GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
211
I.\6EK»HES STl liKEX.
N°. 824. Leiden, 1 October 1920.
Onder toezending van de begrooting der gemeente over het
dienstjaar 1921 met de op de gebruikelijke wijze ingerichte
memorie van toelichting veroorlooven wij ons bet volgende
onder Uwe aandacht te brengen.
De totale schuldenlast der gemeente voorzoover uitge
drukt in vaste leeningen bedroeg per 1 Januari 1920
9.181.200. Krachtens raadsbesluit van 29 Maart 1920 werd
eene nieuwe leening, groot 2.000.000 aangegaan. Anderzijds
werd afgelost op 1 Juli 1920 253.300 en zal worden afgelost
op 1 Januari 1921 nog 16.800. De schuld op 1 Januari '1921
beloopt alzoo na deze aflossing 10.927.900 of 1.746.700
meer dan een jaar te voren.
Bovendien komt echter op den dienst 1920 nog een onge
dekt bedrag voor van ƒ50.000 en op dezen dienst van ƒ707.869
(zie volgnr. 59), welke als strekkende voor »crisis-uitgaven"
buiten den gewonen dienst zijn gehouden, terwijl zij evenmin
in vaste leeningen zijn opgenomen, omdat van het begin af
vaststond, dat, voorzoover de van het Rijk te ontvangen
uitkeering uit de Oorlogswinstbelasting niet tot delging ervan
zou kunnen strekken, een bijzondere wijze van delging, welke
zonder de lasten voor één jaar al te zwaar te maken, toch
evenmin de lasten der crisisjaren mede op het verre nage
slacht zou doen drukken, een delging dus bijv. door een
leening op korten termijn, geraden zou wezen. Ons voornemen
is nu aan de nog op de begrooting 1920 voorkomende crisis
uitgaven hun bijzonder karakter te ontnemen, m. a. w. deze
uitgaven uit den gewonen dienst te dekken door bij de be
paling van het vermenigvuldigingscijfer voor het belastingjaar
1920'21 ook met het bovengenoemde bedrag van 50.000
rekening te houden. Verder wenschen wij het bedrag van
707.869 (zijnde het restant der crisis-uitgaven over de jaren
1914—1919 na vermindering met de eerste twee uitkeeringen
uit de opbrengst der Oorlogswinstbelasting), wanneer bekend
zal zijn hoeveel daarop nog in mindering kan gebracht worden
wegens de derde en laatste uitkeering, over een termijn van
5 a 10 jaar te verdeelen en wel hetzij door een vaste leening
op zoodanigen termijn of wel door geleidelijke vermindering
van de hiervoor loopende vlottende schuld. De keuze tusschen
beide middelen zal in hooge mate door den loestand op de
geldmarkt worden beïnvloed, die het moge hier met een
enkel woord worden aangestipt voor de gemeenten voort
durend grooter moeilijkheden biedt. In elk geval wordt, in
afwachting van een nadere beslissing omtrent den vorm der
delging, op deze begrooting bereids 100.000 ter aflossing
van het voor rekening der gemeente blijvende deel der crisis
uitgaven uitgetrokken (volgnr. 223). Op deze wijze wordt dan
met de liquidatie van deze erfenis der oorlogsjaren althans
een aanvang gemaakt.
Naast de vaste schuld en de crisis-schuld valt in de derde
plaats nog de aandacht te vestigen op het bedrag van
665.307.925, dat thans reeds voor verschillende buitenge
wone uitgaven is gevoteerd, zonder dat deze gedekt konden
worden uit de laatst gesloten vaste leening, welk bedrag,
voorzoover uitgegeven, dus betaald is door uitgifte van vlot
tend schuldpapier. Het totale bedrag dezer vlottende schuld
is momenteel weder 855.000.
De begrooting vertoont voorts weder een aanmerkelijke
stijging der gewone uitgaven over nagenoeg de geheele linie,
in hoofdzaak een gevolg van de in Mei 1.1. tot stand gekomen
belangrijke salarisverbeteringen van het geheele personeel en
de nog niet tot stilstand gekomen stijging in de prijzen van
allerlei materialen, enz. Evenals verleden jaar laten wij hier
weder een staatje volgen, dat voor elk onderdeel der gemeen
telijke huishouding het bedrag aangeeft, waarmede de raming
der netto-kosten d. w. z. de bruto-uitgaven naeventueele
vermindering met daarmede samenhangende bijdragen of
andere ontvangsten in vergelijking met den dienst 1920
is gestegen of gedaald.
Huishoudelijk Bestuur.
Meer uitgaven 83136.
VerkiezingenBurg. Stand,
Bevolking en Verteringen.
Minder uitgaven 10025.
Transporteeren
10025.—
10025.—
83136.-
83136.-
Transport 10025.—
Belastingen.
Meer heffingen wegens
bewezen diensten 48610.
Meer opcenten 44197.
Meer tantième-belast. 13000.
Meer belasting op
tooneelvertooningen 25000.
ƒ180807.—
Minderont-
vangst
honden
belasting 500.
Minder op
brengst
boeten 400.
Meer in-
nings-
kosten 17961.
Meer terug
gave van
belasting» 12000.
Meer ver
goeding
inning
opcenten 1104.
Meerschat-
tingskosten
drank
lokalen 130.
32095.— 32095
98712.— 98712
Brandweer.
Meer kosten 11478.—
Straa tverlich ting.
Meer kosten 87800.
Politie.
Meer kosten 87719.
Woningbouw.
Meer te be
talen an
nuïteiten 3593.
Meer te be
talen bij
dragen. 6607.
10200.-
Meer te ont
vangen an
nuïteiten ƒ3594.
Meer te ont
vangen rijks
bijdragen 3748.—
7342.—
2858.—
Gezondheidspolitie.
Meer kosten Gezond
heidscommissie 120.
Meer kosten Bouw-
politie5484.
Meer kosten vacci
natie en doodschouw 250.
Meer kosten bestrij
ding epid. ziekten 3271.
Meer kosten keuring
levensmiddelen 6115.
Meer subsidie vereeni-
ging Tuberculose 1200.
Meer kosten geneesk.
dienst6500.
Kosten toezicht gez.
toestand gem. amb
tenaren 1500.
ƒ24440—
Openbare Werken.
Meer kosten openbare
werkenƒ254352.—
Meer kosten aanbeste
dingen 400.
ƒ254752—
Transporteeren 108737.
83136.-
11478..
87800,
87719,
2858,
24440.—
254752.-
552183.—
Voordeeliger.
Nadeeliger.
Deze stukken zijn reeds afzonderlijk aan de leden toegezonden.
Yoordeeliger.
lïadeeliger.