GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 231 IHfGEKOMEN STUKKEÏ. No. 348. Leiden, 15 October 1920. In aansluiting aan ons voorstel, opgenomen onder No. 342 der Ingekomen Stukken van dit jaar, in zake de invoering van eene z.g. herfstv£cantie op het Gymnasium en de beide Hoogere Burgerscholen in deze gemeente, te geven gedurende de week waarin 1 November valt, hebben wij de eer U mede te deelen, dat het ons wenschelijk voorkomt om eene derge lijke vacantie ook voor de Kweekschool voor Onderwijzers en Onderwijzeressen in te voeren, waarvoor dan echter, evenals voor opgemelde onderwijsinrichtingen, eene wijziging van de desbetreffende verordening noodig is. Wij geven U mitsdien in overweging tot vaststelling van de navolgende verordening over te gaan: VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van 28 Augustus 1919 (Gem.Blad No. 35), voor de Kweek school voor Onderwijzers en Onderwijzeressen te Leiden. Eenig Artikel. In artikel 31 van bovengenoemde verordening wordt achter de alinea sub e. eene nieuwe alinea ingevoegd, luidende: y>f. de week, waarin 1 November valt", terwijl de alinea's sub. g. en h. worden: g., h. en i. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 349. Leiden, 18 Octobër 1920. Be door Burgemeester en Wethouders bij Ingek. St. n°. 343 voorgestelde aankoop van het perceel Oude Vest 37 (Sectie H n°. 2012) ontmoet bij de Commissie van Financiën geen bezwaar. Zij geeft U in overweging dienovereenkomstig te besluiten, met vaststelling van de daarop betrekking hebbende begrootingsregeling. Evenmin heeft de Commissie bedenking tegen de voorge stelde begrootingsregelingen betreffende: het verhoogen van verschillende posten der gemeente- begrooting dienst 1920 (Ingek. St. n°. 325); de bijstorting op de Certificaten van aandeel in de N. V. Centrale Bouwmaterialen Voorziening (C. B. V.) (Ingek. St. n°. 330) en de verhooging van het subsidie over 1920 voor de Vereemging tot opleiding van instrumentmakers (Ingek. St. n°. 336), indien de Raad tot de voorgestelde subsidieverhooging besluit. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. N°. 350. Leiden, 19 October 1920. Voor de benoeming van eene onderwijzeres aan de open bare lagere school der 2e klasse voor jongens en meisjes No 2, aan de Heerenstraat alhier, ter vervulling van de vacature, welke den len Juli j.l. is ontstaan door de benoe ming van mej. W. J. Eijndhoven tot onderwijzeres aan de school 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4, aan den Maresingel alhier, bieden wij U, in overleg met den Arron- dissements-Schoolopziener, na ingewonnen bericht van het hoofd der school, de volgende voordracht aan: lo. Mej. T. B. tlOFF, 2°. Mej. J. EPHRAÏM, om beide onderwijzeres aan de O. L. school der 3e klasse No. 5, te Leiden; 30. Mej. J. TH. M. SCHOONDERGANG, onderwijzeres aan de O. L. school der 3e klasse No. 8, te Leiden. Met verwijzing naar de desbetreffende, in de Leeskamer ter inzage liggende stukken, noodigen wij U uit alsnu tot de benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 351. Leiden, 19 October 1920. In de Raadszitting van den 21en Juni jl. werden aan de openbare lagere school der 2e klasse voor jongens en meisjes No. 4 aan den Maresingel, alhier, welke school den len Juli jl. werd geopend, benoemd een onderwijzer-plaatsvervangend hoofd, en acht onderwijzers(essen). Volgens ons desbetreffend voorstel, opgenomen onder Inge komen Stukken No. 202 van dit jaar, dient het hoofd dier school, met het oog op de klassenverdeling, te worden bij gestaan, behalve door een onderwijzer-plaatsvervangend hoofd, door nog twaalf onderwijzers of onderwijzeressen. Teneinde nu het onderwijzend personeel aan deze school voltallig te maken, dienen nog benoemd te worden vier onder wij zers(essen) waarvan één met verplichte akte Fransch. Ter benoeming dezer leerkrachten bieden wij Uwe Ver gadering, in overleg met den Arrondissements-Schoolopziener en na ingewonnen bericht van het hoofd der school, de na volgende voordrachten aan: A. Een onderwijzer met akte Fransch. 1°. M. VAN ZALINGEN, onderwijzer te Boskoop; 2°. J. JURJAANZ, onderwijzer aan de O. L. school der 3de klasse, N°. 5, te Leiden; 3°. A. DE LA RIE, onderwijzer aan de'O. L. school der 3de klasse, N°. 1, te Leiden. B. Drie onderwijzers of onderwijzeressen. a. 1°. A. DE LA RIE, onderwijzer aan de O. L. school der 3de klasse, N°. 1, te Leiden; 2°. Mej. S. M. BLOM, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L. school der 2de klasse voor jongens en meisjes, N°. 4, te Leiden 3°. Mej. C. A. DE VOS, onderwijzeres te Blauwkapel. b. 1°. Mej. S. M. BLOM, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L, school der 2de klasse voor jongens en meisjes, N°. 4, te Leiden 2°. Mej. C. A. DE VOS, onderwijzeres te Blauwkapel; 3°. Mej. J. TH. M. SCHOONDERGANG, onderwijzeres aan de O. L. school der 3de klasse, N°. 8, te Leiden. c. 1°. Mej. C, A. DE VOS, onderwijzeres te Blauwkapel; 2°. Mej. J. TH. M. SCHOONDERGANG, onderwijzeres aan de O. L. school der 3de klasse, N°. 8, te Leiden; 3°. L. WESTERMAN, onderwijzer te Hillegom. Voorts bieden wij U nog een voordracht aan voor de be noeming van een onderwijzer(es) aan deze school, ter ver vanging van den heer J. J. Kamermans, aan wien met ingang van den len September j.l. eervol ontslag werd verleend 1°. J. JURJAANZ, onderwijzer aan de O. L. school der 3de klasse, N°. 5, te Leiden; 2°. A. DE LA RIE, onderwijzer aan de O. L. school der 3de klasse, N°. 1, te Leiden; 3°. Mej. S. M. BLOM, tijdelijk onderwijzeres aan de O. L. school der 2de klasse voor jongens en meisjes, N°. 4, te Leiden. Onder mededeeling, dat het advies van den Arrondissements- Schoolopziener en het bericht van het hoofd der school in de Leeskamer ter inzage liggen, verzoeken wij U thans tot de benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 352. Leiden, 19 October 1920. Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Mr. P. E. Briët bestaat onzerzijds geenerlei bezwaar. Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging den heer Mr. P. E. Briët, op diens verzoek, eervol ontslag te verleenen als Ambtenaar van den Burgerlijken Stand dezer gemeente, onder dankbetuiging voor de als zoodanig aan de gemeente bewezen diensten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der Gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Mr. P. E. Briët, advocaat en procureur, wonende te Leiden,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1920 | | pagina 1