W. Wijnstok, en van een onderwijzer aan de open
bare school der 3e klasse, No. 7, in de plaats van den heer
F. A. van Zimmeren, aan wien met ingang van 18 Septem
ber 1920 eervol ontslag werd verleend.
School 3e klasse No. 6.
1°. L. WFSTERMAN, onderwijzer te Hillegom;
2°. A. VAN DER NEUT, tijdelijk onderwijzer te Utrecht;
3°. D. G. MAGÉ, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school
der 3e klasse, No. 9, te Leiden.
School 3e klasse No. 7.
1°. A. VAN DER NEUT, tijdelijk onderwijzer te Utrecht;
2°. D. G. MAGÉ, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school
der 3e klasse, No. 9, te Leiden;
3°. J. B. A. VAN DER SWAN, onderwijzer te Maassluis.
Onder mededeeling, dat het advies van den Arrondisse-
ments-Schoolopziener en de berichten van de Hooiden der
betrokken scholen in de Leeskamer ter inzage liggen, geven
wij U in overweging tot de benoemingen over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
No 372. Leiden, 9 November 1920.
Ter voorziening in de vacature van een lid der Commissie
tot wering van schoolverzuim, welke den 30en November a.s.
zal ontstaan, tengevolge van de periodieke aftreding van den
heer L. G. van Dorp, bieden wij U, overeenkomstig het be
paalde bij artikel 2 van het Koninklijk Besluit van 16 November
1900 (Staatsblad N°. 200), de volgende aanbeveling van twee
benoembaren aan:
'1°. J. DEN DUYN, Apothekersdijk 31, Leiden;
2°. G. J. VISSER, Haarlemmerstraat 151, Leiden.
Tot toelichting diene, dat beide heeren vaders zijn van
kinderen, die eene bijzondere school bezoeken.
Onder mededeeling dat de heer L. G. van Dorp niet voor
eene herbenoeming in aanmerking wenscht te komen, ver
zoeken wij U thans tot eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 373. Leiden, 9 November 1920.
In overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na
ingewonnen bericht van het Hoofd der betrokken school,
bieden wij U de volgende voordracht aan voor de benoeming
van eene onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse,
No. 6, alhier, ter vervulling van de vacature, welke is ontstaan
door de benoeming van Mej. S. M. den Blaauwen tot onder
wijzeres aan de openbare school der 3e klasse, No. 1, alhier.
1°. Mej. A. VAN DER LA AKEN, tijdelijk onderwijzeres aan
de O. L. school der 3e klasse, No. 6, te Leiden;
2°. Mej. E. SAGEKUELE, tijdelijk onderwijzeres aan de
Jongensschool 2e klasse, te Leiden;
3°. Mej. H. F. KRAANEVELD, tijdelijk onderwijzeres aan de
Meisjesschool 2e klasse, te Leiden.
Onder mededeeling, dat de desbetreffende stukken in de
Leeskamer ter inzage liggen, noodigen wij U thans uit tot de
benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 375'. Leiden, 9 November 1920.
Voor de benoeming van een onderwijzer(es) aan de openbare
lagere school der 3e klasse, No. 9. alhier, ter vervanging van
den heer H. van Leeuwen, aan wien met ingang van 1
October j.l. eervol ontslag werd verleend, hebben wij de eer
U de volgende voordracht aan te bieden:
1°. D. G. MAGÉ, tijdelijk onderwijzer aan de O. L. school
der 3e klasse, No. 9, te Leiden
2°. Mej. E. SAGEKUELE, tijdelijk onderwijzeres aan de
Jongensschool 2e klasse, te Leiden;
3°. Mej. A. PANNEKOEK, tijdelijk onderwijzeres aan de
school 2e klasse voor jongens en meisjes, N°. 4, te Leiden.
Onder mededeeling. dat deze voordracht is opgemaakt in
overleg met den Arrondissements-Schoolopziener, na inge
wonnen bericht van het Hoofd der schooi, en dat de desbe
treffende stukken in de Leeskamer ter inzage zijn nedergelegd,
verzoeken wij U thans tot de benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 376. Leiden, 9 November 1920.
Onder overlegging van nevensgaand adres van W. van der
Mey, geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adres
sant vergunning te verleenen om het door hem te bouwen
gebouwtje aan den Zoeterwoudschen weg, op het terrein kada
straal bekend gemeente Leiden, Sectie O No. 213, dienende
tot berging van landbouwbenoodigdheden, van hout te doen
maken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
1 October.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Ondergeteekenden verzoekt belt eft te mogen voorgaan tot
het bouwen van een houten bergplaats voor allen landbouw
benoodigdheden op een Weiland aan den Zoeterwoudschen
weg Kadastraal bekend Gemeente Zoeterwoude (geannexeerd)
Sectie A No. 731
Hoogachtend
W. v. d. Mey
Hooge rijndijk 204 Leiden.
